Het doel van het onderzoek is na te gaan of in hoog-risico patiënten (o.a. pacemaker vervangingen en pocket- en lead revisies), in vergelijking met conventionele antibiotische profylaxe, een beleid van incrementele antibiotische profylaxe de kans op…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Bacteriële infectieziekten
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
ziekenhuisopname voor pocketinfectie (follow up 1 jr)
Secundaire uitkomstmaten
- medicamenteus behandelde pocket infectie (zonder invasief ingrijpen)
- antibiotische behandeling bij verdenking pocket infectie
- antibiotica gerelateerde adverse events waaronder positieve kweek voor C.
difficile
- verlenging van ziekenhuisopname door bewezen of verdenking op antibiotica
gerelateerde adverse events.
- kosten/baten analyse
- mate van device/lead extracties (ongeacht de oorzaak) binnen 12 maanden na
ingreep
Achtergrond van het onderzoek
ACHTERGROND
Een pocketinfectie treedt op bij ~0.7% van primo implantatie van een pacemaker
of ICD, en tot 1.7% bij vervangingen of reposities. Pocketinfectie is een
ernstige aandoening, waarbij naast antibiotische behandeling het device moet
worden verwijderd en een (risicovolle) lead extractie moet plaats vinden. Lead
extractie is geassocieerd met ernstige complicaties (0.5-2.4% mortaliteit!).
Hoewel prospectieve onderzoeken ontbreken, is het gebruikelijk te implanteren
onder antibiotische profylaxe. De Amerikaanse richtlijn uit 2003 beveelt *een
enkele preoperatieve antibiotica gift* aan. De Europese richtlijn voor
device-implantatie uit 2007 benoemt infectieprofylaxe niet.
De keuze van antibioticum en dosering zijn echter onduidelijk. Een in meerdere
Nederlandse centra gebruikte strategie is cefazoline (Kefzol) i.v. een uur voor
implantatie, bij langere procedures eventueel gevolgd door een of meerdere
giften antibiotica na implantatie. Een survey in Nederlandse en Canadese
ziekenhuizen leverde verschillende antibiotische strategieën op, varierend van
een of meerdere giften cefazoline i.v. of vancomycine iv, al dan niet
gecombineerd met achterlaten van antibiotica in pocket en/of pocketspoeling.
Doel van het onderzoek
Het doel van het onderzoek is na te gaan of in hoog-risico patiënten (o.a.
pacemaker vervangingen en pocket- en lead revisies), in vergelijking met
conventionele antibiotische profylaxe, een beleid van incrementele
antibiotische profylaxe de kans op zogenaamde pocketinfecties vermindert.
Onderzoeksopzet
In PADIT wordt gebruik gemaakt van cluster randomization (CRT), waarbij niet de
patiënt maar het deelnemend ziekenhuis wordt gerandomiseerd naar óf
pre-operatief een enkele gift cefazoline (conventional treatment), óf
cefazoline + vancomycine preoperatief + pocket wash + twee dagen oraal
cefalexine (incremental treatment). De gerandomiseerde strategie wordt
gedurende 6 maanden de standaard behandeling voor alle implantaties in het
deelnemende centrum.
Pacemakerimplantaties vinden plaats in het kader van ver gestandaardiseerde en
geprotocolleerde zorg. Bij een op patient niveau gerandomiseerde onderzoek valt
de patiënt buiten de routine-matige dagelijkse zorg, en roept daardoor vragen
op of de resultaten zijn te extrapoleren naar de dagelijkse routine.
Randomisatie op patiënten niveau is weliswaar geschikt voor het beoordelen van
de effectiviteit van een behandeling, maar veel minder geschikt voor wat ook
wel *comparative effectiveness research* (CER) of *clinical effectiveness
testing* wordt genoemd. Hierbij wordt door een directe vergelijking tussen
bestaande behandelingen bestudeerd hoe een behandeling werkt als onderdeel van
de dagelijkse klinische praktijk.
Outcome parameters worden geblindeerd centraal beoordeeld.
Onderzoeksproduct en/of interventie
cluster randomization (CRT) naar standaard behandeling pre-operatief een enkele gift cefazoline (conventional treatment), óf standaard behandeling cefazoline + vancomycine preoperatief + pocket wash (1 gr cefazoline in 50 ml steriel NaCl) + twee dagen oraal cefalexine (incremental treatment)
Inschatting van belasting en risico
De gebruikte antibiotica zijn standaard, in Nederland algemeen in gebruik
zijnde antibiotica. Hoewel het gebruik van deze antibiotica wordt beschouwd als
een laag risico, kunnen alle antibiotica ook ongewenste effecten hebben:
- vancomycine kan huiduitslag geven of een lage bloeddruk (3-11%). Dit risico
is echter minder als vancomycine langzaam via een infuus wordt gegeven. Andere
bijwerkingen kunnen onder andere zijn een (tijdelijke) afname in het aantal
witte bloedcellen (1-2%), huiduitslag (3%), koorts (2%) en een (tijdelijke)
achteruitgang van de nierfunctie.
- cefazoline en cefalexine kunnen huiduitslag (1-7%) en diarree (1-20%)
veroorzaken.
- clindamycine kan diarree veroorzaken, en soms (voorbijgaande) asymptomatische
leverfunctiestoornissen.
Publiek
Birge Street 30
Hamilton ON L8L 0A6
CA
Wetenschappelijk
Birge Street 30
Hamilton ON L8L 0A6
CA
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. leeftijd > 18 jaar
2. den van onderstaande ingrepen:
a) vervanging van :
i. ICD, pacemaker, biventriculaire pacemaker of ICD en/of lead vervanging
ii. revise van pocket of repositie lead
iii. vervanging van 1 of naar 2 of 3 kamer pacemaker of ICD
b) eerste implantatie van een biventriculaire ICD of pacemaker
(pacemaker or ICD)
3. patient heeft been pocketinfectie ten tijde van de ingreep
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
alle Patienten die niet aan inclusie criteria voldoen
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2014-000459-10-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT01628666 |
CCMO | NL47840.028.14 |