Om werking, veiligheid en farmacokinetische eigenschappen te bepalen van inname van 12 of 24 mcg lubiprostone capsules 2 maal per dag (BID) (gebaseerd op lichaamsgewicht bij screening) ten opzichte van overeenkomend placebo BID, bij orale…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Maagdarmstelselmotiliteit en defecatieaandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Algehele verandering in spontane darmactiviteit (SBM) vanaf screening gedurende
de 12 weekse behandelingsperiode.
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire eindpunten voor werkzaamheid:
* Totale verandering ten opzichte van de baseline in SBM-frequentie gedurende
de hele behandelingsperiode van 12 weken
* Tijd tot de eerste SBM na de eerste toediening van het onderzoeksgeneesmiddel
* Percentage proefpersonen met een SBM binnen 4, 8, 12, 24 en 48 uur na de
eerste toediening van het onderzoeksgeneesmiddel
* Algemene, wekelijkse en maandelijkse beoordelingen van de gemiddelde mate van
- en veranderingen ten opzichte van - de baseline in:
o Persen dat gepaard gaat met SBM*s
o Consistentie van de ontlasting van SBM*s
o Buikpijn
o Ernst van de obstipatie
o Doeltreffendheid van de behandeling
* Algemene gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven (PedsQL*)
* Behandelingsrespons, gedefinieerd als de proefpersonen die gedurende ten
minste 4 weken behandeld blijven, niet stopten wegens gebrek aan werkzaamheid
en * 1 of meer SBM*s meer dan de baseline meldden en * 3 wekelijkse SBM*s voor
75% van de waargenomen behandelingsweken in totaal en gedurende minstens 3 van
de 4 laatste weken van de behandeling.
* Verandering ten opzichte van de baseline in totale incontinentie-episoden
gedurende elke behandelingsweek en gedurende elke behandelingsmaand (analyse
uitgevoerd voor de deelgroep van proefpersonen met incontinentie ten tijde van
de baseline)
* Verandering ten opzichte van de baseline in de frequentie van het maken van
ontlasting met een grote diameter (ontlasting die het toilet kan verstoppen),
tijdens elke behandelingsweek en tijdens elke behandelingsmaand
* Frequentie van fecale impactie in het algemeen, gedurende elke
behandelingsweek en gedurende elke behandelingsmaand
* Totaal percentage van BM*s en SBM*s in het toilet, gedurende elke
behandelingsweek en gedurende elke behandelingsmaand
* Totale frequentie van retentieve houding of overmatige wilskrachtige retentie
van de ontlasting in het algemeen, gedurende elke behandelingsweek en gedurende
elke behandelingsmaand
De eindpunten voor veiligheid zijn als volgt:
* Het aantal bijwerkingen, ingedeeld volgens MedDRA-systeem/orgaanklasse
* Veranderingen ten opzichte van baseline in klinische laboratoriumparameters
(hematologie, serumchemie, urineonderzoek)
* Veranderingen ten opzichte van baseline in metingen van vitale functies,
waaronder lengte en gewicht
o Lengte wordt gemeten met behulp van een aan de muur gemonteerde stadiometer,
indien beschikbaar
* Veranderingen ten opzichte van baseline bij lichamelijk onderzoek
* Percentage verandering ten opzichte van de baseline in botmineraaldichtheid
(BMD) en botmineraalgehalte (BMG) voor de DXA-deelgroep (proefpersonen van 6
tot 9 en van 14 tot 17 jaar oud)
* Veranderingen ten opzichte van baseline in BMD Z-scores en in voor de lengte
gecorrigeerde Z-scores, zoals bepaald met behulp van DXA voor de DXA-deelgroep
(proefpersonen van 6 tot 9 en van 14 tot 17 jaar oud)
* Veranderingen ten opzichte van baseline in lengte en gewicht Z-scores voor de
DXA-deelgroep (proefpersonen van 6 tot 9 en van 14 tot 17 jaar oud)
* Incidentie van klinische fracturen
Een Toezichtscommissie informatieveiligheid (DSMB, Data Safety Monitoring
Board) zal gedurende het onderzoek de veiligheidsgegevens op regelmatige basis
controleren. Specifieke details, waaronder criteria voor de frequentie van
stopzetten, staan vermeld in het DSMB-handvest.
Plasmamonsters worden als volgt afgenomen voor populatie farmacokinetische (FK)
modellering:
* Bezoek 2 (eerste dosering): Een monster vóór de dosering en 1 monster tussen
30 en 90 minuten na de toediening van de eerste dosis (in totaal 2 monsters); en
* Bezoek 5 (dag 29): 1 monster ongeveer 2 tot 6 uur na toediening van de dosis.
Een populatie FK-analyse zal worden uitgevoerd aan de hand van de
concentratietijdgegevens van het kleine aantal FK-monsters in dit onderzoek. De
analyse kan gegevens van andere onderzoeken met lubiprostone bij volwassenen,
pediatrische patiënten of gezonde vrijwilligers omvatten. Een apart analyseplan
voor de populatie FK-analyse zal worden voorbereid voordat de database wordt
vergrendeld.
Achtergrond van het onderzoek
Studie van de nieuwe onderzoeksmedicatie Lubiprostone bij kinderen met
Chronische Idiopathische Constipatie. Dit is een van de studies die voogesteld
is in de PIP. De studie zal uitgevoerd worden in 9 EU landen, VS en Canada
Doel van het onderzoek
Om werking, veiligheid en farmacokinetische eigenschappen te bepalen van inname
van 12 of 24 mcg lubiprostone capsules 2 maal per dag (BID) (gebaseerd op
lichaamsgewicht bij screening) ten opzichte van overeenkomend placebo BID, bij
orale toegediening bij kinderen met Chronische Idiopathische Constipatie.
Onderzoeksopzet
Multicentra, gerandomizeerd, parallel, placebo-gecontroleerd, dubbel-blind voor
12 weken.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Behandeling met 12 of 24 mcg lubiprostone, of met overeenkomend placebo 2 maal daags voor 12 weken.
Inschatting van belasting en risico
Risico*s:
Geen gunstige klinische werking, optreden van bijwerkingen (meest gebruikelijke
misselijkheid).
Lasten:
Afgeven van bloed monsters voor PK analyse en serum biochemie, ondergaan van
lichamelijk onderzoek, ondergaan van DXA scans.
Voordelen:
Verlichting van symptomen van Chronische Idiopathische Constipatie (verhoging
van SBMs, vermindering van opgeblazen of gespannen gevoel, verbetering van
ontlastingsstructuur, verhoging van kwaliteit van leven).
Publiek
Baarerstrasse 22
Zug 6300
CH
Wetenschappelijk
Baarerstrasse 22
Zug 6300
CH
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Schriftelijke geïnformeerde toestemming verkregen van de proefpersoon of ouder/wettelijke voogd (en instemming door de proefpersoon indien van toepassing).
2. Proefpersoon is minstens 6 jaar oud, maar minder dan 18 jaar oud ten tijde van de randomisatie.
3. Proefpersoon is in staat en bereid om capsules door te slikken.
4. Proefpersoon voldoet als volgt aan de gewijzigde Rome III-criteria voor de diagnose functionele obstipatie (kind/adolescent; sectie H3a):
Moet twee of meer van het volgende omvatten in een kind met een ontwikkelingsleeftijd van minstens 4 jaar*: met onvoldoende criteria voor een diagnose van prikkelbaredarmsyndroom (IBS, irritable bowel syndrome):
* Twee of minder ontlastingen in het toilet per week
* Minstens één geval van ontlastingsverlies per week
* Voorgeschiedenis van retentieve houding of overmatige wilskrachtige retentie van de ontlasting
* Voorgeschiedenis van pijnlijke of harde ontlasting
* Aanwezigheid van een grote fecale massa in het rectum
* Voorgeschiedenis van ontlasting met een grote diameter die het toilet kan verstoppen
* Aan de criteria is minstens eenmaal per week gedurende minstens 2 maanden voorafgaand aan de diagnose voldaan.
5. Als de proefpersoon een gelijktijdige medicatie neemt (op recept of vrij verkrijgbaar) die de motiliteit van het maagdarmkanaal beïnvloedt, moet hij/zij met het gebruik stoppen ten tijde van het screeningbezoek (bezoek 1); deze geneesmiddelen zijn onder andere:
a. Cholinesteraseremmers; middelen tegen kramp, diarree en obstipatie en prokinetische middelen; laxeermiddelen (bijv. PEG 3350), met inbegrip van homeopathische middelen;
b. Tricyclische antidepressiva; en/of
Alle geneesmiddelen waarvan, naar het oordeel van de onderzoeker, bekend is dat ze obstipatie of obstipatiegerelateerde symptomen verlichten of veroorzaken, en waarvan de onderzoeker, op basis van de medische voorgeschiedenis van de proefpersoon, vermoedt dat het een bijdragende factor vormt bij de chronische constipatie van de patiënt, of die anderszins de evaluatie van de respons op de behandeling zou kunnen bemoeilijken.
Uitzonderingen: Behandeling met anticholinergica, SSRI*s, SNRI*s of MAO-remmers is toegestaan, mits er gedurende minstens 30 dagen voorafgaand aan het screeningbezoek een stabiele dosis is gebruikt die tijdens het onderzoek waarschijnlijk ook niet zal veranderen.
6. Proefpersoon (en, indien noodzakelijk, ouder/wettelijke vertegenwoordiger) moeten bereid en in staat zijn om aanbevolen reddingsgeneesmiddelen toe te dienen (rectaal en/of oraal) als dat nodig is.
7. Als de proefpersoon een vezelsupplement neemt (bijv. Metamucil®, PerDiem®, Fybogel), dient het gebruik ervan gedurende minstens 30 dagen voorafgaand aan het screeningbezoek (bezoek 1) volgens een stabiele dosis en schema te zijn en zal tijdens het onderzoek waarschijnlijk niet veranderen.
8. Proefpersoon en zijn/haar ouder/wettelijke vertegenwoordiger moeten bereid en in staat zijn om zijn/haar eigen dagboek in te vullen.
9. Het dagelijkse dagboek van de proefpersoon wordt gedurende de screeningperiode voor minstens 70% ingevuld met beoordelingen in de avond/aan het eind van de dag.
10. Het dagelijkse dagboek van de proefpersoon duidt op een gemiddelde van minder dan 3 spontane stoelgangen (SBM*s) per week gedurende de screeningperiode.
11. Proefpersoon heeft ten minste één van het volgende voor ten minste 25% van de SBM*s gedurende elke week van de screeningperiode (zoals vermeld in het dagelijkse dagboek):
* Gewijzigde Bristol-stoelgangschaal type 1 of 2; en/of
* Enig tot erg persen, dat gepaard gaat met SBM*s. NB Het is voor proefpersonen zonder gemelde SBM*s tijdens de screeningperiode niet noodzakelijk om aan de criteria voor stoelgangkarakteristieken te voldoen, bijv. harde of erg harde ontlasting.;Alle proefpersonen van het onderzoek die 6-9 of 14-17 jaar oud zijn en voldoen aan de aanvullende toetredingscriteria voor de DXA-evaluatiedeelgroep
Inclusiecriteria*:
1. Proefpersoon is 6 tot 9 of 14 tot 17 jaar oud ten tijde van de geïnformeerde toestemming.
2. Proefpersoon heeft een botmineraaldichtheid (BMD) Z-score (genormaliseerd voor leeftijd en geslacht) groter dan -2,0, zoals beoordeeld met DXA ten tijde van de screening.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Het is bekend dat de obstipatie van de proefpersoon een gevolg is van een van de volgende zaken:
a. Lichamelijk/mentaal/cognitief * alle aandoeningen, anders dan functionele obstipatie, die naar het oordeel van de onderzoeker zouden interfereren met een zinvolle deelname aan het onderzoek of de evaluatie.
b. Anatomisch * gepaard gaande met een mechanische darmverstopping (tumor, hernia, obstructieve poliepen enz.) of pseudo-obstructie.
c. Neurologisch * gepaard gaande met een ruggenmergaandoening, aangeboren aandoening of Guillain-Barré syndroom.
d. Endocrien/metabool * gepaard gaande met hypothyreoïdie, diabetes, hypercalciëmie of hypokaliëmie.
e. Inflammatoire darmziekte (zoals de ziekte van Crohn, colitis ulcerosa, coeliakie).
f. Geneesmiddelen * gepaard gaande met het gebruik van geneesmiddelen waarvan bekend is dat ze obstipatie veroorzaken.
2. Proefpersoon is kandidaat voor een buikoperatie * waaronder darmresectie, colectomie, maagomleidingschirurgie (uitzonderingen: blindedarmoperatie, cholecystectomie, goedaardige polypectomie en liesbreuk) * of heeft deze ondergaan.
3. Proefpersoon heeft eender welke gastro-intestinale (GI) aandoening anders dan obstipatie, die invloed heeft op de GI-motiliteit of de ontlasting.
4. Proefpersoon heeft de ziekte van Hirschsprung.
5. Proefpersoon meldt episoden van ontlastingsverlies die geen verband houden met retentie van ontlasting (bijv. niet-retentief ontlastingsverlies zoals gedefinieerd door de Rome III-diagnostische criteria).
6. Proefpersoon heeft momenteel tekenen van onbehandelde fecale impactie ten tijde van de screening.
7. Proefpersoon heeft last van onverklaard significant gewichtsverlies.
8. Proefpersoon heeft een medische/chirurgische aandoening die kan interfereren met de absorptie, de distributie, het metabolisme of de uitscheiding van het onderzoeksgeneesmiddel.
9. Proefpersoon heeft een ongecontroleerde hart-, lever- of longziekte, neurologische of psychiatrische stoornis of andere systemische ziekte, die naar het oordeel van de onderzoeker klinisch significant is en het vermogen van de proefpersoon om aan het onderzoek deel te nemen zou beperken.
10. Proefpersoon gebruikt op het moment een peritoneale verblijfskatheter.
11. Proefpersoon heeft een verminderde nierfunctie die bij het screeningbezoek werd geïdentificeerd (d.w.z. > 1,5 maal de mediaan van het normale bereik).
12. Proefpersoon heeft een abnormale laboratoriumtest (hematologie, urineonderzoek of bloedchemie), die naar het oordeel van de vermogen van de proefpersoon om aan het onderzoek deel te nemen zou beperken.
13. Proefpersoon heeft momenteel tekenen van, of is behandeld voor, kanker in de afgelopen 5 jaar.
14. Proefpersoon (vrouwelijk in de vruchtbare leeftijd) heeft een positieve zwangerschapstest, weigert/is niet bereid om een zwangerschapstest te ondergaan en/of gaat niet akkoord met gebruik van protocolspecifieke anticonceptiemethoden tijdens de hele duur van het onderzoek.
15. Proefpersoon of ouder/wettelijke voogd toont een kans op het niet naleven van het onderzoeksprotocol (d.w.z. doseringsschema, bezoekschema, invullen van het dagboek of onderzoeksprocedures).
16. Proefpersoon heeft binnen 30 dagen voorafgaand aan het screeningbezoek (bezoek 1) een onderzoeksgeneesmiddel gekregen, of is van plan om tijdens de onderzoeksperiode aan een ander klinisch onderzoek deel te nemen.
17. Proefpersoon heeft op om het even welk tijdstip voorafgaand aan de deelname in dit onderzoek AMITIZA, lubiprostone, SPI-0211 of RU-0211 gekregen.;Alle proefpersonen van het onderzoek die 6-9 of 14-17 jaar oud zijn en voldoen aan de aanvullende toetredingscriteria voor de DXA-evaluatiedeelgroep;Exclusiecriteria*:
1. Proefpersoon heeft serum 25(OH)-vitamine D-niveau <20 ng/ml ten tijde van de screening.
2. Proefpersoon heeft een voorgeschiedenis van botaandoeningen (bijv. rachitis, osteogenesis imperfecta, reumatoïde artritis, ernstige scoliose), rugoperatie/-letsel, endocriene stoornissen, anorexia nervosa en/of het gebruik van anti-epileptica, bisfosfonaten of Depo-Provera.
3. Proefpersoon heeft een voorgeschiedenis van chronisch gebruik van geïnhaleerde/orale corticosteroïden binnen 6 maanden voorafgaand aan het screeningbezoek (bezoek 1), of is van plan om op enig moment tijdens het onderzoek te beginnen met het gebruik van geïnhaleerde/orale corticosteroïden.
* Deze criteria worden gebruikt voor het bepalen van proefpersonen die in aanmerking komen voor de DXA-evaluatiedeelgroep, en niet voor de geschiktheid voor het hele onderzoek.
De deelname van een proefpersoon aan de DXA-evaluatiedeelgroep wordt opnieuw beoordeeld voor de volgende criteria na de randomisatie wanneer de resultaten van de centrale DXA-aflezing zijn verkregen en de resultaten van het centrale lab zijn ontvangen:
* Inclusiecriterium 2: Proefpersoon heeft een botmineraaldichtheid (BMD) Z-score (genormaliseerd voor leeftijd en geslacht) groter dan -2,0, zoals beoordeeld met DXA.
* Exclusiecriterium 1: Proefpersoon heeft serum 25(OH)-vitamine D-niveau <20 ng/ml.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2013-003468-30-NL |
CCMO | NL46082.018.14 |