Een veelbelovende strategie om postlaparoscopische pijn in de schouder en boven in de buik te verminderen is de 'pulmonary recruitment maneuver'. Door de hoge inspiratoire druk, expanderen de longen en komt het diafragma naar beneden,…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Obstetrische en gynaecologische therapeutische verrichtingen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire uitkomstmaten zijn incidentie en ernst van postlaparoscopische
schouderpijn en pijn boven in de buik. Deze wordt uitgedrukt met de Visual
Analog Score schaal (VAS schaal), gemeten 8, 24 en 48 uur postoperatief.
Secundaire uitkomstmaten
De secundaire uitkomstmaten zijn postoperatieve pijnstilling, misselijkheid,
braken en longproblemen.
Achtergrond van het onderzoek
Schouderpijn en pijn boven in de buik zijn veel voorkomende klachten na
laparoscopie. De incidentie van schouderpijn varieert tussen de 35 en 80%.
Soms is de laparoscopie-gerelateerde pijn zelfs erger dan de pijn ter plaatste
van de insteekopeningen. Gedacht wordt dat deze pijn veroorzaakt wordt door het
achterblijven van koolstofdioxide in de buikholte. Koolstofdioxide prikkelt de
nervus phrenicus en het diafragma en veroorzaakt pijn in de schouder en boven
in de buik.
Doel van het onderzoek
Een veelbelovende strategie om postlaparoscopische pijn in de schouder en boven
in de buik te verminderen is de 'pulmonary recruitment maneuver'. Door de hoge
inspiratoire druk, expanderen de longen en komt het diafragma naar beneden,
waardoor residuaal koolstofdioxide uit de buikholte kan worden verwijderd. Een
andere methode is het gebruik van intraperitoneaal fysiologisch zout.
Fysiologisch zout is zwaarder dan koolstofdioxide. Hierdoor stijgt het
koolstofdioxide waardoor het makkelijker uit de buik kan ontsnappen. Tevens zou
fysiologisch zout als een fysiologisch buffersysteem fungeren, waardoor de
opname van koolstofdioxide wordt vergemakkelijkt. In deze gerandomiseerde
studie onderzoeken we afname van postlaparoscopische pijn door gebruik te maken
van een combinatie van de twee bovengenoemde therapieën.
Onderzoeksopzet
Gerandomiseerde gecontroleerde studie in twee opleidingsziekenhuizen in
Nederland.
Onderzoeksproduct en/of interventie
In de interventiegroep wordt de bovenbuik bilateraal en gelijkmatig gevuld met verwarmd fysiologisch zout (15-20 ml/kg lichaamsgewicht) en achtergelaten en in de buikholte. Daarna wordt de patiënt in Trendelenburg positie geplaatst (30 graden) en de anesthesioloog geeft vijf manuele pulmonale inflaties met een maximum druk van 40 cm H2O (pulmonary recruitment maneuver). De vijfde hyperinflatie wordt vastgehouden voor 5 seconden. De trocar klepjes staan volledig open, zodat de koolstofdioxide uit de buikholte kan ontsnappen. Daarna wordt de patiënt in neutrale positie gelegd en worden de instrumenten uit de buik verwijderd. In de controle groep wordt de koolstofdioxide uit de buikholte verwijderd door middel van passieve exsufflatie met voorzichtige abdominale druk, waarbij de trocar klepjes volledig open staan.
Inschatting van belasting en risico
Voorgaande studies hebben aangetoond dat intraperitoneaal fysiologisch zout
achterlaten een veilige procedure is. Ook de pulmonary recruitment maneuver is
een bewezen veilige methode wanneer een maximale druk van 40 cm H2O wordt
gebruikt. In de literatuur worden geen complicaties beschreven die gerelateerd
zijn aan deze twee interventies.
Deelnemers aan de studie vullen een korte vragenlijst in op 3 verschillende
momenten, 8, 24 en 48 uur postoperatief. 24 Uur postoperatief worden patiënten
gebeld om te vragen naar (serious) adverse events.
De verwachtte voordelen van deelname zijn een afname in incidentie en afname
van ernst van schouderpijn en pijn boven in de buik na een laparoscopische
operatie.
Publiek
De Run 4600
Veldhoven 5504 DB
NL
Wetenschappelijk
De Run 4600
Veldhoven 5504 DB
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Vrouwen tussen de 18 en 65 jaar, ASA classificatie I-II, gepland voor een electieve laparoscopische procedure vanwege een goedaardige gynaecologische indicatie.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
-Vrouwen die geen Nederlands praten
-Vrouwen jonger dan 18 jaar
-Vrouwen met een mediane laparotomie in de voorgeschiedenis
-Zwangere vrouwen
-COPD/Longemfyseem
-Dagelijks gebruik van pijnmedicatie
-Allergie/intolerantie voor NSAID's
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL50655.015.14 |