BRASD: biomechanische repositie technieken in anterieure schouderluxaties. Een gerandomiseerd multicenter klinisch onderzoek

Schouderdislocaties zijn één van de meest voorkomende dislocaties die op de
spoedeisende zorg behandeld worden. Ze zijn erg pijnlijk en snelle repositie om
weefselbeschadiging (kraakbeen, zenuw en vasculair) is geboden. De
repositietechnieken zijn in 3 groepen in te delen, namelijk tractie,
hefboomrepositie en de biomechanische repositie. In de dagelijkse praktijk
heeft de repositie door middel van tractie en hefboomwerking zich het meest
bewezen. Maar deze technieken voldoen niet aan de voorwaarden voor snelle,
pijnloze en complicatievrije repositie. Daarom is in de literatuur gezocht naar
andere repositietechnieken. Op basis van een literatuurstudie naar andere
repositietechnieken, lijkt de biomechanische repositietechniek zich het meest
aan de voorwaarden voor snelle, pijnloze en complicatievrije repositie te
voldoen. Maar in de literatuur staat niet duidelijk beschreven welke
biomechanische repositietechniek het snelst en het minst pijnlijk is en welke
combinatie van biomechanische repositietechnieken het beste is. Met dit
prospectief gerandomiseerd onderzoek willen we enkele biomechanische technieken
met elkaar vergelijken, namelijk de biomechanische technieken volgens
Cunningham, Modified Milch en Scapula Manipulate Technieken (SMT). Met de
resultaten van dit onderzoek willen we bijdragen aan een uniform en standaard
behandelplan voor biomechanische schouderrepositie.

Welke biomechanische repositietechniek of combinatie van biomechanische
repositietechnieken is het snelst, het minst pijnlijk, geeft de minste risico's
op iatrogene complicaties en het hoogste patiënttevredenheid bij volwassen
wilsbekwame patiënten die zich op de SEH presenteren met een anterior
schouderluxatie?

een gerandomiseerd multicenter onderzoek.

3 verschillende biomechanische repositietechnieken volgens Cunningham, Modified Milch en SMT (scapula manipulatie techniek)

Schouderluxaties zijn erg pijnlijk. Om de pijn te verminderen en het risico op
weefselschade aan het kraakbeen, de zenuwen en/of bloedvaten te beperken is
snelle interventie noodzakelijk. Bij de niet biomechanische technieken wordt de
schouder door het toepassen van kracht gereponeerd, dit is erg pijnlijk en kan
schadelijk zijn. De in dit onderzoek toegepaste biomechanische technieken zijn
meer fysiologisch en minder pijnlijk. Er zijn geen negatieve complicaties bij
het toepassen van deze technieken beschreven. Omdat we 3 verschillende
biomechanische technieken met elkaar vergelijken, kan het 15 minuten langer
duren voordat de schouder gereponeerd is. De totale tijdsduur van de
biomechanische repositie zal niet verschillen met de reguliere technieken omdat
hierbij het toedienen van pijnmedicatie en monitoring ook ca. 15 minuten in
beslag neemt.