Het doel van deze studie is de veiligheid en werkzaamheid van een haplo-identieke T-cel gedepleteerde hematopoëtische stamceltransplantatie en aanvullende behandeling met ATIR101 te vergelijken met een T-cel gerepleteerde haplo-identieke…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Leukemieën
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Het primaire eindpunt van de studie is GVHD-vrije, recidief-vrije overleving
(GFRS). GFRS is gedefinieerd als de tijd van randomisatie totdat graad III/IV
acute graft-versus-host-ziekte (GVHD), chronische GVHD die systemische
immunosuppressieve behandeling vereist, ziekte recidief of dood, voor het eerst
optreedt. Dit eindpunt omvat zowel veiligheid als werkzaamheid.
Secundaire uitkomstmaten
Overleving (OS)
Progressie-vrije overleving (PFS)
Recidief-gerelateerde mortaliteit (RRM)
Transplantatie-gerelateerde mortaliteit (TRM)
Immune reconstitutie
Incidentie en ernst van acute en chronische GVHD
Incidentie en ernst van viral, schimmel en bacteriele infecties
Incidentie en ernst van bijwerkingen
Quality of Life (QoL)
Achtergrond van het onderzoek
Voor veel patiënten met een hematologische maligniteit is een hematopoëtische
stamceltranplantatie (HSCT) de enige mogelijkheid op genezing. Het gebruik van
een gematchte (verwante of niet verwante) donor wordt beschouwd als
zorgstandaard voor patiënten die in aanmerking komen voor HSCT. Echter, een
significant aantal patiënten ontvangt deze mogelijk levensreddende behandeling
niet omdat een geschikte gematche verwante of niet verwante donor niet tijdig
of helemaal niet gevonden wordt.
Een alternatief vormt de toepassing van zogenaamde haplo-identieke donors
(familieleden die slechts gedeeltelijk gematched zijn met de ontvanger).
Echter, een HSCT van een haplo-identieke donor is niet zonder risico voor de
patiënt. Deze risico*s omvatten infectie, afstoting van het transplantaat, *
graft-versus-host-ziekte* (GVHD), recidief van de maligniteit en bijwerkingen
als gevolg van bijkomende behandelingen (bijv. radiotherapy, chemotherapy en
anti-virale medicatie).
De haplo-identieke transplantatie is mogelijk geworden door het gebruik van
methoden waarbij de donor T-cellen uit het transplantaat worden verwijderd om
zo het risico op GVHD te verkleinen. Nadeel van deze benadering is dat
patiënten gedurende meer dan 1 jaar na transplantatie ernstig
immuungecompromiteerd kunnen blijven waarbij er een hoog risico is op
levensbedreigende complicaties die resulteren in een hoge transplantatie
gerelateerde sterfte (TRM) en lage overleving (OS).
ATIR101 is uit menselijke cellen gemaakt, gepersonalizeerd geneesmiddel,
gemaakt voor een specifieke patient. ATIR101 is een T-lymfocyt verrijkt
leucocytenpreparaat dat ex vivo gedepleteerd is van gastheer alloreactieve
T-cellen. Een haplo-identieke stamceltransplantatie gevolgd door ATIR101, biedt
patiënten die een HSCT nodig hebben maar waarvoor een geschikte HLA-gematchte
verwante of niet verwante donor niet beschikbaar is een mogelijk levensreddende
behandeling. Omdat ATIR101 bestaat uit een hoge dosis donor lymfocyten, die
zijn gedepleteerd van gastheer alloreactieve T-cellen, wordt verwacht dat de
patiënt beschermd is tegen levenbedreigende infecties zonder dat het risico op
levensbedreigende GVHD wordt verhoogd. Bovendien bestaat de mogelijkheid dat
het anti-tumor-effect van de T-cellen die in ATIR101 zijn behouden leidt to een
ander mogelijk voordeel voor patiënten. Dit mogelijke
transplantaat-versus-leukemie-effect kan het risico op een recidief van de
maligniteit verkleinen en daarmee de kans op verdere overleving op de lange
termijn vergroten.
Concluderend, de ontwikkeling van een behandeling die vroege immuunbescherming
en immuunreconstitutie biedt na een haplo-identieke HSCT zonder de kans op
levensbedreigende (acute) GVHD te verhogen, kan de klinische uitkomsten van
patiënten significant verbeteren waarbij TRM als gevolg van acute GVHD en/of
infecties en mogelijke recidieven van de maligniteiten worden voorkomen.
Bovendien biedt de mogelijkheid om niet-gematchte (haplo-identieke) donoren te
gebruiken een significant voordeel voor vele patiënten waarvoor geen geschikte
gematchte donor beschikbaar is. Dus, deelname aan deze studie biedt patiënten
vooruitzicht op directe baten.
Doel van het onderzoek
Het doel van deze studie is de veiligheid en werkzaamheid van een
haplo-identieke T-cel gedepleteerde hematopoëtische stamceltransplantatie en
aanvullende behandeling met ATIR101 te vergelijken met een T-cel gerepleteerde
haplo-identieke hematopoëtische stamceltransplantatie (met toediening van
cyclofosfamide (PTCy) post-transplantatie), bij patiënten met een
hematologische maligniteit.
Een bijkomend doel van deze studie is het vergelijken van de kwaliteit van
leven van deze twee behandelingen.
Onderzoeksopzet
Studie CR-AIR-009 is een fase III, gerandomiseerde, gecontroleerde,
multicentrische open-label studie die twee parallele groepen vergelijkt. Na het
tekenen van de toestemmingsverklaring, worden in totaal ongeveer 250 patiënten
in de studie 1 op 1 gerandomiseerd om ofwel een T-cel gedepleteerde
stamceltransplantatie (CD34-geselecteerde) te ondergaan van een verwante
haplo-identieke donor gevolgd door een enkele infusie met ATIR101 ofwel een
zgn. T-cell gerepleteerde (door hoge dosis cyclofosfamide) stamceltransplantie
volgens het zgn. ("Baltimore protocol") ondergaan.
Randomisatie zal gebruiken maken van minimalisatie om de behandelingsgroepen te
verdelen wat betreft onderliggende ziekte (AML, ALL of MDS), ziekte-index
(intermediair, hoog of zeer hoog risico) en behandelingscentrum. Een
stochastische behandelingsallocatieprocedure zal worden gebruikt zodat de
behandelingsarm willekeurig wordt aangewezen voor alle patiënten die aan de
studie deelnemen.
Patiënten die gerandomiseerd worden in de ATIR101-groep zullen na 28 tot 32
dagen na de stamceltransplantatie een enkele dosis 2×10E6 levensvatbare
T-cellen/kg met ATIR101 ontvangen. Alle patiënten zullen gedurende minimaal 24
maanden na de HSCT worden opgevolgd.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Patiënten die gerandomiseerd zijn in de ATIR101-groep zullen 28-32 dagen na de haploidentieke, CD34-geselecteerde stamcel transplantie een aanvullende behandeling met een enkele dosis ATIR101 ontvangen, bestaande uit 2×10E6 levensvatbare T-cellen/kg. Patiënten in the PtCY groep worden behandeld volgens het zgn. "Baltimore protocol", dat bestaat uit een T-cel replete stamceltransplantatie met post-transplantatie een hoge dosis cyclofosfamide. Alle patiënten zullen gedurende ten minste 24 maanden na de HSCT worden opgevolgd. Opvolgen van patiënten na 24 maanden na HSCT zal beëindigd wanneer een totaal aantal van 156 GRFS-gevallen is bereikt.
Inschatting van belasting en risico
De ontwikkeling van een nieuwe behandeling die vroege immuunbescherming en
immuunreconstitutie geeft na een haplo-identieke stamceltransplantatie zonder
het risico van levenbedreigende acute GVHD te vergroten kan de klinische
uitkomsten van patienten significant verbeteren door transplantatie
gerelateerde mortaliteit veroorzaakt door acute GVHD en/of infecties of
mogelijk recidieven te verkleinen. Daarnaast kan de mogelijkheid om niet
volledig gematchte (haplo-identieke) verwachte donoren te gebruiken een
voordeel zijn voor de vele patiënten waarvoor geen geschikte gematchte donor
beschikbaar is. Daarom biedt deelname in de studie patiënten het vooruitzicht
van directe baten.
Publiek
Paasheuvelweg 25A
Amsterdam-Zuidoost 1105 BP
NL
Wetenschappelijk
Paasheuvelweg 25A
Amsterdam-Zuidoost 1105 BP
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. Een van de volgende hematologische maligniteiten:
- Acute myeloide leukemia (AML) in eerste cytomorphologische remissie (met <5%
blasten in het beenmerg) met ziekte risico index (DRI) intermediair of hoger,
of in tweede of hogere cytomorphologische remissie (met <5% blasten in het
beenmerg)
- Acute lymfoblastische leukemie (ALL) in eerste of hoger remissie (met <5%
blasten in het beenmerg)
- Myelodysplastic syndroom (MDS): transfusie-afhankelijke (ten minste een
transfusie per maand nodig), of intermediaire or hoger IPSS-R riscio groep
2. Klinische justificatie voor allogene stamceltransplantatie waarbij een
geschikte HLA-gematchte verwante of niet verwante donor niet tijdig beschikbaar
is.
3. Beschikbaarheid van een verwante haploidentieke donor met met een volledig
gedeeld haplotype en 2 tot 4 mismatches op de HLA-A, -B, -C en -DRB1 loci van
het niet-gedeelde haplotype, zoals vastgesteld via hoge resolutie HLA-typing
4. Karnofsky score >= 70%
5. Man of vrouw, leeftijd >= 18 en <= 65 jaar.
6. Gewicht patient >= 25 kg en <= 130 kg
7. Beschikbaarheid van een donor in de leeftijd >= 16 en <= 75 jaar die geschikt
is bevonden in overeenstemming met lokale vereisten en wetten. Donoren van <16
jaar zijn toegestaan als zij de enige zijn optie voor een HSCT, als ze zijn
toegestaan door lokale regelgeving, en als de IRB / IEC
deelname aan het onderzoek goedgekeurt.
8. Voor vrouwen in de vruchtbare leeftijd die seksueel actief zijn en mannen
die seksueel contact hebben met vrouwen in de vruchtbare leeftijd: bereidheid
tot het gebruik van betrouwbare contraceptiemethoden tijdens studiedeelname
(orale anticonceptiva, IUD, implanteerbare hormonen, anticonceptiva per
injectie of onthouding)
9. Getekende toestemmingsverklaring (patient en donor)
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Diagnose van chronische myelomonocytische leukemie (CMML)
2. Beschikbaarheid van een geschikte volledige gematchte verwante of niet
verwante donor via een donorzoektocht
3. Eerdere allogene hematopoetische stamceltransplantatie
4. Koolstofmonoxide diffusiecapaciteit (voor hemoglobine gecorrigeerde DLCO) <
50% van voorspelde waarde
5. Linker ventriculaire ejectiefractie < 45% (zoals geevalueerd via
echocardiogram of MUGA scan)
6. AST en/of ALT > 2,5 bovenste limiet van normaal (ULN) (CTCAE graad 2)
7. Creatinineklaring < 50 ml/min (berekend of gemeten)
8. Positieve zwangerschapstest of het geven van borstvoeding door patient of
donor (alleen bij vrouwen in de vruchtbare leeftijd)
9. Geschatte overlevingskans van minder dan 3 maanden
10. Bekende allergie tegen een van de component in ATIR101 (bijv.
Dimethylsulfoxide)
11. Bekende overgevoeligheid tegen cyclofosfamide of een van zijn metabolieten
12. Contraindicaties voor GVHD prophylaxe met mycophenolaat mofetil,
ciclosporine A of tacrolimus.
13. Bekende aanwezigheid van HLA-antilichamen tegen het niet-gedeelde donor
haplotype
14. Positieve viral test van de patient of donor voor HIV-1, HIV-2, HBV
(actieve virale replicatie door PCR), HCV (actieve virale replicatie door PCR),
Treponema pallidum, HTLV 1 (indien getest), HTLV-2 (indien getest), WNV (indien
getest), or Zika virus (indien getest) (HBV / HCV: alleen patiënten met een
actieve infectie- of infectiehistorie en donoren met actieve infectie zijn
uitgesloten)
15. Enige andere aandoening waarvan naar de mening van de onderzoeker de donor
of patient ongeschikt maakt voor deelname aan de studie
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2016-004672-21-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT02999854 |
CCMO | NL61672.000.17 |