Het primaire doel van deze studie is om het effect van butyraat op bloeddruk te onderzoeken. Secundair willen we kijken naar het effect van butyraat op plasma en fecale SCFA (korte keten vetzuren) concentraties, microbioomsamenstelling, diurese,…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Vasculaire hypertensieaandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire uitkomstmaat is gemiddelde systolische bloeddruk overdag zoals
gemeten met een 24-uurs bloeddrukmeting.
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire uitkomstmaten zijn andere bloeddrukmetingen, waaronder:
- Gemiddelde diastolische bloeddruk overdag, gemiddelde systolische en
diastolische bloeddruk 's nachts en gemiddelde systolische en diastolische
24-uurs bloeddruk
- 'Office' bloeddruk gemeten tijdens de controles in het AMC
- Wekelijkse thuismeting bloeddruk
Andere studieparameters zijn:
- Fecale en plasma short chain fatty acids levels, waaronder butyraat;
- Samenstelling van de darmflora;
- Parameters van de zout-waterbalans, waaronder gewicht, totaal lichaamswater
(BIA-meting), plasma renine activiteit, aldosteronlevels, natriumuitscheiding
in 24-uurs urine;
- Baroreceptoractiviteit zoals gemeten met Nexfin.
- dietaire inname (mijn.voedingscentrum.nl/nl/eetmeter)
- Verandering in immunofenotypering
Achtergrond van het onderzoek
Hypertensie is de belangrijkste beinvloedbare risicofactor voor
cardiovasculaire morbiditeit en mortaliteit. De pathogenese van primaire
hypertensie is nog niet helemaal opgehelderd, maar het wordt aangenomen dat het
veroorzaakt wordt door een complex samenspel van genetische predispositie en
leefstijl. Leefstijlfactoren zoals dieet, zoutinname en obesitas dragen bij aan
het ontstaan van hypertensie en kunnen in combinatie de bloeddruk met zo'n 4-5
mmHg beïnvloeden.
De samenstelling van de darmflora is een afspiegeling van levenslange
blootstelling aan voeding, maar ook factoren zoals leeftijd, ethniciteit, body
mass index (BMI), diabetes, antibioticagebruik hebben grote invloed. Daarnaast
lijken er verschillen te zijn in microbioomsamenstelling tussen hypertensieve
en normotensieve patiënten, zelfs na corrigeren voor belangrijke confounders.
Short chain fatty acids (SCFAs) zijn belangrijke metabolieten van de darmflora.
Ze worden geproduceerd door microben (bijv. Akkermansia, Ruminococcaceae,
Roseburia spp.) bij fermentatieprocessen van voedingsvezels die wij zelf niet
kunnen afbreken. SCFA met de hoogste concentraties in de feces en het plasma
zijn acetaat, propionaat en butyraat. Dierstudies laten een link zien tussen
fecale SCFAs en bloeddruk door aan te tonen dat receptoren voor SCFAs aanwezig
zijn in nieren en bloedvaten. Mogelijk wordt dit effect gemedieerd door het
renine-angiotensine-aldosteron systeem (RAAS).
In mensen is er nog niet veel onderzoek naar de rol van SCFA in
bloeddrukregulatie. Desondanks weten we wel dat een hoge vezelinname bij het
mediterraan dieet een onbalans (dysbiose) in de darmflora voorkomt door een
toename in SCFAs. Butyraat is eerder aan proefpersonen gegeven bij
interventiestudies in het AMC (2014-084 en 2014-291), die lieten zien dat
butyraat veilig was en cardiometabool actief, in de darmen (verandering van
SCFA levels) en in insulinesensitiviteit. Als butyraat inderdaad effect heeft
op de bloeddruk, zou dit nieuwe inzichten kunnen opleveren gezien de
pathofysiologie en behandeling van hypertensie.
Doel van het onderzoek
Het primaire doel van deze studie is om het effect van butyraat op bloeddruk te
onderzoeken. Secundair willen we kijken naar het effect van butyraat op plasma
en fecale SCFA (korte keten vetzuren) concentraties, microbioomsamenstelling,
diurese, renine en aldosteron concentraties, immunofenotypering en
hemodynamische parameters zoals baroreceptor sensitiviteit en pulse wave
velocity. Tevens wordt gekeken naar effecten op gewicht en
lichaamssamenstelling (bioimpedantie analyse; BIA) alsook voedingsintake.
Onderzoeksopzet
Gerandomiseerd placebo-gecontroleerd dubbelblinde trial (parallel design)
Onderzoeksproduct en/of interventie
Het onderzoeksproduct is het voedingssupplement natriumbutyraat (Butifar, Sensilab) of placebocapsules. Proefpersonen zullen worden gerandomiseerd over een interventie- en controlegroep. De interventiegroep slikt tweemaal daags 13 capsules natriumbutyraat (totaal 4 gram), een vergelijkbare dosering als eerder werd gebruikt in interventiestudies in het AMC (2014-084 en 2014-291). In de controlegroep krijgen proefpersonen tweemaal daags 13 placebocapsules, gevuld met natriumchloride (BUFA, Spruyt Hillen) om te zorgen dat de hoeveelheid natrium die beide groepen krijgen gelijk is (780 mg natrium, equivalent aan 2g natriumchloride, per dag).
Inschatting van belasting en risico
Er is geen direct voordeel voor de proefpersonen. Proefpersonen wordt gevraagd
het AMC tijdens de studie vijf keer te bezoeken over een periode van 6 tot 9
weken. We schatten de risico's laag voor deze studie, die bestaat uit de
verzameling fecessamples, urine en bloed, en verschillende bloeddrukmetingen.
de totale hoeveelheid bloed die wordt afgenomen is 82,5 ml per proefpersoon.
Proefpersonen zouden bijwerkingen kunnen ervaren van de natriumbutyraat
capsules, maar in eerder studies met vergelijkbare doseringen werden geen
bijwerkingen gerapporteerd.
Publiek
Meibergdreef 9, D3-316
Amsterdam 1105AZ
NL
Wetenschappelijk
Meibergdreef 9, D3-316
Amsterdam 1105AZ
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Leeftijd tussen 40 en 65 jaar
- Voor vrouwen: postmenopauzaal
- Kaukasisch
- Milde hypertensie: systolische bloeddruk van 140 t/m 159 of diastolische
bloeddruk van 90 t/m 99
- Geen gebruik antihypertensiva OF gebruik van 1 antihypertensivum en bereid
tot tijdelijk staken van deze medicatie
- Body mass index lager dan 27 kg/m2
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Onvoldoende beheersing van het Nederlands
- Gebruik van bètablokkers
- Bekende secundaire oorzaken van hypertensie zoals renale stenose, bijnier- of
schildklieraandoeningen
- Voorgeschiedenis van cardiovasculaire ziekte: angina pectoris,
myocardinfarct, cerebrovasculair accident (CVA) of transient ischemic attack
(TIA), perifeer vaatlijden, hartfalen
- Voorgeschiedenis van diabetes mellitus
- Actief roken
- Antibioticagebruik in drie maanden voor inclusie
- Voorgeschiedenis van ernstige maagdarmaandoening zoals coeliakie, ziekte van
Crohn, actieve colitis ulcerosa of short bowel syndrome
- Nierfunctiestoornis, gedefinieerd als een eGFR lager dan 60 ml/min/1,73m2
berekend met de CKD-EPI formule, binnen twee jaar voor het screeningsbezoek.
Deelnemers zonder bekende nierfunctie zullen niet worden geíncludeerd.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL73625.018.20 |