Het doel van dit huidige project is om het effect van transcutane en invasieve (t-)LLVS op de elektrische geleiding van de boezems en kamers van hethart te onderzoeken. Dit kan met behulp van zogenaamde cardiale mapping technieken, waarbij we…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Hartritmestoornissen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Effect van (t-)LLVS op de elektrische eigenschappen van de boezems en kamers te
onderzoeken.
Secundaire uitkomstmaten
Effect van (t-)LLVS op de incidentie en burden van post-operatief AF.
De relatie tussen proteostase markers in serum en boezemweefsel en het cardiale
autonome zenuwstelsel.
Effect van (t-)LLVS op beëindiging van een tachyaritmie.
Effect van t-LLVS op hartritme variabiliteit, atriale en ventriculaire
ectopy/tachyaritmie in patienten met een aangeboren hartafwijking.
Achtergrond van het onderzoek
Atriumfibrilleren (AF) is dé cardiovasculaire epidemie van de 21e eeuw. De
incidentie van AF stijgt bij toename van de leeftijd. De ziekte kan gepaard
gaan met desastreuze gevolgen zoals beroertes en hartfalen. Afgelopen decennia
is er veel onderzoek gedaan naar de behandeling van AF; de huidige therapie
bestaat uit medicijnen en/of ablaties, toch is de kans op recidief AF groot.
Ook na openhartchirurgie is AF de meest voorkomende
hartritmestoornis die gepaard gaat met een verhoogd risico op complicaties en
sterfte.
AF is een progressieve ziekte waarvan de precieze oorzaak nog niet bekend is.
Er zijn steeds meer aanwijzingen dat het autonome zenuwstelsel een belangrijke
rol speelt bij het ontstaan van AF door een disbalans tussen het sympathische
en parasympatisch zenuwstelsel. Een overmatige sympathische stimulatie op het
hart kan hartritmestoornissen, zoals AF, opwekken en in stand houden. Deze
overmatige sympathische innervatie wordt versterkt door openhartchirurgie en
vormt dus een onderdeel van het onderliggend mechanisme van post-operatief AF.
Recente studies hebben aangetoond dat deze respons geremd kan worden door
stimulatie van de belangrijkste parasympatische zenuw van het menselijke
lichaam, de nervus vagus genaamd. Verschillende studies hebben aangetoond dat
stimulatie van deze zenuw mogelijk leidt tot minder AF. Deze, zogenoemde
transcutane of invasieve low-level vagus stimulatie ((t-)LLVS), kan via een
zenuwstimulatie apparaat gemakkelijk worden toegepast. Het is echter onbekend
hoe deze therapie werkt op de elektrische geleiding van het hart.
Doel van het onderzoek
Het doel van dit huidige project is om het effect van transcutane en invasieve
(t-)LLVS op de elektrische geleiding van de boezems en kamers van het
hart te onderzoeken. Dit kan met behulp van zogenaamde cardiale mapping
technieken, waarbij we gedetailleerd de elektrische activatie van het hart
kunnen visualiseren en kwantificeren. Tevens zal de correlatie tussen
proteostase markers in bloed en weefsel en de rol van het cardiale zenuwstelsel
onderzocht worden.
Bijkomende doelen zijn:
- het verschil tussen t-LLVS via het oor of via de hals op de elektrische
geleidings van de boezems en kamers te onderzoeken.
- het effect van t-LLVS op het beëindigen van een tachyaritmie te onderzoeken.
- het effect van t-LLVS op hartritme variabiliteit en atriale en ventriculaire
ectopie/tachyaritmie te onderzoeken in patienten met een aangeboren
hartafwijking.
Onderzoeksopzet
De NX-AF studie is een prospectieve, interventie studie, waarbij endo- en/of
epicardial mapping van het hart uitgevoerd zal worden bij patiënten die een 1)
openhartoperatie of 2) hartcatherisatie ondergaan.
1)Tijdens de openhartoperatie zal er een electrode met 192 meetpunten op
verschillende plekken van de boezems en kamers geplaatst worden om de
elektrische activiteit te meten. Vervolgens zullen patiënten transcutane of
invasieve low-level vagus stimulatie ((t-)LLVS) krijgen. Na een periode van
ongeveer 30-60 min (t-)LLVS zal de elektrische activiteit van de boezems
opnieuw gemeten worden. Ook zal er tijdens de operatie een buisje bloed en een
atrium biopt afgenomen worden. De operatie zal niet verlengd worden door
(t-)LLVS, maar wel door de metingen (+- 10 min). De patiënten zullen tot en met
3 dagen na de operatie elke dag 1 uur lang t-LLVS krijgen. Postoperatief zal
het hartritme continue geregistreerd en geanalyseerd worden. Hierdoor kunnen we
het effect van t-LLVS op het aantal en duur van post-operatief AF episodes
onderzoeken.
2) Bij patienten die een hartcatherisatie ondergaan zullen we met behulp van
catheters die gebruikt worden voor de procedure elektrische metingen doen die
standaard worden gedaan tijdens een ablatie procedure. Vervolgens zullen
patiënten transcutane low-level vagus stimulatie (t-LLVS) krijgen. Na een
periode van ongeveer 30-60 min t-LLVS zal de elektrische activiteit van de
boezems opnieuw gemeten worden. De operatie zal niet verlengd worden door
t-LLVS omdat deze toegepast zal worden terwijl de electrofysioloog bezig is met
de behandeling, maar wel door de metingen (+- 10 min).
Beoogd totaal aantal proefpersonen is 375, 225 transcutane LLVS tijdens een
openhartoperatie, 75 invasieve LLVS tijdens een openhartoperatie en 75
transcutane LLVS tijdens een hartcatheterisatie.
ER groep: patienten zullen op de spoedeisende hulp worden geïncludeerd voor het
beëindigen van een tachyaritmie. Er zal maximaal 5 minuten t-LLVS toegepast
worden. Voor deze groep zullen in eerste instantie 10 patiënten benodigd zijn.
Poli groep: Dit is een prospectieve interventie studie, waarbij er t-LLVS
toegepast zal worden bij patienten met een aangeboren hartafwijking die een
onregelmatige hartslag danwel een ritmestoornis hebben. Voordat de stimulatie
zal plaatsvinden, zal er een buisje bloed worden afgenomen en een 7-daagse
holterregistratie worden verricht. Hierna zal de proefpersoon 1 uur per dag
t-LLVS krijgen gedurende een periode van 1 tot maximaal 4 weken. Daarna zal er
opnieuw een buisje bloed worden afgenomen en een 7-daagse holterregistratie
worden verricht. Beoogd aantal proefpersonen is 25. Hierna zal het protocol
worden geevalueerd en waar nodig worden aangepast.
Onderzoeksproduct en/of interventie
-Neuromodulatie middels transcutane of invasieve LLVS -Elektrisch stimulatie van de boezem (pacing) voor AF inductie (standaard procedure tijdens catheterablaties) -Venapunctie pre-operatief en atriumbiopt peroperatief Poli groep: venapunctie en holterregistratie, periode t-LLVS, opnieuw venapunctie en holterregistratie
Inschatting van belasting en risico
Het mogelijke voordeel aan deelname aan dit onderzoek bestaat uit een lagere
kans op hartritmestoornissen na de operatie en dus minder complicaties en een
voorspoediger herstel. Noch de patiënt, noch de onderzoeker wordt op enige
wijze gecompenseerd voor deelname aan deze studie. De risico's die aan deze
studie verbonden zijn, zijn laag. Mapping waar bij het medisch hulpmiddel (het
non-investigational product: de multi-electrode array) gebruikt is, is
inmiddels uitgebreid toegepast in >500 patiënten (MEC 2010-054, MEC 2014-393,
MEC 2015-373), zonder dat daarbij complicaties zijn opgetreden. De operatieduur
wordt met ongeveer 10 minuten verlengd. Na de operatie zullen patiënten tot en
met dag 3 na de operatie gedurende 1 uur per dag t-LLVS krijgen. Patiënten
merken hier niks van en zullen niet gelimiteerd worden in het
mobiliseren/functioneren.
De postoperatieve continue Holter-ritmemonitoring, die als onderdeel van de
standaardbehandeling wordt uitgevoerd, wordt opgeslagen. Het enige verschil met
de standaardbehandeling is het feit dat deze data wordt opgeslagen. De
ritmemonitoring wordt op geen enkele manier veranderd of verlengd door deelname
aan de studie. Van deze handeling merkt de patiënt zelf derhalve niks. De
belasting van deelname aan deze studie is laag.
Poli groep: patienten zijn niet onder narcose en zullen dus de handelingen en
extra onderzoeken bewust meemaken. Derhalve zal de belasting iets hoger zijn,
maar nog steeds laag omdat de onderzoeken zeer minimaal invasief zijn.
Publiek
Doctor Molewaterplein 40
Rotterdam 3015 GD
NL
Wetenschappelijk
Doctor Molewaterplein 40
Rotterdam 3015 GD
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
OR groep:
> 18 jaar
Structureel hartziekten
Gepland voor een electieve hartoperatie of percutane behandeling voor
bijvoorbeeld hartritmestoornissen
ER groep:
> 18 jaar
Opgenomen met een tachyaritmie
Polikliniek groep:
> 18 jaar
Aangeboren hartafwijking
Atrial of ventriculaire ectopie/tachyaritmie
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
OR groep:
Hemodynamische instabiliteit
Gebruik van inotropica
Spoed hartoperatie
ER groep:
Hemodynamische instabiliteit
Pacemaker/ICD
Gebruik van inotropica
Spoed hartoperatie
Linker ventrikel ejectie fractie <40%
Polikliniek groep:
Atriale pacemakerritmes
Aanwezigheid van een pacemaker/ICD
Hemodynamische instabiliteit
Aanwezigheid van een LVAD
Ernstige nier-of leverfalen
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL72763.078.20 |