Het primaire doel van VAT is om te onderzoeken welke factoren de verschillende vormen van herstel beïnvloeden dan wel voorspellen. Op basis hiervan wordt een aanbeveling gedaan over welke meetbare constructen deel zouden moeten worden van de…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Schizofrenie en andere psychotische stoornissen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire uitkomstmaten voor de hoofdvraag zijn veranderingen in klinisch
herstel (gemeten met de PANSS of de HADS), maatschappelijk herstel
(wonen/werken/studeren uit de autobiografische vragenlijst) en persoonlijk
herstel (gemeten met de Mental Health Confidence Scale en de Self Esteem Rating
Scale).
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire parameters/uitkomstmaten zijn de aard van de stemmen die deelnemers
horen (VOS), de veranderingen en frequentie in het horen van de stemmen (6
items van de PUVI) en hoe de deelnemer zichzelf ziet ten opzichte van zijn/haar
stemmen (Sociale Vergelijking).
Overige parameters zijn diverse factoren die aan herstel gerelateerd zijn:
algemene gezondheid (Rand-36), hechting (RAAS), cognitief inzicht (BCIS),
reactie op ingrijpende gebeurtenissen (TSQ), therapeutische relatie (WAV),
zelfstigma (ISMI), fysieke activiteit (IPAQ), slaap (SCOPA sleep) en
eenzaamheid (De Jong-Gierveld).
Achtergrond van het onderzoek
In Nederland zijn er naar schatting 218.000 mensen met een ernstige psychische
aandoening, waarvan meer dan de helft een psychotische aandoening heeft.
Daarnaast komt ongeveer één op de drie Nederlanders ergens in hun leven in
aanraking met een angst- of stemmingsstoornis, waarbij het grootste deel deze
stoornissen tegelijkertijd ondervind. Een lange tijd lag de focus van
behandeling bij deze patiënten op het herstellen van de klinische symptomen. De
laatste jaren is er echter wereldwijd steeds meer aandacht en erkenning gekomen
voor een bredere definitie van herstel, waarin naast symptomatisch herstel ook
ruimte is voor persoonlijk en maatschappelijk herstel. Er zijn veel factoren
die het beloop van het herstel beïnvloeden. Enkele belangrijke factoren en
behandeluitkomsten worden in Noord-Nederland jaarlijks gemeten bij mensen met
een psychotische aandoening met ROM-Phamous, een routine outcome monitoring
programma dat de afgelopen jaren steeds verder is ontwikkeld. Persoonlijk
herstel wordt in ROM-Phamous echter nog niet goed gemeten. Ook is er veel
aandacht voor symptomen, medicatiegebruik en lichamelijke gezondheid, maar
worden er weinig psychosociale factoren gemeten in ROM-Phamous. Eerder
onderzoek heeft een idee gegeven welke psychosociale factoren, zoals
bijvoorbeeld trauma, hechtingstijl en empowerment, wellicht van belang kunnen
zijn. Deze onderzoeken waren echter veelal cross-sectioneel, terwijl we over
het beloop van deze factoren en hun interacties met elkaar nog weinig weten.
Onderzoek naar hoe al deze verschillende factoren zich tot elkaar verhouden,
hoe zij elkaar beïnvloeden over de tijd en hoe ze gerelateerd zijn aan de
verschillende vormen van herstel van mensen met een ernstige psychische
aandoening is daarom noodzakelijk. In het VAT onderzoek worden het beloop en de
onderlinge relaties van een aantal mogelijk voorspellende factoren onderzocht.
Er wordt gekeken of deze factoren veranderingen op het gebied van
symptomatisch, maatschappelijk en persoonlijk herstel kunnen voorspellen. Deze
longitudinale opzet stelt ons in staat om het beloop van diverse belangrijke
herstelfactoren in kaart te brengen en te kijken hoe de factoren zich tot
elkaar verhouden.
Doel van het onderzoek
Het primaire doel van VAT is om te onderzoeken welke factoren de verschillende
vormen van herstel beïnvloeden dan wel voorspellen. Op basis hiervan wordt een
aanbeveling gedaan over welke meetbare constructen deel zouden moeten worden
van de jaarlijkse ROM-Phamous screening. Daarnaast biedt VAT de mogelijkheid
voor diverse deelonderzoeken over het beloop van diverse belangrijke
herstelmaten, van factoren die aan herstel gerelateerd zijn en om te kijken hoe
de factoren zich tot elkaar verhouden.
Onderzoeksopzet
VAT betreft een observational cohort study.
Inschatting van belasting en risico
Deelnemers worden drie keer gemeten, met tussenperiodes van 6 maanden. Tijdens
deze metingen wordt bij deelnemers met een psychose er een interview afgenomen
(PANSS) en vullen zij zelfinvulvragenlijsten in. Deelname zal voor patiënten
geen negatieve gevolgen hebben. Er is geen sprake van een interventie met
beoogde effecten. Er is een zorgvuldige afweging gemaakt tussen de hoeveelheid
variabelen en de afnameduur van de vragenlijsten (gemiddeld twee uur), om
belasting voor patiënten acceptabel te houden. Deelnemers kunnen op ieder
gewenst moment pauzeren, de meting onderbreken en op een andere dag voortzetten
of zich terugtrekken. Vragen over de gevolgen van een eventuele traumatische
gebeurtenis en over de inhoud van de stemmen die patiënten horen zouden
mogelijk een (emotionele) reactie kunnen oproepen. De metingen worden om deze
reden afgenomen door een GZ-psycholoog in opleiding tot Klinisch Psycholoog (KP
i.o.) of een verpleegkundige in opleiding tot specialist, die deze signalen
kunnen opvangen en de deelnemer direct hulp kunnen bieden indien nodig. Door
deel te namen aan het onderzoek dragen patiënten bij aan kennis die de zorg
voor mensen met een ernstige psychische aandoening kan verbeteren, inclusief
hun eigen zorg in de toekomst. Aangezien het om unieke informatie gaat die
alleen mensen met een ernstige psychische ervaringen kunnen leveren, is het
niet mogelijk om het onderzoek bij een andere doelgroep uit te voeren.
Publiek
Hereweg 80
Groningen 9725AG
NL
Wetenschappelijk
Hereweg 80
Groningen 9725AG
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Inclusion criteria psychose doelgroep
1) Er is sprake van een psychotische aandoening volgens de DSM-V; schizofrenie,
schizofreniform, schizo-affectief, schizotypisch, waanstoornis, psychose door
middel/medicatiegebruik, psychotische aandoening niet anders omschreven en/of
een van de volgende DSM-V coderingen 301.22, 297.1, 298.8, 295.40, 295.90,
295.70, 293.81, 293.82, 293.89, 298.8, 298.9, 291.9, 292.9.
2) De patiënt is >= 18 jaar;
3) Er is geen sprake van een crisisopname of opname op een gesloten afdeling;
4) De patiënt beheerst de Nederlandse taal.
Inclusie criteria stemmingstoornis doelgroep
1) Er is sprake van een bipolaire stoornis, angst- of depressiestoornis volgens
de DSM-V;
2) De patiënt is >= 18 jaar;
3) Er is geen sprake van een crisisopname of opname op een gesloten afdeling;
4) De patiënt beheerst de Nederlandse taal.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Exclusie criteria psychose doelgroep
1) Er is sprake van een diagnose anders dan een schizofreniespectrum- en andere
aanverwante psychotische stoornis volgens de DSM-V.
2) De patiënt is < 18 jaar;
3) Er is sprake van een crisisopname of opname op een gesloten afdeling;
4) De patiënt beheerst de Nederlandse taal onvoldoende.
Exclusie criteria stemmingstoornis doelgroep
1) Er is sprake van een andere diagnose dan bipolaire stoornis, angst- of
depressiestoornis volgens de DSM-V V.
2) De patiënt is < 18 jaar;
3) Er is sprake van een crisisopname of opname op een gesloten afdeling;
4) De patiënt beheerst de Nederlandse taal onvoldoende.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL64523.042.17 |