Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2024-517528-20-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens. Primaire doelstelling:• Het beoordelen van de antikankerwerkzaamheid van INBRX-109 in de intent-to-treat (ITT)-populatie,…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Botafwijkingen (excl. congenitaal en breuken)
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Primair eindpunt:
Progressievrije overleving volgens RECISTv1.1 beoordeeld door centrale
onafhankelijke radiologische beoordeling (IRR) in real-time in de intend to
treat(ITT)-populatie is het primaire eindpunt.
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire eindpunten omvatten totale overleving, objectief responspercentage,
progressievrije overleving beoordeeld door onderzoeker, kwaliteit van leven,
ziektecontrolepercentage, responsduur, veiligheid, farmacokinetiek en
immunogeniciteit.
Strategie voorspellende biomarker:
Beoordeling van mogelijke voorspellende diagnostische biomarkers voor INBRX-109
is een verkennend eindpunt en de beschikbaarheid van gearchiveerd weefsel of
een vers kankerbiopt is verplicht voor inschrijving in dit onderzoek.
Achtergrond van het onderzoek
Kanker is een ziekte waarbij cellen in het lichaam ongereguleerd groeien.
Chondrosarcomen zijn een groep kwaadaardige bottumoren en zijn de op twee na
meest voorkomende botkankers. Conventionele chondrosarcomen zijn vaak niet
gevoelig voor standaard kankerbehandelingen. Op dit moment zijn er geen
goedgekeurde behandelingen voor niet-reseceerbaar of uitgezaaid conventioneel
chondrosarcoom.
INBRX-109 is specifiek ontwikkeld voor de behandeling van kanker. Het werkt op
een vergelijkbare manier als antilichamen. Dit zijn eiwitten die van nature in
het lichaam aanwezig zijn. Antilichamen helpen het immuunsysteem van het
lichaam bij het bestrijden van ziektes zoals infecties. INBRX-109 werkt door
specifieke sensoren in de cel (death receptors genoemd) aan te zetten om de
dood van kankercellen in werking te stellen (dit wordt apoptose genoemd). We
hopen dat dit kan helpen bij de behandeling van patiënten met niet-reseceerbare
of uitgezaaide conventionele chondrosarcomen.
Doel van het onderzoek
Deze studie is overgegaan naar CTIS onder nummer 2024-517528-20-00 raadpleeg het CTIS register voor de actuele gegevens.
Primaire doelstelling:
• Het beoordelen van de antikankerwerkzaamheid van INBRX-109 in de
intent-to-treat (ITT)-populatie, gemeten aan de hand van progressievrije
overleving (progression free survival, PFS) met rResponse Evaluation Criteria
in Solid Tumors Version 1.1 (RECISTv1.1), beoordeeld door een centrale
onafhankelijke radiologische beoordeling (independent radiology review, IRR) in
real-time, waarbij INBRX-109 wordt vergeleken met placebo.
Secundaire doelstellingen:
• Het beoordelen van de antikankerwerkzaamheid van INBRX-109, gemeten aan de
hand van totale overleving (overall survival, OS), waarbij INBRX 109 wordt
vergeleken met placebo.
• Het beoordelen van de antikankerwerkzaamheid van INBRX-109, gemeten aan de
hand van totaal responspercentage (overall response rate, ORR) met RECISTv1.1,
beoordeeld door een centrale IRR in real-time, waarbij INBRX-109 wordt
vergeleken met placebo.
• Het beoordelen van de antikankerwerkzaamheid van INBRX-109, gemeten aan de
hand van PFS met RECISTv1.1, beoordeeld door de onderzoeker, waarbij INBRX-109
wordt vergeleken met placebo.
• Het beoordelen van de kwaliteit van leven (QoL), zoals gemeten door de by
European Organization for Research and Treatment of Cancer quality of life
questionnaire C30 (EORTC QLQ-C30) Pijn en Fysieke functie schalen, waarbij
INHBRX-109 wordt vergeleken met placebo.
• Het beoordelen van de antikankerwerkzaamheid van INBRX-109, gemeten aan de
hand van ziektecontrolepercentage (disease control rate, DCR) met RECISTv1.1,
beoordeeld door een centrale IRR in real-time, waarbij INBRX-109 wordt
vergeleken met placebo.
• Het beoordelen van de responsduur (duration of response, DOR) met RECISTv1.1,
beoordeeld door een centrale IRR in real-time, waarbij INBRX-109 wordt
vergeleken met placebo.
• Het beoordelen van de veiligheid en verdraagbaarheid van INBRX-109.
• Het beschrijven van de farmacokinetiek van INBRX-109.
• Het beoordelen van de frequentie van anti-drug antilichamen (ADA) en
neutraliserende ADAs (NAbs) tegen INBRX-109 en het verkennen van de mogelijke
relatie met de veiligheid, farmacokinetiek en werkzaamheid van INBRX-109.
Verkennende doelstelling
• Het beoordelen van kwaliteit van leven zoals gemeten door de EORTC QLQ C30
schalen (anders dan de pijn en functioneringsschalen), EuroQol Group
Five-dimension Questionnaire (EQ-5D-5L), patient global impression of change
(PGI-C) en patient global impression of severity (PGI-S), waarbij INBRX-109
wordt vergeleken met placebo.
• Het beoordelen van de relatie tussen mogelijke voorspellende reacties van
biomarkers en de werkzaamheid van INBRX-109.
• Het beoordelen van de anti-kanker effictiviteit van INBRX-109, zoals gemeten
door PFS (beoordeeld door de onderzoeker) voor de cross-over populatie na
behandeling met INBRX-109.
• Het beoordelen van de anti-kanker effectiviteit van INBRX-109, zoals gemeten
door de OOR (beoordeeld door de onderzoeker) voor de cross-over populatie na
behandeling met INBRX-109.
Onderzoeksopzet
Dit is een multicenter, gerandomiseerd, geblindeerd, placebogecontroleerd
onderzoek naar intraveneus toegediende INBRX-109 bij patiënten met niet
reseceerbaar (d.w.z. resectie om de kanker met curatief oogmerk volledig te
verwijderen is niet mogelijk) of uitgezaaid conventioneel chondrosarcoom. Een
onbeperkt aantal eerdere lijnen therapie en behandeling is toegestaan, met
uitzondering van eerdere DR5-agonisten.
In dit onderzoek worden ongeveer 201 geschikte patiënten ingeschreven.
Patiënten worden 2:1 gerandomiseerd om INBRX-109 (n=134) of placebo (n=67) te
ontvangen. Overschakelen naar INBRX-109 op het moment van progressie is
toegestaan voor patiënten die zijn gerandomiseerd naar placebo.
Stratificatie:
Patiënten worden gestratificeerd voor randomisatie volgens histologische graad
(graad 2 versus 3; volgens American Joint Committee on Cancer [AJCC] editie 8),
IDH1 R132/IDH2 R172-status (wildtype versus mutatie) en systemische
behandellijn (geen versus eerder behandeld).
Blindering:
Dit is een geblindeerd onderzoek, dus de patiënt, onderzoeker,
onderzoeksmedewerkers (met uitzondering van de apotheker van het
onderzoekscentrum), opdrachtgever, onafhankelijke radiologische beoordelaar en
biostatisticus zijn geblindeerd voor de toewijzing aan de onderzoeksgroep en
niet weten of de patiënt INBRX-109 krijgt of placebo. De apotheker van het
onderzoekscentrum is ongeblindeerd voor de onderzoeksgroep en zal INBRX-109 of
placebo bereiden voor de patiënt zoals aangegeven door het randomisatieschema.
Tussentijdse analyse:
Er is een tussentijdse analyse gepland wanneer ongeveer 50% van het totaal
benodigde aantal gebeurtenissen plaatsvindt. Tijdens deze ongeblindeerde
tussentijdse analyse worden de gegevens beoordeeld door de Data Monitoring
Committee (DMC) voor herschatting van de steekproefomvang (SSRE) op basis van
conditional power (CP). De gegevens kunnen ook worden geëvalueerd voor een
mogelijke adaptieve populatieverrijking om patiënten met IDH1 R132- of IDH2
R172-mutaties uit te sluiten. Het maximale aantal patiënten dat wordt
toegelaten in het geval van een aanpassing van de steekproefomvang is gepland
op 300 (vs. 201 voor een onderzoek zonder aanpassing van de steekproefomvang).
Daarnaast zal tijdens deze tussentijdse analyse een niet-bindende
futiliteitsanalyse worden uitgevoerd.
Behandelduur:
Behandeling met INBRX-109 of placebo wordt voortgezet tot ziekteprogressie
(DP), onaanvaardbare toxiciteiten, wens van de patiënt, onderzoeker of
opdrachtgever, of wanneer niet wordt voldaan aan onderzoeksvereisten.
Toezicht op gegevens en veiligheid:
Ongewenste voorvallen (AE's) worden ingedeeld volgens de National Cancer
Institute Common Terminology Criteria for Adverse Events versie 5.0 (NCI
CTCAEv5.0). Als aanvulling op het standaard veiligheidstoezicht zal een
onafhankelijke datamonitoringscommissie (DMC) ongeveer elke 6 maanden de
veiligheidsgegevens van dit onderzoek en de resultaten van de tussentijdse
analyse beoordelen.
Hepatotoxiciteit is een AE van bijzonder klinisch belang.
Gelijktijdig gebruik van mogelijk hepatotoxische geneesmiddelen moet worden
vermeden.
Onderzoeksproduct en/of interventie
• Experimenteel: INBRX-109 in een dosis van 3 mg/kg IV elke 3 weken (Q3W; elke 21 dagen [Q21D]). Dosisreductie of -escalatie is niet toegestaan. • Controle: placebo IV elke 3 weken (Q3W, Q21D).
Inschatting van belasting en risico
Belasting: patiënten dienen de infusie kliniek een keer per 3 weken te bezoeken
om de studiebehandeling te ontvangen via een IV infuus. Lichamelijke
beoordeling en hartfilmpjes (ECG) worden uitgevoerd en gewicht, lengte en
vitale functies worden gemeten. Urine en bloedtesten zullen gedaan worden om de
algemene gezondheid te controleren, en er wordt getest voor zwangerschap, HIV
en Hepatitis B en C. CT en/of MRI scans worden uitgevoerd om de tumorstatus te
bepalen en er dienen vragenlijsten over de kwaliteit van leven ingevuld te
worden.
Risico*s: het onderzoeksmiddel kan bijwerkingen veroorzaken of zorgen voor
leverbeschadiging in patiënten.
Voordeel: conventionele chondrosarcomen zijn vaak niet gevoelig voor standaard
kankerbehandelingen. Op dit moment zijn er geen goedgekeurde behandelingen voor
niet-reseceerbaar of uitgezaaid conventioneel chondrosarcoom. We hopen dat
INBRX-109 behandeling kan helpen bij de behandeling van deze patiënten.
Publiek
11025 North Torrey Pines Road Suite 140
La Jolla CA 92037
US
Wetenschappelijk
11025 North Torrey Pines Road Suite 140
La Jolla CA 92037
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Om in aanmerking te komen voor deelname aan dit onderzoek, moet een patiënt
voldoen aan alle van de volgende criteria:
1. Man of vrouw >= 18 tot <= 85 jaar.
Opmerking: mogelijke deelname van patiënten die chronologisch ouder zijn dan 85
jaar, maar met Eastern Cooperative Oncology Group performance status (ECOG PS)
0 en een jongere biologische leeftijd per uitgebreide geriatrische beoordeling,
moet gebaseerd zijn op overleg met de medische monitor of onderzoeksdirecteur.
2. Conventioneel (of primair) chondrosarcoom (Opmerking: dient bevestigd te
zijn door middel van pathologiebeoordeling in het plaatselijke centrum of
referentie pathologiebeoordeling, maar deze bevestiging is niet vereist voor
inschrijving)
• Metastatisch of niet-reseceerbaar (d.w.z .niet vatbaar voor tumorresectie met
curatieve bedoeling),
• De beschikbaarheid van gearchiveerd weefsel of een vers kankerbiopt is
verplicht voor inschrijving.
- Opmerking: een bevestiging van IDH-mutatiestatus (volgens Clinical Laboratory
Improvement Amendments [CLIA]-gecertificeerde assay of equivalent) is vereist
voor stratificatie voorafgaand aan randomisatie, elke status is toegestaan,
d.w.z. IDH1, IDH2 of wildtype.
• Elk aantal eerdere systemische behandellijnen is toegestaan.
- Opmerking: aangezien er geen door de FDA/EMA goedgekeurde systemische
therapieën zijn voor deze populatie, kunnen patiënten met inoperabele en/of
gemetastaseerde ziekte die niet eerder systemische therapie hebben gekregen, in
aanmerking komen, op voorwaarde dat ze alle klinisch relevante (gelokaliseerde
en/of palliatieve) behandelingsopties volgens de voorkeur van de onderzoeker en
volgens de lokale praktijkrichtlijnen.
Bovendien moeten patiënten met oligometastatische ziekte (lage ziektelast,
reseceerbaar) alle klinisch relevante opties hebben benut, waaronder
palliatieve bestraling, chirurgie of chemotherapie met niet-curatieve bedoeling.
3. Meetbare ziekte met RECISTv1.1.
• Opmerking: tumorlaesies die zich in een eerder bestraald (of ander lokaal
behandeld) gebied bevinden, worden beschouwd als meetbaar zo lang er duidelijke
progressie van laesies zichtbaar is op beeldvorming sinds de tijd van
bestraling.
4. Aangetoonde bevestigde radiografische ziekteprogressie volgens
RECISTv1.1-criteria binnen 6 maanden voorafgaand aan de start van de
studiebehandeling.
• Opmerking: mogelijke inclusie van patiënten met progressie die niet is
bepaald of bevestigd met RECISTv1.1 (bijv. uitsluitend botziekte) moet worden
besproken en goedgekeurd door de medisch monitor of onderzoeksdirecteur.
5. Toereikende laboratoriumparameters:
• Toereikende leverfunctie:
- AST, ALT en GGT binnen ULN en bilirubine binnen ULN voor patiënten zonder
levermetastasen.
- AST, ALT en GGT <= 2,5 x ULN en bilirubine <= 1,5 x ULN voor patiënten met
levermetastasen.
- Uitzondering: bilirubine <= 2,5 x ULN voor patiënten met bekende
bilirubineverhogingen in serum wegens onderliggend syndroom van Gilbert of
familiale benigne ongeconjugeerde hyperbilirubinemie.
- Opmerking: Omdat tijdelijke verhogingen van de GGT kunnen optreden als gevolg
van niet-hepatobiliaire etiologieën, kan de test tijdens de screening worden
herhaald na overleg met de Medische Monitor.
• Toereikende nierfunctie: creatinineklaring >= 50 ml/min.
• Toereikende hematologische functie: Absolute neutrofieltelling (ANC) >= 1500
cellen/µl, trombocytentelling >= 100.000/µl en hemoglobine >= 8,0 g/dl.
• Stollingstests: geactiveerde partiële tromboplastinetijd (aPTT) <= 1,5 x ULN
en international normalized ratio (INR) <= 1,7 zonder antistolling.
- Protocol vereist alleen testen op standaard stollingstesten. Uitzondering:
INR 2 tot <= 3 is aanvaardbaar voor patiënten met antistolling. Als een patiënt
een DOAC gebruikt, wordt gevraagd dat ze zich aan hun therapie houden met
monitoring voor standaardzorg zoals nodig is volgens de lokale praktijk.
6. ECOG-prestatiescore van 0 of 1.
• Uitzondering: Inclusie van niet-kwetsbare, fysiek actieve patiënten met
beperkte mobiliteit als gevolg van een eerdere kankeroperatie (bijv. amputatie
van ledematen, hemipelvectomie enz.) moeten worden besproken met de medische
monitor of de onderzoeksdirecteur.
7. Geschatte levensverwachting naar het gedocumenteerde oordeel van de
onderzoeker van ten minste 12 weken.
8. Herstel van alle reversibele AE's van eerdere antikankertherapieën bij
baseline of NCI CTCAEv5.0 graad 1 of beter. Inclusie van patiënten met andere
niet klinisch significante toxiciteiten (bijv. alopecia, sensorische perifere
neuropathie of lymfopenie, graad <= 2) dienen te worden besproken met de medisch
monitor of onderzoeksdirecteur.
9. Moet in staat zijn om een schriftelijk document betreffende geïnformeerde
toestemming te begrijpen en te ondertekenen, dat moet worden verkregen voordat
met de studieprocedures wordt begonnen.
• Opmerking: Patiënten met een persoonlijke of financiële relatie met de
opdrachtgever, een contractuele relatie met de onderzoeker of de
onderzoekslocatie, of die in hechtenis zijn of zijn gesanctioneerd door een
officieel of gerechtelijk bevel, komen niet in aanmerking voor deelname.
10. Vruchtbare mannelijke patiënten met vrouwelijke partners die zwanger kunnen
worden, en vrouwelijke patiënten die zwanger kunnen worden, moeten ermee
instemmen te voorkomen dat een partner zwanger wordt of de patiënt zwanger
wordt, respectievelijk. Ze moeten bereid zijn aanvaardbare
anticonceptiemethoden te gebruiken, ten minste 28 dagen vóór de eerste dosis
van de onderzoeksbehandeling tot 90 dagen na de laatste dosis van de
onderzoeksbehandeling.
• Een vrouw wordt geacht zwanger te kunnen worden na de menarche en totdat ze
postmenopauzaal wordt, tenzij ze permanent onvruchtbaar is. Permanente
sterilisatie
methoden omvatten hysterectomie, bilaterale salpingectomie en bilaterale
ovariëctomie. Postmenopauzale toestand wordt gedefinieerd als geen menstruatie
gedurende 12 maanden zonder een alternatieve medische oorzaak.
• Een man wordt na de puberteit als vruchtbaar beschouwd, tenzij hij permanent
onvruchtbaar is door bilaterale orchiectomie.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Patiënten worden uitgesloten van het onderzoek indien zij aan een of meer van
de onderstaande criteria voldoen:
1. Elke eerdere blootstelling aan DR5 agonisten.
2. Behandeld met een anti-kanker therapie (inclusief onderzoeksmiddelen) in de
4 weken of 5 halfwaardetijden voorafgaand aan de eerste dosis
onderzoeksbehandeling, al naargelang wat het kortst is.
• Opmerking: patiënten die pazopanib kregen als een directe voorafgaande lijn,
moeten een wash-outperiode van 4 weken hebben en er mag geen bewijs zijn van
eerdere of resterende hepatotoxiciteit.
• Opmerking: patiënten met enige voorgeschiedenis of bewijs van
hepatotoxiciteit graad >= 3 bij eerdere antikankertherapie worden uitgesloten.
3. Behandeld met radiotherapie (met uitzondering van palliatieve,
gelokaliseerde bestraling) in de 4 weken voorafgaand aan de eerste dosis
onderzoeksbehandeling. Patiënten moeten zijn hersteld van alle
bestralingsgerelateerde toxiciteiten en geen corticosteroïden nodig hebben.
• Opmerking: een wash-outperiode van 1 week is vereist voor palliatieve
bestraling van een niet aan het centraal zenuwstelsel (CZS) gerelateerde ziekte.
• Opmerking: patiënten die eerder radiotherapie waarbij de lever betrokken was
hebben gehad (totale berekende dosis voor de lever >10Gy) zijn uitgesloten.
4. Behandeling met op de lever gerichte therapieën (bijv. RFA,
TACE/embolisatie, cryotherapie, SBRT of andere therapieën) in de 12 maanden
voorafgaand aan de eerste dosis onderzoeksbehandeling.
• Opmerking: patiënten die eerder radio-embolisatie met Yttrium-90-beads hebben
ondergaan, zijn uitgesloten.
5. Allergie of overgevoeligheid voor INBRX 109 of bekende allergieën voor met
CHO (Chinese hamster-eicellen) geproduceerde antilichamen, die naar het oordeel
van de onderzoeker wijzen op een verhoogde kans op een nadelige
overgevoeligheid voor INBRX 109.
6. Niet-conventioneel chondrosarcoom, bijv. clear-cell, mesenchymaal,
extraskeletaal myxoïd, myxoïd* en gededifferentieerd chondrosarcoom.
• Opmerking: *conventionele chondrosarcomen met myxoïde kenmerken worden
beschouwd als conventionele chondrosarcomen graad 2 en zijn toegestaan in dit
onderzoek.
7. Eerdere of gelijktijdige maligniteiten.
• Uitzondering: Patiënten met een eerdere of gelijktijdige maligniteit waarvan
de natuurlijke voorgeschiedenis of behandeling geen potentie heeft om de
veiligheids- of werkzaamheidsbeoordelingen van INBXR 109 nadelig te
beïnvloeden. Deze gevallen moeten worden beoordeeld en besproken met de medisch
monitor en opdrachtgever voor mogelijke inclusie.
8. Symptomatische actieve uitzaaiingen in het CZS of leptomeningeale ziekte.
• Uitzondering: Patiënten met asymptomatische metastasen in het CZS komen in
aanmerking indien deze onder controle zijn, gedefinieerd als >= 4 weken stabiel
neurologisch functioneren na op het CZS gerichte therapie (stereotactische
radiotherapie, definitieve chirurgische resectie en/of radiotherapie van het
hele hersengebied); er is geen behandeling met corticosteroïden nodig; en er is
geen bewijs van ziekteprogressie in het CZS volgens bepaling met radiografische
beeldvorming binnen 4 weken voorafgaand aan de eerste dosis
onderzoeksbehandeling.
• Opmerking: Patiënten met uitzaaiingen in het ruggenmerg zijn toegestaan.
• Opmerking: Patiënten met onbehandelde, ongecontroleerde, aanhoudende
compressie van het ruggenmerg zijn uitgesloten.
9. Chronische leverziekten omvatten onder andere niet-alcoholische
leververvetting (NAFLD) of niet-alcoholische steatohepatitis (NASH),
alcohol-gerelateerde leverziekte, cirrose, hemochromatose, ziekte van Wilson,
alfa 1 antitrypsinedeficiëntie, leverhemangioom, hepatische of biliaire
auto-immuunaandoeningen (bijv. primaire biliaire cholangitis,
auto-immuunhepatitis), geschiedenis van portale of hepatische adertrombose,
sinusoïdaal occlusiesyndroom.
• Opmerking: Voor alle patiënten is beeldvorming van de lever vereist om
chronische leverziekten uit te sluiten. Wanneer NAFLD, NASH, fibrose of cirrose
wordt vermoed, wordt de voorkeur gegeven aan lever-MRI of MRE en moet het
percentage levervetgehalte worden vermeld. CT-scan zonder contrast (of
precontrast, als de tumorbeoordelingsscans bij aanvang worden gebruikt),
echografie of tijdelijke elastografie zijn acceptabel om andere chronische
leverziekten uit te sluiten. Als er gebruik wordt gemaakt van een CT-scan, moet
de dempingswaarde van lever en milt in HU worden opgegeven.
• Uitzondering: de geschiktheid van patiënten met niet-klinisch significante
solitaire hemangiomen moet worden besproken met de Medische Monitor.
• Uitzondering: Patiënten <45 jaar met op beeldvorming waargenomen NAFLD kunnen
mogelijk deelnemen aan het onderzoek mits toereikende leverfunctie is
bevestigd, zoals omschreven in de inclusiecriteria. Onduidelijke gevallen
moeten worden beoordeeld door en besproken met de medisch monitor en
onderzoeksdirecteur voor mogelijke inclusie.
• Opmerking: patiënten >= 45 jaar met niet-alcoholische leververvetting
(non-alcoholic fatty liver disease, NAFLD) worden uitgesloten van het onderzoek.
10. Patiënten van >=65 jaar en met een BMI >=30 kg/m2 zijn uitgesloten van het
onderzoek. Patiënten van >=45 jaar met HSI >=36 en FLI >=60 zijn ook uitgesloten
van het onderzoek. Als een van de waarden (HSI of FLI) binnen het acceptabele
bereik ligt en de andere boven de grenswaarde ligt, komt de patiënt mogelijk
nog steeds in aanmerking voor het onderzoek als leververvetting wordt
uitgesloten door middel van leverbeeldvorming. Deze gevallen moeten worden
beoordeeld en besproken met de medische monitor.
11. Acute virale (inclusief hepatitis A, D en E virussen, CMV, EBV) of toxische
leveraandoening binnen 12 maanden voorafgaand aan de eerste dosis
onderzoeksbehandeling.
12. Bewijs voor of voorgeschiedenis van infectie met hepatitis B-, of hepatitis
C-virus, of humaan immunodeficiëntievirus (hiv).
13. Heeft allogene hematopoëtische stamcel- of beenmergtransplantatie ondergaan
in de afgelopen 5 jaar.
• Uitzondering: Patiënten die > 5 jaar geleden een stamcel- of
beenmergtransplantatie hebben ondergaan, komen in aanmerking voor deelname zo
lang er geen symptomen zijn van graft-versus-host-ziekte (GVHD).
14. Ingrijpende operatie binnen 4 weken voorafgaand aan dit onderzoek.
15. Klinisch significante bacteriële, schimmel of virale infectie waarvoor
anti-infectieuze behandeling nodig is binnen 2 weken voorafgaand aan dit
onderzoek.
16. Zwangere vrouwen of vrouwen die borstvoeding geven, vrouwelijke patiënten
die zwanger kunnen worden en vruchtbare mannelijke patiënten met vrouwelijke
partners die zwanger kunnen worden, die geen aanvaardbare anticonceptiemethoden
willen gebruiken, minimaal 28 dagen vóór de eerste dosis van de
onderzoeksbehandeling tot 90 dagen na de laatste dosis van de
onderzoeksbehandeling.
17. Een bekende, gedocumenteerde of vermoede voorgeschiedenis van gebruik van
verboden middelen die deelname van de patiënt verhindert, tenzij klinisch
verantwoord (d.w.z. zal deelname aan het onderzoek en/of doelen van het
onderzoek niet nadelig beïnvloeden) naar het oordeel van de onderzoeker en met
goedkeuring van de medisch monitor of onderzoeksdirecteur.
• Uitzondering: Door een arts voorgeschreven medicinale opioïden of
cannabinoïden zijn toegestaan voor pijnbestrijding. Cannabinoïden zijn
toegestaan bij patiënten in regio's waar het gebruik ervan is gelegaliseerd.
• Opmerking: patiënten met aanhoudend alcoholisme of een voorgeschiedenis van
alcoholisme zijn uitgesloten, tenzij ze in aanmerking komen op grond van LFT's
en leverbeeldvorming.
18. Een andere ziekte of klinisch significante afwijking in
laboratoriumparameters, waaronder een ernstige medische of psychische
ziekte/aandoening die naar het oordeel van de onderzoeker een waarschijnlijke
nadelige invloed heeft op naleving van het behandelings-/ond
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
metc-ldd@lumc.nl
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CTIS | CTIS2024-517528-20-00 |
EudraCT | EUCTR2021-002635-35-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT04950075 |
CCMO | NL78489.058.21 |