De primaire doelen van het onderzoek zijn: 1. om de rol van het microtubuli netwerk te onderzoeken in elektrische geleiding, eiwit lokalisatie en - functie in gekweekte cardiomyocyten van kinderen met BrS, levensbedreigende kamerritmestoornissen en…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Hartritmestoornissen
- Hart- en vaataandoeningen, congenitaal
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De volgende primaire onderzoeksvariabelen worden onderzocht in het laboratorium
op gekweekte cardiomyocyten verkregen uit bloedcellen van patiënten. We meten
spontane cellulaire contracties, elektrische geleiding en calcium oscillaties
in gekweekte cardiomyocyten. Met behulp van fluorescentie microscopie wordt het
effect van de dynamiek van microtubuli op de electrische geleiding, de
lokalisatie van belangrijke eiwitten en de eiwit onderlinge interacties in de
intercalated disk onderzocht. We testen de effectiviteit van nieuwe medicatie
op celniveau door dezelfde metingen te verrichten. We verrichten T2C metingen,
RNA sequencing en een gemodificeerde vorm van RNA sequencing genaamd Ribo-Seq.
Deze metingen hebben als doel om de transcriptiefactor afhankelijke regulatie
van SCN5A expressie te onderzoeken, alsmede het algemene moleculaire mechanisme
van de functie van SCN5A en de moleculaire consequenties van dysfunctioneren
van SCN5A. De data van de gekweekte cardiomyocyten worden gecorreleerd aan het
klinische fenotype van de proefpersonen dat gemeten wordt aan de hand van het
ECG, 24-hours 12-afleidingen holter ECG, ECG tijdens inspanningstest, ECG
tijdens koorts of ECG tijdens Ajmaline test, Signal Averaged ECG and
echocardiography. Vanwege het exploratieve karakter van het moleculaire
laboratorium onderzoek, kunnen eindpunten in bepaalde parameters niet gegeven
worden (statistisch advies door Prof. Dr. Ir. H. Boersma, hoogleraar
epidemiologie van cardiovasculaire ziekten).
Secundaire uitkomstmaten
Niet van toepassing
Achtergrond van het onderzoek
In Nederland wordt 10% van de kindersterfte veroorzaakt door plotse hartdood.
Bij ongeveer 1/3e van deze kinderen wordt dat veroorzaakt door erfelijke
aritmiesyndromen, voornamelijk kanalopathieen zoals Brugada Syndroom (BrS),
Lang QT syndroom en Catecholaminerge polymorfe ventriculaire tachycardie.
Tijdige profylactische behandeling van deze kinderen zal resulteren in minder
sterfgevallen en minder morbiditeit ten gevolge van restschade na succesvolle
reanimatie. Het fenotype van BrS verschilt in leeftijd van presentatie en ernst
van de bijkomende ritmestoornissen tussen verschillende patiënten, zelfs als ze
dezelfde (SCN5A) mutatie hebben. Daarbij komt dat bij 70 tot 80% van de BrS
patiënten nog geen mutatie is geïdentificeerd. Welke factoren het fenotype voor
de individuele patiënt bepalen, is onbekend. Daarnaast is er geen effectieve
preventieve medicatie bekend die levensbedreigende ritmestoornissen bij
patiënten met BrS voorkomt. Brugada patiënten worden meestal symptomatisch
tussen de 3e en 4e decade. Echter, er worden ook steeds meer kinderen met
Brugada syndroom in de literatuur beschreven, poliklinisch gezien en gedurende
koorts-episoden opgenomen in het ziekenhuis. De factoren die verantwoordelijk
zijn voor de expressie of non-expressie van het fenotype van BrS op de
kinderleeftijd zijn onbekend. Recent is beschreven dat het microtubuli
cytoskelet essentieel is voor de elektrische geleiding in het hart en een
belangrijke rol speelt in het fine-tunen van de functie, transport, lokalisatie
en turnover van eiwitten die gemuteerd zijn bij BrS.
Onze hypothese is dat het vergroten van de stabiliteit van de microtubuli leidt
tot een grotere stabiliteit van de cardiale geleiding en het hartritme bij
patiënten met BrS. Dit inzicht opent deuren naar nieuwe aangrijpingspunten voor
de behandeling van ritmestoornissen. Een platform gebaseerd op gekweekte
hartcellen (cell based platform) waarin de effectiviteit van nieuwe medicatie
op celniveau getest kan worden, biedt mogelijkheden om op maat gemaakte
behandelingen voor specifieke fenotypes van erfelijke ritmestoornissen te
ontwikkelen. Dit cell based platform kan uitgebreid worden als model voor
andere typen erfelijke aritmiesyndromen bij kinderen.
Doel van het onderzoek
De primaire doelen van het onderzoek zijn:
1. om de rol van het microtubuli netwerk te onderzoeken in elektrische
geleiding, eiwit lokalisatie en - functie in gekweekte cardiomyocyten van
kinderen met BrS, levensbedreigende kamerritmestoornissen en controles.
2. Het testen van de effectiviteit van nieuwe medicatie (die potentieel
effectief is in de preventie van ritmestoornissen bij kinderen met BrS), op de
elektrische en moleculaire eigenschappen van gekweekte cardiomyocyten verkregen
van kinderen met BrS en kinderen die succesvol gereanimeerd werden op basis van
een levensbedreigende ventriculaire ritmestoornis.
3. Het ontwikkelen van een model dat helpt te voorspellen welke kinderen met
een risico op Brugada syndroom ook een Brugada syndroom fenotype ontwikkelen en
op welk moment in het leven zich dit ontwikkelt.
Onderzoeksopzet
Observationeel, niet-interventioneel, niet therapeutisch patiëntgebonden
onderzoek
Inschatting van belasting en risico
Het risico en de belasting van het onderzoek zijn geassocieerd met een
eenmalige venapunctie waarbij 10 ml bloed afgenomen wordt. Deze venapunctie is
pijnlijk voor het kind en kan een lokaal, tijdelijk een hematoom veroorzaken.
We streven ernaar om alle onderzoeken noodzakelijk voor huidig
onderzoeksproject te plannen tijdens een reguliere policontrole. Gewoonlijk
wordt tijdens een policontrole bij deze patiënten populatie geen bloedafname
gedaan en deze wordt daarom beschouwd als een studiegerelateerde (invasieve)
procedure. De andere onderzoeken zijn niet invasief en worden, op het signal
averaged ECG na, standaard verricht tijdens reguliere follow up van deze
patiënten groep. Voor de gezonde controlegroep geldt dat de belasting bestaat
uit de (non-invasieve) onderzoeken, omdat voor hen geen reguliere controle bij
een kindercardioloog geïndiceerd is. Als controle groep worden kinderen
gevraagd die gepland staan voor een chirurgische ingreep in het keel-neus-oor
(KNO) gebied. De bloedafname wordt verricht tijdens de algehele narcose voor de
chirurgische KNO ingreep, om de belasting van pijn ten gevolge van de
venapunctie te minimaliseren. De andere onderzoeken in het kader van deze
studie worden gecombineerd op een dag dat het kind andere noodzakelijke
onderzoeken moet ondergaan in voorbereiding op de geplande chirurgische KNO
ingreep. Geen enkele patiënt heeft direct voordeel van deelname aan het
onderzoek. Groepsgebondenheid: deze studie kan alleen bij kinderen worden
verricht omdat we expliciet op zoek zijn naar specifieke factoren die juist een
fenotype van BrS of levensbedreigende ritmestoornissen geven op de
kinderleeftijd. We verwachten op moleculair niveau veranderingen te vinden die
verantwoordelijk zijn voor een BrS fenotype of juist beschermen tegen dit
fenotype op de kinderleeftijd. Daarbij komt dat het klinische fenotype bij
volwassen BrS patiënten mede beïnvloed wordt door myocardveranderingen
veroorzaakt door ouderdom en/of coronairlijden. De veranderingen die hierdoor
ontstaan hebben effect op de cardiale geleiding en functie. Deze aan ouderdom
gerelateerde veranderingen zouden het klinisch fenotype beïnvloeden als we
volwassen patiënten zouden onderzoeken. Tenslotte willen we een platform
genereren om nieuwe medicatie op celniveau te testen die uiteindelijk effectief
is om het kinder-fenotype van BrS en levensbedreigende hartritmestoornissen te
behandelen. Omdat gekweekte cardiomyocyten verkregen uit erfelijk materiaal van
het kind, zowel het klinische als het cellulaire fenotype het beste benaderen,
vormen zij het beste model om de effectiviteit van medicatie in de preventie
van levensbedreigende hartritmestoornissen bij het kind te voorspellen.
Publiek
Wytemaweg 80
Rotterdam 3055 CN
NL
Wetenschappelijk
Wytemaweg 80
Rotterdam 3055 CN
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Leeftijd >= 0.5 and < 18 years
Patienten:
- bewezen SCN5A mutatie met Brugada syndroom fenotype
- of bewezen SCN5A mutatie zonder Brugada syndroom fenotype
- of Brugada syndroom fenotype, zonder genetische mutatie in de huidig bekende
aritmiegenen
- of succesvolle reanimatie bij ventriculaire ritmestoornis, zonder genetische
mutatie in de huidig bekende aritmiegenen.Controles:
- fenotypisch cardiaal gezonde personen met negatieve familie-anamnese voor
(niet coronair gerelateerde) plotse hartdood onder de leeftijd van 45 jaar,
erfelijke aritmiesyndromen, pacemakers of ICD's en hartfalen.
- Gepland voor electieve ingreep in het KNO gebied
- Zelfde leeftijdsrange als patienten populatie
- Zelfde gender verdeling als patienten populatie als de casus
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Indien personen in de patienten en/of controle populatie
- geen consent geven voor bloedafname
- andere afwijkingen hebben op het gebied van de cardiale anatomie, geleiding
of functie
- andere bekende genetische afwijkingen bestaan naast de hierboven beschreven
mutaties in de inclusiecriteria
Naast bovenstaande exclusiecriteria, worden controle personen ook geexcludeerd
als zij een positieve familieanamnese hebben voor potentieel erfelijke
hartziekten, gedefinieerd als een positieve familieanamnese voor plotse
hartdood < 45 jaar (uitzondering plotse hartdood van bewezen coronaire
origine), erfelijke aritmiesyndromen (bv BrS, CPVT, idiopatisch ventrikel
fibrilleren en korte QT syndroom), pacemaker of ICD implantatie, of hartfalen
bij 1e of 2e graads familieleden.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL62724.078.18 |