Primaire doelen van de studie- Cohort 1 Deel 1: Bepalen van aanbevolen fase 2-dosis (RP2D) van KRT-232- Cohort 1 Deel 2: Bepalen van het objectieve responspercentage (ORR) bij proefpersonen met p53WT MCC die gefaald hebben in anti-PD-1 of anti-PD-L1…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Huidneoplasmata maligne en niet-gespecificeerd
- Huidneoplasmata maligne en niet-gespecificeerd
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
- Cohort 1 Deel 1: Safety Review Committee (SRC) zal de aanbevolen fase 2-dosis
(RP2D) voor expansie bepalen op basis van de veiligheid en verdraagbaarheid van
elke arm.
- Cohort 1 Deel 2: Objective Response Rate (ORR) zoals beoordeeld volgens
RECIST-criteria versie 1.1
- Cohort 2 Deel 1: Dosisbeperkende toxiciteit (DLT) zal worden gebruikt om de
maximaal getolereerde dosis (MTD) van KRT-232 in combinatie met avelumab vast
te stellen. SRC zal de RP2D bepalen op basis van de veiligheid van de
combinatie van KRT-232 met avelumab.
- Cohort 2 Deel 2: ORR wordt beoordeeld volgens RECIST-criteria versie 1.1
- Cohort 3: ORR zoals beoordeeld volgens RECIST-criteria versie 1.1 op basis
van beoordeling door onafhankelijke beoordelingscommissie (IRC) van
tumorbeoordelingen.
- Cohort 4: ORR zoals beoordeeld volgens RECIST-criteria versie 1.1 op basis
van IRC-beoordeling van tumorbeoordelingen.
Secundaire uitkomstmaten
- Cohort 3: ORR zoals beoordeeld volgens RECIST-criteria versie 1.1 op basis
van beoordeling door de onderzoeker.
- Cohort 4: ORR zoals beoordeeld volgens RECIST-criteria versie 1.1 op basis
van beoordeling door de onderzoeker.
- Mediane DoR (Kaplan-Meier-schatting) bij proefpersonen die een respons
bereiken vanaf de eerste waarneming van respons op ziekteprogressie per IRC of
beoordeling door de onderzoeker, of overlijden.
- Mediane tijd vanaf de eerste onderzoeksdosis tot ziekteprogressie volgens IRC
of beoordeling door de onderzoeker, of overlijden en mijlpaal PFS-percentage
(%) (Kaplan-Meier-schatting)
- Mediane tijd vanaf de eerste onderzoeksdosis tot overlijden
(Kaplan-Meier-schatting) en mijlpaaloverlevingspercentage (%)
- CBR wordt gedefinieerd onder proefpersonen die PR, CR of stabiele ziekte
bereiken die ten minste 10 weken duurt, volgens IRC- of onderzoekerbeoordeling.
- Analyses van de veiligheidseindpunten omvatten de volgende metingen of
beoordelingen: lichamelijk onderzoek, laboratoriumtests en AE's die hebben
geleid tot KRT-232 dosisverlagingen, onderbrekingen of stopzettingen, AE's,
ernstige AE's (SAE's), ECG's, vitale functies
- KRT-232 en acylglucuronidemetaboliet (M1) PK-parameters, inclusief maar niet
beperkt tot maximaal waargenomen concentratie (Cmax), minimaal waargenomen
concentratie (Cmin), oppervlakte onder de plasmaconcentratie-tijdcurve (AUC) en
terminale eliminatiehalfwaarde -leven (t1/2z)
Achtergrond van het onderzoek
Merkelcelcarcinoom (MCC) is een zeldzame, agressieve huidkanker met een slechte
prognose bij patiënten met gevorderde ziekte. De ziektegerelateerde mortaliteit
na 5 jaar bedraagt 46% (Lemos 2010). De aanbevolen behandelingsmethode voor MCC
hangt af van de eigenschappen van de ziekte. Voor lokale ziekte is operatief
ingrijpen in combinatie met postoperatieve bestraling de belangrijkste
behandelingsvorm. Voor uitgezaaide ziekte wordt 'programmed cell death
protein-1-/programmed death ligand-1' (PD-1/PD-L1)-blokkering aanbevolen. Voor
patiënten met uitgezaaide ziekte en contra-indicaties voor
checkpoint-immunotherapie worden diverse behandelingen met cytotoxische
chemotherapie gebruikt. Er bestaat een aanzienlijke onvervulde behoefte aan
verbeterde behandelingen voor patiënten met MCC bij wie behandeling met ten
minste één anti-PD-1- of anti-PD-L1-immunotherapie niet heeft gewerkt. KRT-232
is een oraal biologisch beschikbaar, kleinmoleculair, gericht geneesmiddel dat
zich bindt aan een murien 'double minute 2'-homologon (MDM2) en de eiwit
eiwitwisselwerking tussen MDM2 en tumoreiwit 53 (p53) remt. Er is aangetoond
dat KRT-232 de groei van p53 wild-type (p53WT) tumorcellen in vitro en
tumorxenograften in vivo remt. p53 is een tumorsuppressor en transcriptiefactor
die reageert op cellulaire stress door transcriptie te activeren van talrijke
genen die betrokken zijn bij het tot stilstand brengen van de celcyclus,
apoptose, senescentie en DNA-reparatie. Preklinisch is de belangrijkste
determinant van de gevoeligheid voor MDM2-remming de p53-mutatiestatus van
cellen, waarbij p53WT-cellen gevoelig zijn voor dergelijke remmers. Mutaties in
p53 zijn zelden gevonden in MCC-tumoren (Sihto 2011), wat erop wijst dat een
meerderheid van de patiënten met MCC p53WT is en bijgevolg reageert op remming
van de MDM2-/p53-eiwit-eiwitwisselwerking.
Doel van het onderzoek
Primaire doelen van de studie
- Cohort 1 Deel 1: Bepalen van aanbevolen fase 2-dosis (RP2D) van KRT-232
- Cohort 1 Deel 2: Bepalen van het objectieve responspercentage (ORR) bij
proefpersonen met p53WT MCC die gefaald hebben in anti-PD-1 of
anti-PD-L1-immunotherapie
- Cohort 2 Deel 1: Bepalen van de KRT-232 RP2D in combinatie met avelumab
- Cohort 2, deel 2: het bepalen van het objectieve responspercentage (ORR) bij
niet eerder behandelde proefpersonen met p53WT MCC
- Cohort 3: Bepalen van het bevestigde objectieve responspercentage (ORR) bij
proefpersonen met p53WT MCC die chemotherapie-naïef zijn en bij wie anti-PD-1
of anti-PDL-1-immunotherapie gefaald hebben
- Cohort 4: Bepalen van het bevestigde objectieve responspercentage (ORR) bij
proefpersonen met p53WT MCC bij wie anti-PD-1 of anti-PDL-1-immunotherapie
gefaald heeft en die ten minste 1 lijn eerdere chemotherapie hebben gekregen
Onderzoeksopzet
De studie zal de veiligheid en werkzaamheid van KRT-232 en KRT-232 in
combinatie met avelumab evalueren bij proefpersonen met p53WT MCC.
Proefpersonen worden ingeschreven in 4 cohorten. Een Safety Review Committee
(SRC) zal de veiligheidsgegevens tijdens het onderzoek beoordelen.
- Cohort 1 (KRT-232 monotherapie; N = maximaal 61 proefpersonen)
- Cohort 2: KRT-232 in combinatie met avelumab (N = maximaal 39 proefpersonen)
- Cohort 3: KRT-232 monotherapie (N = 50 proefpersonen)
- Cohort 4: KRT-232 monotherapie (N = 25 proefpersonen)
Onderzoeksproduct en/of interventie
KRT-232, een remmer van murien 'double minute chromosome 2' (MDM2) die de eiwit eiwitwisselwerking tussen MDM2 en tumoreiwit 53 (p53) voorkomt. Avelumab, een 'programmed death ligand-1' (PD-L1)-blokkerend antilichaam, toegediend volgens de lokale voorschrijfinformatie.
Inschatting van belasting en risico
Dit is een fase 1b/2-, open-label onderzoek naar KRT 232 bij proefpersonen met
p53 wild-type (p53WT) MCC bij wie anti-PD-1- of anti-PD-L1-immunotherapie niet
heeft gewerkt of die anti-PD-1- of anti-PD-L1-behandelingsnaïef zijn.
De toediening van KRT-232 en/of avelumab zal worden stopgezet of gewijzigd als
er vermoede ongewenste geneesmiddelreacties, veranderingen in vitale functies,
ecg's of klinische laboratoriumresultaten worden waargenomen en deze
veranderingen een aanzienlijk gezondheidsrisico vormen.
Klinisch of medisch significante vermoede ongewenste geneesmiddelvoorvallen en
ernstige ongewenste voorvallen (SAE's), ongeacht het verband met het
onderzoeksmiddel zullen worden gevolgd totdat ze verdwijnen of als stabiel
worden beschouwd.
Het onderzoek kan op elk moment worden beëindigd als de sponsor dit nodig acht.
Zie paragraaf 6.1 en 6.2 voor richtlijnen voor stopzetten of wijzigen. Zie
paragraaf 10.12 voor veiligheidsstopregels.
De proefpersonen zullen worden behandeld tot ziekteprogressie of onvoldoende
verdraagbaarheid. De definitie van ziekteprogressie is gebaseerd op de
RECIST-criteria versie 1.1 (Bijlage 4).
Alle proefpersonen die met de onderzoeksbehandeling stoppen om een andere reden
dan ziekteprogressie zullen worden gevolgd voor respons en overleving.
Proefpersonen die stoppen omwille van ziekteprogressie zullen worden gevolgd
voor overleving (zie het schema van de beoordelingen, Bijlage 1).
Het onderzoek zal 1 jaar na toelating van de laatste proefpersoon in het
onderzoek als voltooid worden beschouwd. Proefpersonen die op dat moment nog
steeds de onderzoeksbehandeling krijgen zullen worden geëvalueerd voor
geschiktheid voor toelating tot een rollover-onderzoek.
De studie zal naar verwachting 1 tot 2 jaar duren voor een patient. Een biopsie
van MCC weefsel is nodig voor inclusie. Verder is registratie van medicatie in
een dagboekje nodig en zullen aanvullende lichamelijk onderzoeken gedaan
worden. Het betreft extra zwangerschapstesten (voor vrouwen) en mogelijk extra
CT scans. Sowieso zullen er extra bloedmonsters nodig zijn. In totaal zal
ongeveer 760 mL bloed worden afgenomen gedurende 1.5 jaar.
Publiek
275 Shoreline Drive Suite 300
Redwood City CA 94065
US
Wetenschappelijk
275 Shoreline Drive Suite 300
Redwood City CA 94065
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. Voor cohorten 1, 3 en 4 moeten proefpersonen een niet succevolle behandeling
hebben gehad met ten minste één PD-1-remmer of PD-L1-remmer voor gemetastaseerd
MCC. Niet succesvol wordt gedefinieerd als elke proefpersoon bij wie de ziekte
is gevorderd (volgens RECIST-criteria) of die een behandeling met een
PD-1-remmer of PD-L1-remmer niet verdraagt. Elke PD-1-remmer of PD-L1-remmer
kan in het verleden zijn gebruikt, zonder limiet of minimale duur.
2. Voor cohort 2 mogen proefpersonen geen anti-PD-1- of anti-PD-L1-therapie
hebben gekregen.
3. Voor cohort 3 mogen proefpersonen geen eerdere chemotherapie hebben gekregen.
4. Voor cohort 4 moeten proefpersonen ten minste 1 lijn eerdere chemotherapie
hebben gekregen
5. Volwassenen >=18 jaar en bereid om schriftelijke geïnformeerde toestemming te
geven.
6. ECOG-prestatiestatus van 0 tot 1
7. Histologisch bevestigde MCC. Ziekte moet meetbaar zijn, met ten minste 1
meetbare laesie volgens RECIST-criteria, versie 1.1 (Eisenhauer 2009, bijlage
4).
8. Voor cohorten 1 en 2: MCC die p53WT tot expressie brengt op basis van een
door CLIA of FDA goedgekeurde sequentietest of door een test die is goedgekeurd
door de lokale gezondheidsautoriteit of, indien niet beschikbaar, door een
gevalideerde test. Voor cohort 2 kunnen proefpersonen worden ingeschreven en
behandeld met avelumab monotherapie voordat de p53WT-status bekend is
9. Voor cohorten 3 en 4: MCC die p53WT tot expressie brengt op basis van
centrale laboratoriumtests
10. Vers of gearchiveerd tumorweefsel moet worden ingediend voor
biomarkerbeoordeling.
11. Adequate hematologische, lever- en nierfunctie binnen 14 dagen voorafgaand
aan de eerste dosis KRT-232 zoals in meer detail gedefinieerd in het protocol
12. Akkoord gaan om te voldoen aan de anticonceptievereisten zoals nader
omschreven in het protocol
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Voor cohort 2 mogen proefpersonen geen auto-immuunziekte, medische
aandoeningen waarvoor systemische immunosuppressie nodig is, een eerdere
stamceltransplantatie of actieve infectie met HBV of HCV hebben.
2. Gelijktijdige antikankerbehandeling, zoals chemotherapie, cytoreductieve
therapie, of cytokinetherapie binnen 28 dagen of ongeveer 5 halfwaardetijden,
naargelang welke periode het kortst is, vóór de eerste dosis KRT-232.
3. Bestralingstherapie binnen 2 weken vóór de eerste dosis KRT-232.
4. Toxiciteit van eerdere bestralingstherapie die niet is verdwenen tot graad 0
of graad 1 volgens de National Cancer Institute Common Terminology Criteria for
Adverse Events (NCI CTCAE) (met uitzondering van alopecia van graad 2).
5. Deelname aan een ander interventioneel klinisch onderzoek in de afgelopen 4
weken vóór de eerste dosis KRT-232 (deelname aan observationele onderzoeken is
toegestaan).
6. Patiënten die eerder zijn behandeld met MDM2-antagonistentherapieën of op
p53 gerichte therapieën.
7. Vrouwen die zwanger zijn of borstvoeding geven.
8. Voorgeschiedenis van belangrijke orgaantransplantatie.
9. Proefpersonen met bekende uitzaaiingen in het centraal zenuwstelsel (CZS)
die niet eerder zijn behandeld.
10. Niet onder controle gebrachte intercurrente ziekte, waaronder acute
hepatitis A; bekende voorgeschiedenis van positieve test voor humaan
immunodeficiëntievirus (hiv); klinisch significante hartziekte (New York Heart
Association klasse III of IV); symptomatisch congestief hartfalen; instabiele
angina pectoris; ventrikelaritmie; of psychiatrische ziekte / sociale situaties
die de naleving van de studievereisten zouden beperken.
11. Proefpersonen met klinisch significante bacteriële, mycotische, parasitaire
of virusinfectie waarvoor behandeling nodig is. Proefpersonen met acute
bacteriële infecties waarvoor antibioticagebruik nodig is moeten de
screening/toelating uitstellen tot na de antibioticakuur.
12. Andere maligniteit in de afgelopen 3 jaar, anders dan chronische
lymfatische leukemie (CLL), curatief behandeld basaalcel- of
plaveiselcelhuidcarcinoom, cervixcarcinoom in situ, tot het orgaan beperkte of
behandelde niet-uitgezaaide prostaatkanker met normaal prostaatspecifiek
antigen, borstcarcinoom in situ na volledige chirurgische resectie, of
oppervlakkig urotheelcarcinoom. Patiënten met CLL mogen naar de mening van de
onderzoeker geen behandeling voor hun CLL nodig hebben of krijgen om in
aanmerking te komen.
13. QTc-verlenging van graad 2 of hoger (> 480 milliseconden volgens de
NCI-CTCAE-criteria, versie 5.0).
14. Bekende overgevoeligheid of contra-indicaties voor een of meer van de
onderzoeksmiddelen, vereiste profylaxe, of de hulpstoffen daarvan.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2020-002820-35-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT03787602 |
CCMO | NL78594.056.21 |