Het bepalen van de haalbaarheid om met ICG de chirurg optisch te geleiden naar de schildwachtklier bij pediatrsiche patienten met een melanoom of sarcoom ter plaatse van het hoofd/hals/romp, paratesticulair of extremiteit. De…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Diverse en niet plaatsgespecif. neoplasmata, maligne en niet-gespecif.
Aandoening
Melanoma or sarcoma of extremity or head/neck/trunk
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
- Chirurgische ingreep
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De intraoperatieve detectie van de schildwachtklier in pediatrische patienten die een pre-operatieve injectie met ICG-99mTc-nanocolloid ontvingen (zonder methyleenblauw). Dit wordt uitgedrukt als "detection rate", welke het percentage van de patienten is waarbij met ICG de schildwachtklier is gevonden.
Secundaire uitkomstmaten
1. Evaluatie van NIR-fluorescentie voor de SLN-procedure door de chirurg door middel van een korte vragenlijst;
2. Correlatie tussen NIR fluorescente en radioactieve SLN's;
3. Aantal keren dat de pre-operatief gedetecteeerde SLN niet peroperatief gevonden is;
4. Tumor / achtergrondverhouding;
5. De veiligheid van het gebruik van een pre-operatieve injectie van ICG-99mTc-nanocolloïd voor de SLN-procedure bij pediatrische patiënten.
Achtergrond van het onderzoek
De schildwachtklier (SLN) procedure bij pediatrische kankerpatiënten bestaat in de huidige zorg uit een preoperatieve intradermale injectie met 99mTechnetium-nanocolloïd als radiotracer in combinatie met een intraoperatieve injectie van blauwe kleurstof (methyleenblauw) voor optische begeleiding. Het is bewezen dat deze methode de SLN nauwkeurig detecteert bij pediatrische melanomen en sarcoompatiënten met een detectiegraad van ongeveer 95%. Om een SLN te lokaliseren is een radiotracer zoals 99mTc-nanocolloïde essentieel, omdat succesvolle SLN-identificatie afhankelijk is van het radioactieve signaal dat wordt gedetecteerd door een draagbare gammasonde. Nadelen van het gebruik van een radiotracer zijn echter de verstoring van het radioactieve signaal afkomstig van de injectieplaats, een lage ruimtelijke resolutie en het feit dat de operatie moet worden onderbroken om de gammasonde te kunnen gebruiken. Daarom is het soms moeilijk om de SLN te vinden. Deze beperkingen van de radiotracer kunnen worden opgeheven door tegelijkertijd een middel te gebruiken dat de optische geleiding kan ondersteunen en de operatie niet onderbreekt. Daarom wordt, indien noodzakelijk geacht, momenteel blauwe kleurstof gebruikt om de chirurg optisch te ondersteunen tijdens de SLN-procedure. Het gebruik van blauwe kleurstof heeft echter duidelijke nadelen, zoals het risico op ernstige allergische reacties en langdurig tatoeëren, naast de beperkte penetratiediepte en verandering van het operatieveld. Bovendien is de werkzaamheid laag met slechts 60% van de SLN's die blauw kleuren.
Bij volwassen melanoompatiënten is aangetoond dat nabij-infrarood (NIR) fluorescentiebeeldvorming met behulp van indocyaninegroen (ICG) een veilige, efficiënte en nauwkeurige methode is voor intra-operatieve visuele identificatie van SLN's, met een hogere gevoeligheid (tot 97%) vergeleken met blauwe kleurstof. ICG wordt gebruikt in de pediatrische populatie voor andere indicaties en heeft goede veiligheidsprofielen. Vanwege de goede werkzaamheid van ICG bij volwassenen en het goede veiligheid- en gunstige bijwerkingenprofiel van ICG in vergelijking met blauwe kleurstof, verwachten we dat een gecombineerde intradermale injectie van ICG niet-covalent gebonden aan 99mTc-nanocolloïd (ICG-99mTc-nanocolloïd) in staat is om de optische geleiding tijdens de operatie te behouden of zelfs te verbeteren, terwijl het aanzienlijke risico op bijwerkingen van het gebruik van blauwe kleurstof wordt voorkomen.
Doel van het onderzoek
Het bepalen van de haalbaarheid om met ICG de chirurg optisch te geleiden naar de schildwachtklier bij pediatrsiche patienten met een melanoom of sarcoom ter plaatse van het hoofd/hals/romp, paratesticulair of extremiteit. De schildwachtklierprocedure is een diagnostische procedure.
Onderzoeksopzet
Onderzoeksproduct en/of interventie
Inschatting van belasting en risico
Het gebruik van ICG in aanvulling op het reeds gebruikte 99mTc-nanocolloïd geeft geen extra belasting voor de patiënten, omdat er geen extra bezoeken, fysieke onderzoeken of andere tests, vragenlijsten of dagboeken, injecties of bloedmonsters nodig zijn. Bovendien zijn er geen significante risico's geïdentificeerd door onze institutionele prospectieve risicoanalyse anders dan een zeer klein risico (<1: 10.000) van een allergische reactie op ICG. Om dit risico te minimaliseren, zijn patiënten met een allergie voor jodium en patiënten met nierinsufficiëntie uitgesloten van dit onderzoek. Vanwege het gunstige bijwerkingenprofiel naast de verhoogde SLN-identificatie van ICG in vergelijking met methyleenblauw, wordt ICG momenteel gebruikt als standaardzorg in veel ziekenhuizen die volwassen patiënten behandelen, waaruit het duidelijke potentiële voordeel voor pediatrische patiënten blijkt. Hoewel het gebruik van de Quest NIR camera voor deze indicatie buiten het beoogt gebruik is, verwachten we absoluut geen extra risico's, gezien de visualisatie methode gelijk is aan die van weefsel perfusie: het beoogde gebruik van de Quest NIR camera is.
Publiek
Prof. Dr. M.H.W.A. WIjnen
Heidelberglaan 25
3584 CS
Utrecht
M.H.W.Wijnen-5@prinsesmaximacentrum.nl
Wetenschappelijk
Prof. Dr. M.H.W.A. WIjnen
Heidelberglaan 25
3584 CS
Utrecht
M.H.W.Wijnen-5@prinsesmaximacentrum.nl
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Pediatrische patienten met een melanoom of sarcoom van hoofd/hals/romp, paratesticulair of extremiteiten met een indicatie om een schildwachtklierprocedure te ondergaan.
Leeftijd 0-18 jaar.
Getekend toestemmingsformulier van patient/ouder/wettelijk vertegenwoordiger.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Jodium allergie (ICG is opgelost in een oplossing met 5% natriumiodine)
2. Overgevoeligheid voor ICG
3. Gezien patiënten met nierfunctiestoornissen een groter risico hebben op een anafylactische reactie, worden deze geëxcludeerd (eGFR<55)
4. Klinisch manifeste hyperthyreoïdie/ autonoom schildklieradenoom (gezien jodium schildklierfunctie en -testen kan beinvloeden)
5. Patienten met een nanocolloid of schelpdieren allergie (ivm technetium - gelijkend aan reguliere zorg)
Opzet
Deelname
Voornemen beschikbaar stellen Individuele Patiënten Data (IPD)
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
NTR-new | NL7935 |
Ander register | NL71166.041.20 |
EudraCT | 2020-000509-96 |