Echogeleide versus zenuwstimulatie geleid distaal ischiadicus blok.

Bij een perifeer zenuwblok wordt lokaal anestheticum zo dicht mogelijk bij de
te blokkeren zenuw gebracht. Dit wordt nu bereikt door anatomische kennis te
combineren met elektrische stimulatie van zenuwen door naalden en catheters of
opwekken van paraesthesiën bij contact met de zenuw waarna het lokaal
anestheticum wordt geinjecteerd. Getracht wordt zenuwbeschadigingen en
intravasculaire injectie hierbij te voorkomen. De huidige prikprocedure is een
blinde procedure. Sinds de jaren 90 worden echogeleide zenuwblokkades
toegepast. Uit vele studies kan worden geconcludeerd dat ultrasound een
bruikbaar hulpmiddel is voor het in beeld brengen van markeringspunten als
arteriën, aanbrengen van huidmarkeringen bij niet echogeleide puncties en zelfs
voor het lokaliseren van de doelzenuwen. Maar de echogeleide blokkade maakt ook
*live* de positie van de naald ten opzichte van markeringspunten en zenuw
zichtbaar. De injectie en verspreiding van het lokaal anestheticum kunnen
worden gevolgd. Er zijn slechts enkele vergelijkende studies verricht tussen de
echogeleide en zenuwstimulatie geleide perifere zenuwblokkade. Bij het
brachiale plexus en femoraal blok nam door de toepassing van echografie de kans
op succes toe. De hoeveelheid lokaal anestheticum kon verminderd worden en er
traden minder complicaties op als bij de huidige neurostimulatie techniek.
Recentelijk werd aangetoond dat ultrasound geleide perifere ischiadicus
blokkades adequaat kunnen worden uitgevoerd.

We veronderstellen dat de directe ultrasonografische visualisatie van de
distale ischiadicus met vervolgens injectie van lokaal anestheticum onder
direct ultrasonografisch zicht zal leiden tot gebruik van minder lokaal
anestheticum zonder dat dit de blokeigenschappen (sensorische en motorische
onset tijd en duur) zal veranderen. Dit vergeleken met het zenuwstimulatie
geleid distaal ischiadicus blok.

Gerandomiseerde enkel blinde interventie studie

Een groep van 20 patienten zal een echogeleid perifeer zenuwblok ondergaan. (echogeleide groep) Hiertoe wordt de distale n. ischiadicus in de knieholte gevisualiseerd waarna onder ultrasonografische controle de naald wordt ingebracht. Na controle d.m.v. electrische zenuwstimulatie wordt onder direct zicht het lokaal anestheticum geïnjecteerd. Indien het lokaal anestheticum zich niet rondom de zenuw verspreidt wordt de naald gerepositioneerd om een circumferentiële verspreiding van het lokaal anestheticum rondom de zenuw te verkrijgen. Bij de neurostimulatie groep (n=20) wordt de naald, na anatomische referentiepunten te hebben bepaald, blind ingebracht en d.m.v. electrische zenuwstimulatie wordt de naald in de nabijheid van de zenuw gepositioneerd waarna blind lokaal anestheticum wordt geïnjecteerd.

De risico's bij deelname aan het onderzoek zijn niet anders dan in de normale
klinische situatie waarbij de patient onder een perifere zenuwblok een
operatieve ingreep aan onderbeen of voet ondergaat.
Zoals bij alle perifere zenuwblokkades wordt getracht de volgende incidenten te
vermijden: intoxicatie met lokaal anestheticum door resorptie of
intravasculaire injectie en intraneurale injectie met als gevolg meestal
tijdelijke zenuwschade.