Het hoofddoel van het onderzoek is een antwoord krijgen op de vraag: " Wat is de rol van zelf-discrepanties bij patiënten met chronische lage rugklachten en dan met name ten aanzien van hun activiteitenpatroon?" Het antwoord op deze vraag…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Spieraandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Als uitkomstmaten worden de mate van ervaren beperking, de ervaren kwaliteit
van leven, onderzocht.
Secundaire uitkomstmaten
pijnintensiteit, emoties, het activiteitenniveau in het dagelijks leven
Achtergrond van het onderzoek
Patiënten met chronische lage rugklachten vermijden vaak activiteiten. Het
vrees-vermijdingsmodel levert hier een afdoende verklaring voor. Echter, uit
klinische observaties en recente onderzoeksbevindingen is gebleken dat er ook
patiënten zijn die persisteren in hun activiteiten. Hiervoor biedt het
vrees-vermijdingsmodel geen verklaring. De zelf-discrepantie theorie van
Higgins kan een verklaring bieden voor het vermijden en persisteren en vormt
hiermee een essentiële aanvulling op het vrees-vermijdingsmodel. Higgins
verdeelt het zelf in het actuele zelf, de persoon die je nu bent, de ideale
zelf, de persoon die je ideaal gezien zou willen zijn en het opgelegde zelf,
die persoon die je denkt te moeten zijn. Actuale-ideale discrepanties leiden
tot neerslachtigheid-gerelateerde emoties. Actuele-opgelegde discrepanties
daarentegen leiden tot agitatie-gerelateerde emoties. Later werd de gevreesde
zelf, de persoon die je vreest te zijn of worden, nog toegevoegd door Carver en
collega's. De hypothese is dat patiënten met grote ideaal of opgelegde
discrepanties meer geneigd zullen zijn om te persisteren terwijl patiënten met
kleine gevreesde discrepanties eerder zullen vermijden. Bij de ideaal
discrepantie speelt de ontstuimigheid om het doel te bereiken een grote rol.
Bij de opgelegde discrepantie is de oplettendheid om niet bereiken wat moet
bereikt worden, van groter belang. De gevreesde discrepantie wordt
waarschijnlijk gevoed door catastroferende gedachten waardoor een proces op
gang komt dat binnen het vrees-vermijdingsmodel beschreven werd.
Doel van het onderzoek
Het hoofddoel van het onderzoek is een antwoord krijgen op de vraag: " Wat is
de rol van zelf-discrepanties bij patiënten met chronische lage rugklachten en
dan met name ten aanzien van hun activiteitenpatroon?" Het antwoord op deze
vraag biedt meer inzicht in de psychologische processen in het
chronificatieproces van pijn. Van hieruit kan er gewerkt worden aan de
preventie en de behandeling van chronische lage rugklachten.
De vraagstellingen van dit onderzoek zijn:
1.Wat is de relatie tussen specifieke types zelf-discrepanties en specifieke
negatieve emoties bij patiënten met chronische lage rugpijn?
2.Wat is de relatie tussen zelf-discrepanties enerzijds en een vermijdend en
persisterend activiteitenpatroon anderzijds en wat is de invloed van deze
gedragingen op het beperkingenniveau en de kwaliteit van leven?
3.Wat is de relatie tussen zelf-discrepanties, pijnintensiteit en het fysieke
activiteitenpatroon (persisterend of vermijdend gedrag)?
4. Wat voor fysiek activiteitenpatroon is kenmerkend voor patienten met
chronische lage rugklachten?
4.Wat is de relatie tussen het door de patiënt gerapporteerde activiteiten
niveau en het objectief gemeten activiteitenniveau bij patiënten met chronische
lage rugklachten?
Onderzoeksopzet
Design: longitudinale follow-up studie met twee meetmomenten: baseline (t=1) en
zes maanden follow-up (t=2). Op ieder meetmoment worden verschillende
vragenlijsten en een interview afgenomen. De proefpersonen krijgen dan ook een
accelerometer mee die 15 dagen gedragen dient te worden en een elektronisch
dagboek dat 15 dagen bijgehouden dient te worden.
Inschatting van belasting en risico
In het totaal worden er 17 vragenlijsten (het interview inbegrepen) afgenomen
waarvan de afnameduur geschat wordt op 120 minuten. Patiënten worden gevraagd
om deze vragenlijsten tweemaal in te vullen (baseline en zes maanden later).
Daarnaast worden patiënten gevraagd om een elektronisch dagboekje (palmtop) bij
te houden en een versnellingsmeter te dragen rond het middel gedurende 2 weken.
De tijd die besteed dient te worden aan het invullen van het dagboekje en het
om- en afdoen van de versnellingsmeter, wordt geschat op 15 minuten per dag.
Publiek
Universiteitssingel 50
6200 MD Maastricht
Nederland
Wetenschappelijk
Universiteitssingel 50
6200 MD Maastricht
Nederland
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Terugkerende lage rugklachten, pijn die gelocaliseerd is tussen het scapula en de gluteaal regio (volgens IASP taxonomie). Leeftijd tussen 18 en 60.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Een specifieke oorzaak of het sterke vermoeden ervan zoals bijvoorbeeld een lumbale Hernia Nuclei Pulposi (HNP) met neurologische complicaties, zwangerschap, psychiatrische problematiek of onvoldoende kennis van de Nederlandse taal.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL12253.068.06 |