Het eerste doel van dit onderzoeksvoorstel is om de meerwaarde te bepalen van de inname van een eiwithydrolysaat om de eiwitvertering, aminozuurbeschikbaarheid en eiwitsynthese te verbeteren. Het tweede doel is om de meerwaarde te bepalen van het…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
Synoniemen aandoening
Aandoening
preverntie sarcopenie
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Alle interventies hebben effect op de aanmaak van spiereiwit. Met de toepassing
van stabiele aminozuurtracers zijn we in staat om de (spiervezelspecifieke)
aanwas van spiereiwit te meten.
Secundaire uitkomstmaten
Studie A: verschillen in de snelheid van opname en absorptie in de darm door
het gebruik van intrinsiek gelabelde melkeiwitten.
Achtergrond van het onderzoek
Voedselinname en dan vooral de inname van eiwit of aminozuren vormt een
belangrijke stimulus voor de aanmaak van spiereiwit. De kwaliteit and
kwantiteit van de ingenomen eiwitten kan het eiwitmetabolisme sterk moduleren.
Het wordt gesuggereerd dat de inname van een voorverteerd eiwit (hydrolysaat)
effectiever is om de spiereiwit-aanmaak te stimuleren dan de inname van een
intact eiwit. Echter wetenschappelijk bewijs hiervoor ontbreekt. Naast voeding
kan inspanning de eiwitaanmaak ook sterk stimuleren. De activering van
spiergroei na krachtraining gebeurd waarschijnlijk spiervezelspecifiek. Echter,
toch nog toe is er geen wetenschappelijke data beschikbaar die aantonen dat
krachttraining noodzakelijk is naast de inname van eiwitten om een maximale
stimulatie te krijgen van de spiereiwit-aanmaak. Verder zijn er nog nooit in
vivo meting na krachttraining gedaan om de spiereiwit-aanmaak te bepalen in
type I en II vezels
Doel van het onderzoek
Het eerste doel van dit onderzoeksvoorstel is om de meerwaarde te bepalen van
de inname van een eiwithydrolysaat om de eiwitvertering,
aminozuurbeschikbaarheid en eiwitsynthese te verbeteren. Het tweede doel is om
de meerwaarde te bepalen van het uitvoeren van krachttraining om de spieropbouw
te stimuleren wanneer genoeg eiwit wordt ingenomen. Verder willen we
onderzoeken of er verschillen zijn in de snelheid van eiwitaanmaak na
krachttraining tussen type I and II spiervezels.
Onderzoeksopzet
Spiereiwit-aanmaak zal worden gemeten met behulp van stabiele isotopen na de
inname van of intrinsiek gelabelde eiwithydrolysaten of intact eiwit (studie
A), na krachttraining met één been met eiwitsupplementatie (studie B) en na
krachttraining in type I and II spiervezels (studie C). Met het gebruik van
aminozuurtracers kunnen we de meerwaarde van eiwithydrolysaten (studie A), het
uitvoeren van krachttraining (studie B) om de spiereiwit-aanmaak te stimuleren.
In studie C kunnen we op deze manier in type I en II vezels afzonderlijk deze
aanmaak in kaart brengen.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Studie A: inname van een eiwithydrolysaat versus intact eiwit Studie B: krachttraining versus rust Studie C: krachttraining
Inschatting van belasting en risico
Aan dit onderzoek zijn weinig risico*s verbonden. Het inbrengen van het
venflon/slangetje in een bloedvat in de arm en op de hand kan een plaatselijke
*blauwe plek* tot gevolg hebben. Dit geldt eveneens voor een mogelijk hematoom
(blauwe plek) ter plaatse van het biopt. Het gemaakte sneetje in de huid worden
verbonden en zal binnen 2 dagen geheel dicht zijn. Mogelijk hebt u later op de
dag van de test een beetje een dof gevoel in uw been na het uitwerken van de
verdoving. De spierbiopten zullen worden afgenomen door een ervaren arts. Het
gelabelde aminozuur dat gedurende dit experiment wordt toegediend is niet
radioactief en heeft geen enkel risico voor de gezondheid. De hersteldrank is
een normaal voedingsmiddel, dus ongevaarlijk.
Screening 3 h
1RM test 0.5h (studie B en C)
Bezoek Universiteit 8 (studie B en C)-16h (studie A)
Voor studie A zullen proefpersonen de universiteit 19 uur bezoeken. In studie B
en C is de studiebelasting voor de proefpersoon 11.5 uur.
Publiek
Postbus 616
6200 MD Maastricht
Nederland
Wetenschappelijk
Postbus 616
6200 MD Maastricht
Nederland
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
BMI < 30, man, normoglycemisch
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
BMI > 30, diabetes, andere bekende aandoening, regulier trainingsarbeid
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL14378.068.06 |