Aantonen dat er een significant verschil zit in beleving tussen beide repositietechnieken voor arts (moeilijkheid) en patiënt (pijn, duur, tevredenheid) waarbij verwacht wordt dat de methode volgens Caldwell beter beoordeeld wordt dan de techniek…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Breuken
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
VAS tevredenheidmaten arts en patiënt
Secundaire uitkomstmaten
radiologische en klinisch functionele outcome na 3 maanden
percentage rereposities of conversies naar operatieve interventie
complicatie-incidentie
Achtergrond van het onderzoek
Jongeren ondervinden distale radiusfracturen vaak door significant lokaal
trauma, de ouderen, in het bijzonder vrouwen, door postmenopauzaal osteoporose.
Het lifetime risico om een distale radiusfractuur mee te maken wordt geschat op
15% bij vrouwen en 2% bij mannen.
Inmiddels zijn vele verschillende methoden beschreven van behandeling van deze
fractuur. Zowel conservatief met gips of andere typen spalken als operatief
door middel van K-draad fixatie volgens Kapandji of fixateur externe, open
repositie met interne plaatschroeffixatie en het gebruik van botmateriaal om
het metaphyseale deffect op te vullen.
Ook binnen de conservatieve therapie is er veel onderzoek gedaan naar methoden
voor anaesthesie, repositie en type fixatie. Binnen de anaesthesie zijn er geen
duidelijke voorkeurstechnieken gevonden door de Cochrane Collaboration. Er is
geen duidelijk beste manier van fixatie gevonden.
Er is slechts één vergelijkend onderzoek gedaan dat de techniek volgens
Charnley (repositie door tractie met een eerst dorsale dan ventrale beweging
van het distale fractuurdeel om het te onthaken, de traditionele methode)
vergeleek met de techniek volgens Caldwell (tractie in Chinese vingers,
repositie door dorsale druk). Na 5 weken vonden zij een succespercentage van
27% in de Caldwell-groep (30/112) en 32% in de Charnley-groep (36/113).
Earnshaw 2002.
Doel van het onderzoek
Aantonen dat er een significant verschil zit in beleving tussen beide
repositietechnieken voor arts (moeilijkheid) en patiënt (pijn, duur,
tevredenheid) waarbij verwacht wordt dat de methode volgens Caldwell beter
beoordeeld wordt dan de techniek volgens Charnley MITS beide technieken
gelijkwaardig zijn in radiologische en klinisch functionele outcome na 3
maanden.
Onderzoeksopzet
Eenzijdig geblindeerd (onderzoeker) 'randomised controlled trial'.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Repositie volgens Charnley (tractie en repositie met onthaken) en Caldwell (tractie in Chinese vingers met dorsaaldruk)
Inschatting van belasting en risico
follow-up is volgens het reguliere traject. Eenmalig wordt een EXTRA controle
gedaan om de functionele outcome na 3maanden te beoordelen.
Publiek
Marialaan 316
6541RR Nijmegen
Nederland
Wetenschappelijk
Marialaan 316
6541RR Nijmegen
Nederland
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Alle patiënten die zich melden op de SEH van het Rijnstate ziekenhuis, Arnhem, met een nieuw gediagnosticeerde gesloten Colles* fractuur (distale radiusfractuur binnen 2cm van radiocarpale gewricht met dorsoradiale dislocatie, AO type 23.A2 en 23.A3 (extra-articulair) en 23.C1 en 23.C2 (intra-articulair))
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Pt<16jr (en dus de greenstick-fracturen)
- Bijkomende fractuur van de carpalia/elleboog
- Pt die niet gereponeerd hoeft te worden
- Pt met pre-existent polsletsel danwel pathologisch bot (cyste, metastase)
- Pt die geen informed consent kan geven
- Pt met billaterale polsbreuk
- (open Colles* fracturen)
- (Smith, Barthon, reversed Barthon of Chauffeurs fracture)
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
| Register | ID |
|---|---|
| CCMO | NL17497.091.07 |