Deze studie wordt geïnitieerd om de klinische uitkomst te vergelijken tussen mensen met een cervicale myelopathie tengevolge van een cervicale wervelkanaal stenose die behandeld wordt óf met laminectomie óf met een laminectomie en dorsale fusie.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Ruggenmerg- en zenuwwortelaandoeningen
- Therapeutische verrichtingen en ondersteunende zorg NEG
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Klinisch uitkomst na 1 jaar gemeten aan de modified JOA Score
Secundaire uitkomstmaten
1) de kwaliteit van leven gemeten aan de SF-36
2) complicaties
3) kosten effectiviteit
Achtergrond van het onderzoek
Cervicale spondylosis is een progressieve degeneratieve aandoening van de
wervelkolom. Als mensen ouder worden neemt de prevalentie van cervicale
spondylosis toe. Het is een natuurlijk proces inherent aan het verouderen.
Cervicale spondylosis is aanwezig in 10% van deindividuen in de leeftijd van 25
jaar, en in 95% van de personen van 65 jaar oud[1]. Tengevolge van dit
degeneratieve proces ontstaat reductie van hoogte van de tussenwervelschijven,
formatie van spondylophyten en soms instabiliteit. Dit kan tot een vernauwing
van het cervicale spinale kanaal kunnen leiden.
In de meeste gevallen zal dit niet tot symptomen leiden. In sommige personen
leidt de vernauwing van het wervelkanaal tot een compressie van het ruggenmerg.
Het is belangrijk te beseffen dat niet alleen statische maar ook dynamische
factoren leiden tot neurologische symptomen. Normaal zal het ruggenmerg tijdens
flexie en extensie bewegen. Ventrale osteophyten in het wervelkanaal voorkomen
een verticale beweging van het ruggenmerg[1]. Dit kan bijdragen aan ontstaan
ven een cervicale myelopathie.
Patiënten kunnen zich presenteren met een verscheidenheid aan symptomen en
afwijkingen bij neurologisch onderzoek. Onhandigheid, tintelingen in de handen,
loopstoornissen en problemen met de mictie zouden kunnen optreden.
Loopstoornissen, zwakte van de benen of stijfheid van de benen zijn de meest
voorkomende en bekende problemen[1,2]. Het natuurlijke beloop van de cervicale
myelopathie is veranderlijk. Patiënten die milde tot matige symptomen hebben
zullen in de regel niet spontaan verbeteren. Conservatieve behandeling wordt
meestal toegepast om de een evnetuele begeleidende nekpijn of armpijn te
behandelen [3,4]. Patiënten met tekenen van myelopathie hebben de meeste baat
bij een chirurgische behandeling[2,4,5].
Chirurgische benaderingen voor cervicale myelopathy tengevolge van cervicale
spondylosis kunnen vanuit anterior, posterior of een combinatie van beiden
zijn. De laatste optie is voor correctie van deformiteiten gereserveerd. In de
meeste gevallen is de cervicale wervelkolom lordotisch of geringe kyphotisch.
De keuze voor een benadering is afhankelijk van de plaats van compressie, de
vorm van de cervicale wervelkolom in het sagittale vlak en voor een klein deel
de voorkeur van de chirurg. Dorsale benaderingen zijn laminectomie of
laminoplasty. Een verschil in klinisch resultaat is nooit aangetoond. De
preventie van de post - laminectomy kyphose is een argument voor een
laminoplasty. Indien een na een laminectomie een dorsale fusie verricht wordt ,
is de kans op de ontwikkeling van een kyphose bijna nul.
Het moet gememoreerd worden dat spondylotische processen ook verminderde
beweging van de wervelkolom . Dit is een een natuurlijke beloop bij
veroudering[1].
Heden worden bij een dorsale fusie massa lateralis schroeven en cervicale
pedikel schroeven gebruikt. Dit is betrekkelijk veilig met een minimale
complicatie ratio. Vervolgens voegt deze techniek in ervaren handen geen
wezenlijke tijd aan duur van de operatie toe [4].
Ofschoon beide technieken al langer bekend zijn (zeker de laminectomie) heeft
nooit een vergelijkende studie plaatsgevonden.
References
1. Shedid D, Benzel EC: Cervical spondylosis anatomy: pathophysiology
and biomechanics. Neurosurgery 2007, 60 S: S1-7-S1-13.
2. Baron EM, Young WF: Cervical spondylotic myelopathy: a brief review
of its pathophysiology, clinicical course, and diagnosis. Neurosurgery 2007,
60S: S35-S41.
3. Mazanec D, Reddy A: Medical management of cervical spondylosis.
Neurosurgery 2007, 60S: S43-S59.
4. Wiggins GC, Shaffrey CI: Dorsal surgery for myelopathy and
myeloradiculopathy. Neurosurgery 2007, 60S: S71-S81.
5. LaRocca H: Cervical spondylotic myelopathy: natural history. Spine
1988, 13: 854-855.
6. Benzel EC, Lancon J, Kesterson L, Hadden T: Cervical laminectomy
and dentate ligament section for cervical spondylotic myelopathy. J Spinal
Disord 1991, 4: 286-295.
7. Cheung WY, Arvinte D, Wong YW, Luk KD, Cheung KM: Neurological
recovery after surgical decompression in patients with cervical spondylotic
myelopathy - a prospective study. Int Orthop 2007, Jan 19: epub.
8. Ware J, Sherbourne D: The MOS 36 - item short-form health survey.
Med Care 1992, 30: 473-483.
Doel van het onderzoek
Deze studie wordt geïnitieerd om de klinische uitkomst te vergelijken tussen
mensen met een cervicale myelopathie tengevolge van een cervicale wervelkanaal
stenose die behandeld wordt óf met laminectomie óf met een laminectomie en
dorsale fusie.
Onderzoeksopzet
Niet geblindeerd, multi-center, gerandomiseerd
Onderzoeksproduct en/of interventie
Cervicale laminectomie of cervicale laminectomie en dorsale geïnstrumenteerde fusie
Inschatting van belasting en risico
Belasting en risisco zijn niet veranderd door deelname aan het onderzoek met
uitzondering van het invullen van een SF 36 lijst. Voor het overige is dit
gelijk aan de normale situatie. Door deelname aan het onderzoek lopen
pati"enten niet extra risico.
Publiek
R.Postlaan 4
6500 HB Nijmegen
NL
Wetenschappelijk
R.Postlaan 4
6500 HB Nijmegen
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
ouder 60 jaar
cervicale stenose
verschijnselen tgv stenose
lordose in de cervicale wervelkolom
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
eerdere chirurgie vanwege myelopathie
alleen radiculaire symptomen
onmogelijkheid MRI te ondergaan
levensverwachting korter dan 1 jaar
andere ziekten die interfereren met neurologische symptomen en onderzoek zoals intramedullair glioma, thoracale HNP, MS etc.
Rheumatoide arthritis
Trauma in nek in voorgeschiedenis
Zieketen die revalidatie bemoeilijken zoals bijvoorbeeld ernstige decompensatio cordis
Deelname aan een andere studie
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL16633.091.07 |