Het doel van de studie is om de effecten en kosten te bestuderen van de totale individuele cognitief-gedragstherapeutische behandeling en een van de componenten van deze totale cognitief-gedragstherapeutische behandeling (te weten training in…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Suïcidaal en automutilerend gedrag NEG
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Evenals in de voorgaande studie wordt aan patienten het aantal episodes van
zelfbeschadigend gedrag gedurende de afgelopen drie maanden gevraagd middels
een semi-gestructureerd interview.
Secundaire uitkomstmaten
Verder worden ook dezelfde secundaire uitkomstmaten als in de voorgaande studie
gebruikt (depressie (BDI-II), angst (SCL-90),zelfconcept (RSC-Q), en suicide
cognities (SCS)). Hiernaast wordt op alle metingen bepaald: kwaliteit van
leven, gebruik van medische voorzieningen en productiviteitsverlies (EuroQol,
VAS en TTO). Tenslotte worden problemen met emotieregulatie voor en na
behandeling vastgesteld (AMT en DERS).
Achtergrond van het onderzoek
De afgelopen jaren is er sprake van een duidelijke toename van de prevalentie
van zelfbeschadigend gedrag bij jongeren. Zelfbeschadigend gedrag verwijst naar
uiteenlopende vormen van zelfbeschadigend gedrag met of zonder suicidale
intentie. Vroege identificatie en behandeling van personen met zelfbeschadigend
gedrag is belangrijk omdat iedere episode van zelfbeschadigend gedrag het
risico op toekomstige episodes en uiteindelijk suicide doet toenemen. Er zijn
verschillende veelomvattende behandelingsprogramma's voor zelfbeschadigend
gedrag ontwikkeld en deze zijn aantoonbaar effectief gebleken in het doen
afnemen van zelfbeschadigend gedrag bij volwassenen. Met name de verandering
van dysfunctionele emotie regulatiestrategieen lijkt van belang in het
voorkomen van toekomstige episodes van zelfbeschadigend gedrag. De eerste korte
termijn resultaten van een Nederlandse kortdurende en gestructureerde
individuele cognitief-gedragstherapeutische benhandeling voor zelfbeschadigend
gedrag (ZonMw project Programma preventie/innovatie projectnr. 21000068) liet
ook positieve effecten zien ten aanzien van de herhaling van zelfbeschadigend
gedrag en hiermee verbonden problemen in adolescenten en jongvolwassenen.
Doel van het onderzoek
Het doel van de studie is om de effecten en kosten te bestuderen van de totale
individuele cognitief-gedragstherapeutische behandeling en een van de
componenten van deze totale cognitief-gedragstherapeutische behandeling (te
weten training in aandachtsconcentratie) in groepsverband in vergelijking met
behandeling zoals gewoonlijk op de korte en lange termijn.
Onderzoeksopzet
De studie is een multi-center gerandomiseerde gecontroleerde studie met
herhaalde metingen op baseline (M0), nameting (M6), en follow-up (M12 en M18).
Onderzoeksproduct en/of interventie
Participanten worden at random toegewezen aan op aandachtsconcentratie gebaseerde cognitieve therapie, cognitieve-gedragstherapie of behandeling zoals gebruikelijk. De cognitieve-gedragstherapie bestaat uit 12 wekelijkse individuele zittingen vooral gericht op emotie regulatie vaardigheden, cognitieve herstructurering, en gedragsoefeningen. De aandachtsconcentratie training bestaat uit 8 2-uur durende groepsbijeenkomsten in een tijdsperiode van drie maanden gevolgd door 2 follow-up bijeenkomsten eens per maand.
Inschatting van belasting en risico
In de vorige vergelijkbare studie bleek dat van de ongeveer 80 personen met
zelfbeschadigend gedrag die ieder jaar naar de beide participerende centra
worden doorverwezen, ongeveer 50% te traceren valt, voldoet aan de
inclusiecriteria en bereid is tot deelname aan de studie. Het volgen van de
twee additionele behandelingen (aandachtsconcentratietraining (20 uur
behandeling) en cognitieve-gedragstherapie (12 uur behandeling)) brengt geen
speciale risico's met zich mee. Deelnemende patienten worden onderzocht middels
zelfrapportage vragenlijsten en semi-gestructureerde interviews op vier
meetmomenten gedurende een periode van 18 maanden (totale testtijd 6-8 uur). In
een vorige studie waarin gebruik werd gemaakt van een vergelijkbare
meetmethode, bleek deze frequentie en intensiteit van metingen goed uitvoerbaar.
Suiciderisico en crises van de deelnemers worden geevalueerd door de
hoofdbehandelaar. Wanneer onderzoeksassistenten tijdens de metingen een serieus
risico op suicide vaststellen nemen ze na overleg met de betrokken deelnemer
direct contact op met de hoofdbehandelaar. Waneer er geen hoofdbehandelaar is
(zoals kan voorkomen in de conditie van behandeling zoals gebruikelijk) wordt
de betrokken deelnemer direct doorverwezen naar de afdeling eerste hulp van het
ziekenhuis of de geestelijke gezondheidzorg instelling voor een psychiatrisch
consult en crisis interventie.
Publiek
P.O. Box 9555
2300 RB Leiden
NL
Wetenschappelijk
P.O. Box 9555
2300 RB Leiden
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Adolescenten en jong volwassenen van 15-35 jaar die recentelijk zelfbeschadigend gedrag vertoonden ongeacht de intentie ervan (zoals proberen zichzelf te verwonden of van het leven te beroven) worden geincludeerd na verwijzing naar het Leids Universitair Medisch Centrum, Rivierduinen of het Universitair Medisch Centrum St. Radboud in aansluiting op hun zelfbeschadigend gedrag
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Personen die (a) ernstige psychiatrische stoornissen rapporteren die intensieve klinische behandeling vragen (zoals schizofrenie of problemen met alcohol en drugs); (b) onvoldoende de Nederlandse taal beheersen; (c) ernstige cognitieve beperkingen vertonen, of (d) buiten de Leidse of Nijmeegse regio wonen, worden geexcludeerd
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL18117.058.07 |