Het gebruik van fMRI in de beeldvorming van de centrale regulatie van de mictie in gezonde mannen en vrouwen.

Overactieve blaas wordt gekenmerkt door frequente aandrang, frequente mictie en
aandrang-inconinentie. Een relatief nieuwe behandeling is om Botuline toxine A
te injecteren in de blaaswand. Dit blijkt bij 70-80% van de patiënten de
klachten te verminderen. Tot op heden zijn de precieze werkingsmechanismen
onduidelijk. Een van de theorieën is dat Botuline toxine A invloed heeft op de
afferente baan van het mictie innervatie systeem.
Het mictieproces wordt geïnnerveerd in de hersenstam. Het pontiene
mictiecentrum (PMC) zorgt voor activatie van parasympathische motoneuronen in
het sacrale ruggemerg. Deze motoneuronen initiëren detrusorcontractie door
acetylcholine uit te scheiden in de synapsspleet.
De afferente baan van het mictie controle systeem bestaat uit Aδ-vezels die
reageren op rek van de blaas. Daardoor wordt het periaqueductaal grijs (PAG) in
de hersenstam continu geïnformeerd over de blaasinhoud. Er zijn verbindingen
tussen verschillende hersenstructuren die onderdeel uitmaken van het limbisch
systeem en het PMC. Waarschijnlijk heeft het emotionele systeem een remmende
invloed op het mictieproces, waardoor het mictie circuit onderdrukt wordt door
het emotionele systeem totdat er een goede gelegenheid is voor mictie.
Er zijn twee theorieën betreffende de oorzaak van de overactieve blaas. De
eerste berust op toegenomen gevoeligheid van afferente perifere vezels; de
tweede op laesies in het centrale controle systeem. Doordat het signaal van
blaasvulling niet meer geremd wordt door het limbisch systeem, onstaat er een
constante mictieaandrang en dus een overactieve blaas.

Het uiteindelijke doel is vast te stellen welke effecten botuline toxine
injecties in de blaas hebben op de overactieve blaas.
Het doel van dit deelonderzoek is te bepalen welke hersengebieden geactiveerd
worden tijdens het vullen van de blaas en tijdens mictie.

Dit is een prospectieve studie waarbij gezonde vrijwillgers een reeks fMRI
scans ondergaan met lege en geleidelijk retrograad gevulde blaas en tijdens
mictie.

Het onderzoek wordt uitgevoerd bij gezonde proefpersonen die een transurethrale
catheterisatie en blaasvulling zullen ondergaan. Hierna bestaat een klein
risico op een urineweg infectie. Mits er rekening gehouden wordt met de
contra-indicaties, heeft de MRI-scan geen risico.