Screening van HIV-geïnfecteerde mannen die seks hebben met mannen (MSM) op anale intra-epitheliale neoplasie (AIN) door anuscytologie, anoscopie en testen op humaan papillomavirus (HPV)

De incidentie van anuscarcinoom onder mannen die seks hebben met mannen (MSM)
is 35 per 100.000 mannen. Deze incidentie is vergelijkbaar met de incidentie
van cervixcarcinoom voor de introductie van routinematige screening middels
cervixuitstrijken. Onder HIV-geïnfecteerde MSM is het risico op anuscarcinoom
nog eens tweemaal zo hoog. Anuscarcinoom wordt veroorzaakt door persisterende
infecties met hoog-risico types van het humaan papillomavirus (HPV). Doordat
anuscarcinoom zich, net als het cervixcarcinoom, ontwikkelt via verschillende
voorstadia is het een geschikt ziektebeeld voor screening. Er zijn op het
moment geen nationale of internationale richtlijnen voorhanden wat screening op
anuscarcinoom betreft.

Het bepalen van de prevalentie van anale intra-epitheliale neoplasie (AIN)
middels anuscytologie en -histologie en de bruikbaarheid van anuscytologie en
HPV-diagnostiek bij de screening op anuscarcinoom bij HIV-geïnfecteerde MSM.

Prospectieve, follow-up cohort studie met een totale duur van 3 jaar.

De patiënten wordt na inclusie gevraagd een geanonimiseerde vragenlijst in te
vullen. Verder dient de patiënt na inclusie en twee jaar na inclusie zelf een
anusuitstrijk af te nemen volgens een schriftelijke instructie en een portie
urine op te vangen. Op dezelfde tijdstippen wordt een afspraak gemaakt voor een
anoscopie. Indien een patiënt anoscopie weigert, wordt met patiënt afgesproken
dat dit onderzoek alsnog verricht dient te worden indien de anuscytologie
abnormaal is. Alleen indien afwijkingen worden gezien bij anoscopie wordt een
biopt afgenomen. Als de tweede anuscytologie normaal is, wordt geen afspraak
voor een anoscopie gemaakt.