In deze studie worden twee centrale uitgangspunten van de Sensitisatie-Homeostase Model (SHM) getest. Het eerste basisprincipe is dat de kans op het ontwikkelen van nicotine-afhankelijkheid samenhangt met het vermogen van de stof nicotine om de…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
Synoniemen aandoening
Aandoening
middelengebruik (nicotine)
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Bij elke meting worden gevoelens van craving onder adolescente rokers (of
ex-rokers) in kaart gebracht met behulp van eerder gevalideerde indicatoren
voor latente craving, door stimuli geinduceerde (cue-induced) craving, huidige
craving, en craving die opkomt na een voorspelbaar interval na de laatste
sigaret.
Secundaire uitkomstmaten
Bij elke meting wordt het rookgedrag van ouders en vrienden gemeten.
Achtergrond van het onderzoek
Eenmaal begonnen met roken, kunnen adolscenten snel afhankelijk raken van
nicotine. Van alle symptomen van afhankelijkheid is craving de meest
gerapporteerde en de meest prominente barrière voor het stoppen met roken. Het
onstaan en de ontwikkeling van craving in adolescent beginnende rokers is
nauwelijks onderzocht. In onderzoek naar middelengebruik neemt de aandacht voor
de causale rol van gen-omgeving interacties toe. De specifieke genetische en
omgevingsmechanismen die ten grondslag liggen aan het ontstaan van verlangen
onder beginnende rokers is niet eerder onderzocht.
Doel van het onderzoek
In deze studie worden twee centrale uitgangspunten van de
Sensitisatie-Homeostase Model (SHM) getest. Het eerste basisprincipe is dat de
kans op het ontwikkelen van nicotine-afhankelijkheid samenhangt met het
vermogen van de stof nicotine om de zenuwbanen verantwoordelijk voor het
ontstaan van craving te stimuleren. Met name de activiteit in de dopaminerge
systeem lijkt geassocieerd te zijn met beginnende craving. Variaties in de
dopamine-gerelateerde genen kunnen leiden tot verschillen in de dopaminerge
werking in de hersenen, hetgeen resulteert in inter-individuele verschillen in
craving. Het tweede basisprincipe van de SHM is dat omgevingsstimuli, zoals het
zien van mensen die roken, het verlangen naar nicotine doen toenemen. Op basis
van de principes van het SHM, richt de huidige studie zich op het
verduidelijken van de interactie tussen genetische invloeden en
omgevingsinvloeden op het ontstaan en de progressie van craving onder
adolescente beginnende rokers.
Onderzoeksopzet
De studie heeft een longitudinaal design met zes metingen over twee jaar tijd.
Met behulp van vragenlijsten wordt informatie over het rookgedrag van jongeren
verzameld, alsmede informatie over de blootstelling aan rookstimuli in het
dagelijks leven, zoals rokende ouders en vrienden. Bij de eerste meting zal
informatie over genetisch materiaal worden verzameld door middel van speeksel.
Tijdens elke meting zal aan (ex-)rokers gevraagd worden naar de ervaren
gevoelens van craving.
Inschatting van belasting en risico
Omdat proefpersonen geen invasieve ingreep ondergaan maar hen gevraagd wordt
vragenlijsten in te vullen en ten tijde van het invullen van de eerste
vragenlijst speeksel in te leveren is er geen sprake van risico en slechts een
heel geringe belasting.
Publiek
Montessorilaan 3
6525 HR Nijmegen
NL
Wetenschappelijk
Montessorilaan 3
6525 HR Nijmegen
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Adolescenten in de eerste klas van de middelbare school
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Geen basisschool kinderen en middelbare scholieren die in hogere klassen dan de eerste klas zitten
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL27940.097.09 |