Het doel van deze studie is de systematische beschrijving van het bestaan en de karakteristieken van intrusies en deze te relateren aan individuele variabelen.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Angststoornissen en -symptomen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Aantal en karakteristieken van drie typen intrusies (intrusies die
oorlogservaringen van de ouders reflecteren, intrusies als gevolg van de
oorlogsgerelateerde opvoeding, en intrusies aan andere persoonlijk meegemaakte
traumatische gebeurtenissen) en deze worden gerelateerd aan diverse individuele
variabelen.
Secundaire uitkomstmaten
nvt
Achtergrond van het onderzoek
De meeste recente experimentele studies naar traumatische intrusieve beelden
focussen op factoren die een rol spelen op het moment van of in de directe
nasleep van een traumatische gebeurtenis. Echter, sommige studies hebben
gevonden dat intrusies soms niet accuraat de ervaren gebeurtenis reflectern,
maar zogenoemde "worse-case" scenario's bevatten, een overdreven versie van wat
er echt gebeurde. Daarnaast, worden intrusies niet alleen gerapporteerd door
mensen die direct een traumatische gebeurtenis ervaren hebben of getuige ervan
waren. Ook mensen die meer indirect geconfronteerd worden met traumatische
gebeurtenissen, rapporteren intrusieve beelden. De rapportage van inaccurate
intrusies en intrusies bij mensen die niet direct getuige waren van een
traumatische gebeurtenis maar daar indirect informatie over verkregen (bv. door
verhalen van anderen), benadrukken het belang van onderzoek naar andere
factoren dan factoren die op het moment van het opslaan van de gebeurtenis
afspelen, om de posttraumatische klacht van intrusies te verklaren.
Recent werd een model voorgestel door Rubin, Berntsen en Bohni (2008a), het
zogenoemde Mnemonic model. In hun visie, is het het geheugen aan de
traumatische gebeurtenis, en nog de gebeurtenis zelf die voor posttraumatische
klachten zorgt. Van belang is: deze herinnering staat niet vast, maar verandert
over tijd als gevolg van factoren die alle herinneringen in all mensen
kenmerken, zoals factoren die gerelateerd zijn aan individuele verschillen.
Deze factoren resulteren in herinneringen die niet (altijd) de ervaren
gebeurtenis op een accurate manier reflecteren. Daarnaast, aangezien indirect
ervaren gebeurtenissen ook worden opgeslagen in het geheugen, verwachten wij
dat deze ervaringen ook kunnen resulteren in intrusieve beelden, vergelijkbaar
in detail, frequentie en ernst in vergelijking met intrusies als gevolg van
direct meegemaakte traumatische gebeurtenissen. Deze meer indirecte
(secundaire) intrusies worden niet verwacht op basis van modellen die de rol
van de traumatische gebeurtenis benadrukken, omdat de verwerking van de
gebeurtenis niet plaats kan vinden als iemand niet aanwezig bij de traumatische
gebeurtenis. Om de stellingen van de Mnemonic model te evalueren, is het
belangrijk dat groepen patiënten worden onderzocht die posttraumatische stress
klachten rapporteren, inclusief intrusies, maar die niet aan de volledige
diagnostische criteria voldoen van een trauma. Er wordt onderscheid gemaakt
tussen drie typen intrusies, namelijk intrusies die de oorlogservaringen van de
ouders reflecteren, intrusies als gevolg van de oorlogsgerelateerde opvoeding,
en intrusies aan andere persoonlijk meegemaakte traumatische gebeurtenissen.
Doel van het onderzoek
Het doel van deze studie is de systematische beschrijving van het bestaan en de
karakteristieken van intrusies en deze te relateren aan individuele variabelen.
Onderzoeksopzet
Combinatie van quasi-experimenteel en correlationeel design
Inschatting van belasting en risico
Patiënten vullen 9 vragenlijsten thuis in op 1 moment. Duur van het invullen is
ongeveer 1,5 a 2 uur.
Publiek
Grote Kruisstraat 2/1
9712 TS Groningen
NL
Wetenschappelijk
Grote Kruisstraat 2/1
9712 TS Groningen
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- deelnemers moeten nageslacht zijn van eerste generatie Tweede Wereld Oorlogsgetroffenen
- tenminste één van de biologische ouders hebben in een kamp gezeten in Nederlands-Indië of een vergelijkbare situatie
- deelnemers moeten na de Tweede Wereld Oorlog zijn geboren (na 15 augustus 1945), dus een leeftijd tussen de 40 en 65 jaar oud.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
schizofrenie of psychotische stoornis, alcohol of drugsmisbruik
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL28589.042.09 |