Het primaire doel is om, op de lange termijn, de functionele en radiologische uitkomst te bepalen van de patiënten, die een cervicale laminectomie hebben ondergaan vanwege klachten passend bij een cervicale spondylogene myelopathie. Secundaire…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Ruggenmerg- en zenuwwortelaandoeningen
- Zenuwstelsel, schedel en wervelkolom therapeutische verrichtingen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire uitkomstmaat is de functionele status van de patient, die wordt
bepaald door de uitkomst op verschillende gevalideerde functioneringsschalen te
scoren. Voor de gehele patientengroep, dus ook die patienten bij wie follow up
onderzoek niet mogelijk is zal de uitkomstmaat worden gemeten met een
combinatie van de Odom en de Likert schaal.
Voor die patienten bij wie wel follow up mogelijk is zal de uitkomstmaat worden
gemeten met een combinatie van de Odom en de Likert schaal, aangevuld met de
Nurick score, de aangepaste Japanese Orthopedic Association (JOA) score, de
Cooper Myelopathy Scale (CMS), de European Myelopathy Score (EMS) en de
Myelopathy Disability Index (MDI).
Een andere primaire uitkomstmaat is het bestaan van kyphosering die wordt
gemeten door de pre- en de postoperatieve X-CWK met elkaar te vergelijken mbv
de Batzdorf classificatie en de methode van Matsumoto. Niet alleen de
aanwezigheid van een kyphose, maar ook de mate waarin zal worden gescoord.
Secundaire uitkomstmaten
Een secundaire uitkomstmaat is het voorkomen van instabiliteit optredend na een
cervicale laminectomie. Deze zal worden bepaald op functieopnamen van de
cervicale wervelkolom die zullen worden gemaakt bij het follow up bezoek van de
patient. Instabiliteit wordt gemeten door de alignement van de posterieure
zijde van de belendende corpora te evalueren.
Achtergrond van het onderzoek
Degeneratieve veranderingen aan de cervicale wervelkolom geven vaak klinische
verschijnselen, zoals neurologische uitval in wisselende mate van ernst,
doordat deze veranderingen resulteren in compressie van het myelum. In vroeger
jaren werd veelal een expectatief beleid gevoerd. Als decompressie uiteindelijk
noodzakelijk was werd er gekozen voor een posterieure benadering. Vanaf de
jaren tachtig werd steeds vaker gekozen voor de anterieure benadering. Echter
bij een anterieure benadering over meerder niveaus volgt altijd een
spondylodese, wat de mobiliteit van de cervicale wervelkolom vermindert.
Bovendien draagt de patiënt gedurende een aantal maanden een harde halskraag,
wat als hinderlijk wordt ervaren. Ook bestaat het risico op complicaties zoals
dysfagie en dysfonie.
In de praktijk worden nog dteeds goede resultaten bereikt met de posterieure
decompressie van het cervicale myelum. In de moderne literatuur wordt deze
benadering bestempeld als kwalitatief inferieur, omdat het zou leiden tot
kyfosering, instabiliteit en als gevolg daarvan zouden klinische
verschijnselen, passend bij de druk op het cervicale myelum, opnieuw kunnen
voorkomen.
Het is echter onvoldoende aangetoond dat een cervicale laminectomie in een
substantieel aantal gevallen leidt tot kyfosering en bovendien is een relatie
tussen kyfosering en klinische relevante achteruitgang helemaal niet
aangetoond. Daarom is er behoefte aan een studie die deze aspecten onderzoekt.
Doel van het onderzoek
Het primaire doel is om, op de lange termijn, de functionele en radiologische
uitkomst te bepalen van de patiënten, die een cervicale laminectomie hebben
ondergaan vanwege klachten passend bij een cervicale spondylogene myelopathie.
Secundaire doelstelling is om de invloed van een aantal risicofactoren op een
tweetal uitkomsten te bestuderen.
Bestaan er specifieke factoren, die predisponeren voor het optreden van
achteruitgang in functionele uitkomst en voor het optreden van kyfosering na
het ondergaan van een cervicale laminectomie?
Onderzoeksopzet
Een retrospectief statusonderzoek over de jaren 1994 tot en met 2005.
Een follow-up evaluatie (zowel anamnestisch als radiologisch) van de huidige
situatie van die patiënten die in deze jaren een cervicale laminectomie
ondergingen.
Inschatting van belasting en risico
De patiënt zal éénmalig naar het ziekenhuis komen voor het invullen van de
vragenlijsten, diezelfde dag worden er 3 wervelkolomfoto's gemaakt.
Publiek
Albinusdreef 2
2333 ZA Leiden
Nederland
Wetenschappelijk
Albinusdreef 2
2333 ZA Leiden
Nederland
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
cervicale laminectomie ondergaan in de periode 1994-2005
klinische symptomen passend bij een cervicale spondylogene myelopathie
toestemmingsverklaring.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Geen pre-operatieve MRI en x-CWK
heeft een additionele operatie ondergaan aan de cervicale wervelkolom
geen post-operatieve follow-up in de status.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL27566.058.09 |