De ontwikkeling van delinquentie tijdens de adolescentie: Sociale en biologische invloeden

De ontwikkeling van deliqneuntie is het gevolg van een persoonlijke
kwetsbaarheid, en de invloed van de sociale en fysieke omgeving. Desondanks
zijn studies die beide aspecten goed onderzoeken zeldzaam. Het voorgestelde
project willen wij een gedetailleerde studie naar de invloed van de sociale
omgeving (volledige gezinnen participeren, de beste vriend is onderdeel van de
studie, 24 metingen over een 6 jarige period) combineren met een bepaling van
de biologische kwetsbaarheid van de adolescent.

Om als meting van de biologische kwetsbaarheid van adolescenten om delinquent
gedrag te ontwikkelen richten wij ons op drie biologische indicatoren die
onderliggend kunnen zijn aan een problematische gedragsinhibitie: (1) variaties
in serotonerge en dopaminerge systeem receptor genen; (2) problemen in
emotieregulatie (stress-psychofysiology), en (3) neurocognitieve vaardigheden

Het centrale doel van de laboratorium meting is om inzicht te krijgen in de
mate waarin kinderen gedrag kunnen inhiberen.

Specifiek zal worden gekeken naar:
- een bepaling van de neurocognitieve vaardigheden van kinderen
(werkgeheugentaak, gedragsinhibitietaak)
- een bepaling van de reactiviteit van het autonome zenuwstelsel en de HPA as
op stress
- de identificatie van kinderen met een risico variant van bekende risicogenen
voor gedragsproblemen

Laboratorium meting genest in een longitudinale studie

niet van toepassing