Doel van het onderzoek is om met neuroneconomische paradigma*s de mogelijke onderliggende mechanismen van abnormale sociale cognitie in paranoïde wanen te achterhalen en te onderzoeken. Het onderzoek wordt uitgevoerd in mensen met niet-affectieve…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Schizofrenie en andere psychotische stoornissen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Indices op basis van de trust game:
1) vertrouwen
2) wederkerigheid
3) de invloed van contextuele informatie daarop
Secundaire uitkomstmaten
1) sensatie behoefte
2) need for closure
3) neurocognitie
Achtergrond van het onderzoek
Psychose is een stoornis die zich voornamelijk manifesteert in sociale
interacties. Dit blijkt vooral duidelijk in een van de hoofdsymptomen,
paranoïde wanen. Kenmerkend voor paranoïde wanen is een fundamenteel gebrek aan
vertrouwen. Binnen de neurocognitive benadering van psychose wordt desondanks
weinig aandacht besteed aan de sociale kwaliteit van psychotische symptomen.
Deze benadering kan dan ook geen verklaring bieden voor de onderliggende
sociaal cognitieve mechanismen van symptoom formatie. Recente studies hebben
wel getracht de sociaal cognitieve mechanismen van psychotische symptomen op te
helderen. Maar dit onderzoek heeft het interactieve karakter van de sociale
processen niet in beschouwing genomen. Tot nu toe waren er weinig experimentele
paradigma*s in staat om sociale interactie te operationaliseren. Dit is
veranderd met de ontwikkeling van *neuroneconomics*, ofwel de fusie van de
gedragseconomie en speltheorie. Deze nieuwe onderzoeksrichting heeft daarom
veel potentie in het verklaren van de sociaal cognitieve mechanismen die ten
grondslag liggen aan psychotische symptomen.
Tot op heden waren veel onderzoeksprojecten over psychotische stoornissen
gericht op hallucinaties. De huidige studie richt zich op paranoïde wanen en de
mogelijke sociaal cognitieve oorzaken daarvan, omdat dit type wanen van groot
klinisch belang zijn en voor significante last zorgen. Er zijn aanwijzingen dat
de mechanismen die tot psychotische symptomen leiden ook opereren op lagere
niveaus van een verondersteld psychosecontinuüm, zoals bij mensen met
subklinische psychotisch ervaringen of eerstegraads familieleden. De huidige
studie zal paranoïde wanen daarom niet alleen op het klinische niveau
onderzoeken, maar ook op subklinisch niveau, waar paranoïde trekken zich vaak
manifesteren als achterdocht, gevoelens van afwijzing en geloof in externe
controle. Onderzoek op verschillende niveaus van het psychose continuüm is niet
alleen vanuit een conceptueel standpunt belangrijk. Het is ook methodologisch
van belang omdat onderzoek in gezonde mensen met subklinische trekken van
paranoïdie niet beinvloed wordt door mogelijke storende effecten van
antipsychotische medicatie.
Doel van het onderzoek
Doel van het onderzoek is om met neuroneconomische paradigma*s de mogelijke
onderliggende mechanismen van abnormale sociale cognitie in paranoïde wanen te
achterhalen en te onderzoeken. Het onderzoek wordt uitgevoerd in mensen met
niet-affectieve psychose, eerstegraads familieleden van deze mensen (broers of
zussen), mensen uit de algemene bevolking met subklinische trekken van paranoia
en controle personen. Door deze vier groepen in het onderzoek te includeren
kunnen abnormale cognitieve mechanismen en de relatieve impact van deze
mechanismen op de formatie van paranoïde wanen over het psychose continuüm heen
onderzocht worden.
Onderzoeksopzet
Het eerste gedeelte van de studie is quasi experimenteel. De proefpersonen
spelen een economisch transferspel waarbij zij moeten beslissen of en hoeveel
geld zij in hun spelpartner willen investeren. Speler A krijgt aan het begin
van het spel 10 euro in handen en mag beginnen. Speler A heeft de keuze speler
B tussen de 1 en 10 euro te geven. Gedeeld geld dat door speler A aan B gegeven
wordt, wordt met 3 vermenigvuldigd. Speler B moet dan beslissen of en hoeveel
geld hij aan A terug geeft. Speler B heeft de grootste winst als hij niet
coöperatief speelt. Voor het delen van geld is dus vertrouwen nodig. Om voor de
hand liggende redenen wordt dit spel dan ook het *vertrouwensspel* genoemd.
Door de vier experimentele groepen (onafhankelijke variabele) met betrekking
tot hun investeringen, hun reciprociteit en hun sensitiviteit voor contextuele
informatie (d.w.z. a priori informatie over het gedrag van partner B) met
elkaar te vergelijken zal achterhaald worden of abnormale sensitiviteit voor
motivationele aspecten van sociale interacties (oftewel sociale beloning) een
van de onderliggende mechanismen van het gebrek aan vertrouwen in paranoïde
wanen is.
Inschatting van belasting en risico
Uitgebreide onderzoekservaring met soms uitgebreide cognitieve protocollen bij
patiënten met een psychotische stoornis laat zien dat het risico bij dit type
onderzoek gering is.
Publiek
Vijverdalseweg 1
6226 NB Maastricht
Nederland
Wetenschappelijk
Vijverdalseweg 1
6226 NB Maastricht
Nederland
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1) non-affectieve psychose met een ziektebegin niet langer dan 10 geleden voor groep 1. Voor alle deelnemers 2) leeftijd tussen 18-50, 3) goede Nederlandse taalvaardigheden 4) geen intellectuele handicap (IQ > 80), 5) in staat om geïnformeerde toestemming te teken (wilsbekwaam zijn) en toestemming tot de deelname aan het onderzoek geven.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1) gebruik van psychotropische medicatie (behalve voor patiënten), Voor groep 1-4 2) verslaving (drugs, alcohol), 3) aandoening v.d. hersenen. Voor deelnemers in groepen 2-4 4) ooit een diagnose v. psychose. Voor deelnemers in groep 3 en 4 5) familieleden met psychose.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL25216.068.08 |