Is bij een SEH patiënt intraossaal afgenomen bloed vergelijkbaar met veneus bloed voor een routine klinisch chemische en hematologische bepalingen.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
Synoniemen aandoening
Aandoening
hemodynamisch instabiele patiënten op de SEH
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Zijn uitslagen van laboratoriumbepaling (i.e. natrium, kalium,
magnesium,calcium, glucose,lactaat,albumine,kreatinine,ureum,alkalische
fosfatase,γ-GT,LD,ALAT,ASAT,CK,TnT, klein bloedbeeld, PT en APTT) uitgevoerd op
beenmergmateriaal en perifieer veneus bloed kwantitatief vergelijkbaar.
Secundaire uitkomstmaten
Is de preanalytische kwaliteit van het beenmergmateriaal van voldoende
kwaliteit voor analyse. Kwaliteit wordt bekeken aan de hand van de parameters
hemolyse, lipemie, en de aanwezigheid van botfragmentjes. Het eindpunt is het
aantal afgewezen monsters.
Aantal en aard van de complicaties die te herleiden zijn aan het gebruik van de
botnaald in vergelijking tot complicaties bij een veneuze lijn.
Achtergrond van het onderzoek
Als op de spoed eisende hulp (SEH) niet of zeer moeilijk een intravasculaire
toegang voor de infusie van vloeistoffen en medicatie verkregen kan worden zal
een intraossale canule (i.e. botnaald) gebruikt worden. Een botnaald wordt
steeds vaker gebruikt en wordt in deze situaties als *standard of care* gezien.
Op het moment dat uit de botnaald materiaal voor laboratoriumonderzoek
afgenomen kan worden, zou dit voor de behandeling van de patiënt van grote
meerwaarde zijn. Een behandeling kan dan specifieker en/of sneller ingezet
worden. Het gebruik van intraossaal afgenomen bloed voor laboratorium bepaling
staat echter ter discussie. Momenteel zijn er geen betrouwbare studies, die
uitsluitsel kunnen geven over het gebruik van intraossaal bloed voor
laboratorium bepalingen bij patiënten op de SEH.
Doel van het onderzoek
Is bij een SEH patiënt intraossaal afgenomen bloed vergelijkbaar met veneus
bloed voor een routine klinisch chemische en hematologische bepalingen.
Onderzoeksopzet
Het gaat om een niet-therapeutische, beschrijvende prospectieve studie.
Volwassenen op de SEH in een semi(acute) situatie, waarbij twee vasculaire
toegangswegen noodzakelijk zijn zullen worden geïncludeerd. Alle deelnemers
zullen een botnaald (proximaal deel van de mediale tibia) en een perifere lijn
krijgen. Routine klinisch chemische en hematologische worden bepaald. De
primaire vraagstelling is de kwantitatieve vergelijkbaarheid van deze
laboratoriumbepalingen tussen bloed afgenomen uit een botnaald en een perifere
lijn. De secundaire vraagstelling is een kwalitatieve vergelijking van het
afgenomen materiaal.
Inschatting van belasting en risico
In deze studie is de enige afwijking ten opzichte van de standaard procedure
het eerder gebruik maken van een botnaald. Het gebruik van een botnaald wordt
al algemeen toegepast bij die kritische patiënten waar geen of niet snel genoeg
een perifere toegang verkregen kan worden voor de infusie van vloeistoffen. Het
gebruik wordt zelfs aanbevolen in Europese en Amerikaanse richtlijnen. De
onderzoekspopulatie van deze studie is één stap verwijderd om volgens de
huidige manier van werken al standaard een botnaald te krijgen.
Het mogelijke risico dat patiënten in deze studie lopen ligt in het gebruik van
de botnaald. Het plaatsen van een botnaald om toegang te krijgen tot het
perifere vaatbed wordt vaker en vaker toegepast en behoort tot de *standard of
care*. In het bijzonder in de kindergeneeskunde waar het vaker moeilijk is om
een perifere lijn in te brengen biedt het gebruik van een botnaald een snelle
en goede oplossing voor de infusie van vloeistoffen en medicamenten. Het
gebruik wordt algemeen gesproken als veilig geacht. Het verschil met het
gebruik in kinderen is dat de botten van volwassenen verder verbeent zijn en
het beenmerg meer vet bevat. Hierdoor bestaat een geringe kans op het vrijkomen
van bot- en/of vetdeeltjes in de circulatie (vetembolie). Andere mogelijke
complicaties die kunnen optreden zijn; botbreuken of -fissuren door inbrengen
van de naald, ontstekingsreactie van de huid, ontstekingsreacties van het bot
(osteomyelitis) bij langdurig in situ laten van de botnaald, subcutaan lopen
van het infuus, compartimentsyndroom. Uit eerder onderzoek blijkt echter dat
deze complicaties maar zelden voorkomen. De gerapporteerde incidentie varieert
van 0,9% tot 4,8%). Het risico op complicaties bij gebruik van een botnaald
zijn lager dan die van een (diepe) veneuze lijn, waarbij complicaties zoals
infectie, arteriële punctie, pneumothorax en trombose omschreven wordt.
Bovendien is het plaatsen van een (diep) veneuze lijn tijdrovender dan het
plaatsen van een botnaald, 2,3 min versus 9,9 min, en is de kans op slagen bij
een botnaald vele malen hoger. Daarnaast geeft in de acute situatie het níet
plaatsen van de naald een groter risico voor de patiënt, namelijk overlijden
door het niet kunnen toedienen van vocht en/of medicatie. Hiermee wordt het
geringe risico op de genoemde complicaties bij gebruik van een botnaald
gerechtvaardigd. Het inbrengen van een botnaald en een infusie hierdoor wordt
door patiënten soms als pijnlijker ervaren dan een perifeer infuus. Dit kan
simpel bestreden worden door gebruik te maken lidocaïne, waardoor de patiënt
hiervan geen hinder ondervindt. Daarnaast zijn de patiënten uit de
onderzoekspopulatie doorgaans buiten bewustzijn.
Er kan dus gesteld worden dat de patiënten in het onderzoeksprotocol nauwelijks
hinder zullen ondervinden van deelname aan het onderzoek en dat het risico op
complicaties minimaal zijn.
Publiek
postbus 4446
6401CX Heerlen
NL
Wetenschappelijk
postbus 4446
6401CX Heerlen
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Leeftijd: 18-80 jaar
- Hemodynamisch instabiel, waarbij twee vasculaire toegangen noodzakelijk zijn. Bijv.:
o Hoog energetisch trauma
o Shock
o Hartstilstand / reanimatie
o Brandwonden.
o Etc.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Leeftijd: < 18 jaar of > 80 jaar
- Hemodynamisch stabiele patiënten
- Fractuur in de proximale tibia
- (Huid)infectie van de proximale tibia
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL33727.096.10 |