Primair:Het bestuderen van de farmacokinetiek van palonosetron in plasma na toediening met behulp van drie transdermale pleister HP-3020, die verschillen in oppervlakte, gedurende 24 uur in vergelijking met intraveneuze toediening van palonosetron (…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Diverse en niet plaatsgespecificeerde neoplasmata, benigne
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
- Farmacokinetiek
- Veiligheid
Secundaire uitkomstmaten
n.v.t.
Achtergrond van het onderzoek
De onderzoeksmedicatie die wordt toegediend is een bestaand middel,
palonosetron (geregistreerd onder de naam Aloxi®) in een nieuwe toedieningsvorm
(huidpleisters).
Palonosetron wordt toegepast als middel tegen misselijkheid en braken bij
chemotherapie. De werking van palonosetron gaat uit van het blokkeren van
serotonine (5-HT3) receptoren die in verband worden gebracht met de braakreflex
na toediening van chemotherapie.
In dit onderzoek zal een nieuwe toedieningsvorm van palonosetron, in de vorm
van huidpleisters getest worden. De mogelijke voordelen van deze nieuwe
toedieningsvorm via de huid zijn het voorkomen van bijwerkingen in het
maag-darmkanaal, bij orale toediening, en van de klachten die samenhangen met
de toediening per injectie. Hierdoor zal de bereidheid van patiënten om de
behandelingsvoorschriften na te leven verhoogd worden. Toediening via de huid
geeft dus extra therapeutische mogelijkheden voor artsen om de zorg voor
patiënten verder te verbeteren.
Doel van het onderzoek
Primair:
Het bestuderen van de farmacokinetiek van palonosetron in plasma na toediening
met behulp van drie transdermale pleister HP-3020, die verschillen in
oppervlakte, gedurende 24 uur in vergelijking met intraveneuze toediening van
palonosetron (groep 1) en het bestuderen van de farmacokinetiek van
palonosetron in plasma na toediening met een transdermale pleister HP-3020
gedurende 168 uur (groep 2) in gezonde mannelijke vrijwilligers
Het evalueren van de hoeveelheid palonosetron die uitgescheiden wordt via de
urine na elke toepassing van HP-3020 transdermale pleisters in groepen 1 en 2.
Secundair:
Het bestuderen van de veiligheid en verdraagbaarheid van het HP-3020
transdermale systeem bij gezonde mannelijke vrijwilligers.
Het analyseren van het residu van palonosetron in het HP-3020 transdermale
systeem na het verwijderen van de pleister aan het einde van de
toedieningsperiode.
Onderzoeksopzet
Design:
Groep 1: dit deel is opgezet als een vaste volgorde vier perioden cross-over
studie waarbij de vrijwilligers in de eerste periode intraveneus 0.25 mg
palonosetron ontvangen en in de 2e tot 4e periode drie formaten HP-3020
transdermale pleisters (0.6, 1.8 en 5.4 mg palonosetron). De pleisters worden
24 uur na aanbrengen verwijderd. De wash-out tussen de toedieningen is ten
minste 168 uur.
Groep 2: De vrijwilligers in deze groep krijgen gedurende 168 uur een HP-3020
pleister met 5.4 mg palonosetron.
Procedures en handelingen:
Voorkeuring en nakeuring: Klinisch chemisch lab, vitale functies, lichamelijk
onderzoek, ECG. Tijdens screening: medische geschiedenis, lengte en gewicht.
Een aantal bloed- en urine onderzoeken, waaronder verslavende middelen,
alcohol, nicotine metabolieten, HBsAG, anti HCV, anti-HIV 1/2. Bij opname
worden klinisch chemisch lab, vitale functies, ECG, verslavende middelen,
alcohol en nicotine metabolieten herhaald.
Groep 1:
Observatieperiode:
1 periode, in de kliniek van 17 uur voor eerste toediening tot 168 uur na
verwijdering van de laatste pleister (dag 33).
Bloedmonsters:
Farmacokinetiek van de onderzoeksmedicatie: periode 1: voor dosering en 1, 3,
5, 15 en 30 minuten en 1, 2, 4, 6, 12, 24, 48, 72, 96, 120, 144, 168 en 192
uur na dosering (Aloxi® injectie) periode 2 -4: 0, 2, 4, 6, 12, 18, 24 (voor
verwijdering van de pleister), 28, 32, 40, 48, 72, 96, 120, 144, 168 en 192
uur na aanbrengen van de pleister
Urinemonsters:
Voor palonosetron excretie: gedurende elke periode voor dosering en intervallen
0-24, 24-48, 48-72, 72-96, 96-120, 120-144, 144 168 en 168-192 uur na dosering
Veiligheid:
Bijwerkingendoor de gehele studie; vitale functies en ECG: voor doseren en 2,
4, 12, 24, 48, 72, 96, 120 en 192 uur na doseren (alle 4 studie periodes, voor
periodes 2-4 is de 192 uur registratie van de vorige periode de meting voor
volgende dosering); visuale inspectie van de toedienings plaats 0 uur (direkt
voor aanbrengen van de pleister), 25, 48, 72, 96, 120, 144, 168 en 192 uur na
aanbrengen van elke pleister; klinisch laboratorium: op Dag -1 en 48 en 168 uur
na doseren in Periode 1-3 en 48 en 192 uur na doseren in Periode 4.
Adhesieevaluatie:
2, 4, 8 en 24 uur na het aanbrengen van elke pleister en een controle op
lijmresten
Bioanalyse:
Analyse van plasma en urine samples voor palonosetron met gebruikmaking van een
gevalideerde methode bij PRA international.
Groep 2:
Observatieperiode:
1 periode, in de kliniek van 17 uur voor eerste toediening tot 168 uur na
verwijdering van de pleister (dag 15).
Bloedmonsters:
Farmacokinetiek van de onderzoeksmedicatie: voor dosering en 2, 4, 6, 12, 18,
24, 28, 32, 40, 48, 72, 96, 120, 144 en 168 (voor het verwijderen van de
pleisters), 172, 176, 184, 192, 216, 240, 264, 288, 312 en 336 uur na het
aanbrengen van de pleister.
Urinemonsters:
Voor palonosetron excretie: dosering en intervallen 0-24, 24-48, 48-72, 72-96,
96-120, 120-144, 144 168, 168-192, 192-216, 216-240, 240-264, 264-288, 288- 312
en 312-336 na dosering
Veiligheid:
Bijwerkingen door de gehele studie; vitale functies en ECG: voor doseren en 4,
12, 24, 48, 72, 96, 120, 168, 192 hour na doseren (voor het verwijderen van de
pleisters) en 216, 240, 288 and 336 uur na aanbrengen van de pleister; visuale
inspectie van de toedienings plaats 0 uur (direkt voor aanbrengen van de
pleister), 169, 192, 216, 240, 264, 288, 312 en 336 uur na aanbrengen van de
pleister; klinisch laboratorium: op Dag -1 en 48, 192, 240 en 336 uur na
doseren.
Adhesieevaluatie:
2, 4, 8, 24, 48, 72, 96, 120, 144 en 168 uur na het aanbrengen van elke
pleister en een controle op lijmresten
Bioanalyse:
Analyse van plasma en urine samples voor palonosetron met gebruikmaking van een
gevalideerde methode bij PRA international.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Actieve stof: Palonosetron in pleister (HP-3020, 0.6 mg palonosetron HCl per 6 cm2) of als oplossing voor intraveneuze injectie (Aloxi®, 0.25 mg).
Inschatting van belasting en risico
Procedures: pijn, lichte bloeding, blauwe plekken, mogelijk een infectie,
irritatie door pleister
Publiek
1-11-1 Marunouchi, Chiyodaku-ku
841-0017
JP
Wetenschappelijk
1-11-1 Marunouchi, Chiyodaku-ku
841-0017
JP
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- leeftijd 18 - 55 jaar
- BMI 18,0 - 29,9
- kaukasisch
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Lijdend aan: hepatitis B, kanker of HIV/AIDS. Indien gedurende 60 dagen voorafgaand aan de start van dit onderzoek aan een ander geneesmiddelenonderzoek is deelgenomen. Indien gedurende 60 dagen voor start van dit onderzoek bloed is gegeven, of indien gedurende 10 maanden voor de start van dit onderzoek meer dan 1 liter bloed is gegeven.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2010-021511-16-NL |
CCMO | NL33664.056.10 |