Uit eerdere studies zijn specifieke problemen op het gebied van executieve functies en geheugen naar voren gekomen. Samen met de aanwijzingen uit dierstudies over de mogelijke rol van verminderde neurogenese in de hippocampus en de veelbelovende…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Cognitieve en aandachtsstoornissen en -afwijkingen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
MRI scans zullen worden uitgevoerd met een Philips Intera 3.0 Tesla scanner met
een 8 kanaals Sense hoofdspoel.
MRI scan parameters:
1. 3-dimensionale T1 gewogen sequenties gevolgd door (geautomatiseerde)
volumemetingen, als een globale aanduiding voor weefselschade.
2. FLAIR sequentie om de aanwezigheid en mate van demyelinisatie vast te
stellen.
3. MR spectroscopie maakt het noninvasieve in vivo metingen van neurochemie in
het brein mogelijk.
Componenten die onderscheiden kunnen worden zijn N-acetylaspartaat (NAA),
choline (Cho) en myo-inositol (MI). NAA wordt beschouwd als neuronale marker
voor dichtheid en levensvatbaarheid van neuronen. Choline is een indicator van
structurele integriteit van neuronen. MI reflecteert gliale bestanddelen.
4. Diffusion Tensor Imaging (DTI) zal worden gebruikt om de (dichtheid van)
vezels te onderzoeken die deel uitmaken van goed gedefinieerde functionele
netwerken en als zodanig een index verschaffen van schade aan witte stof. De
uitkomstmaten zullen gebruikt worden om correlaties te onderzoeken met
specifieke functionele afwijkingen.
5. Functionele MRI: EPI sequentie, 35 slices/3.0 mm, TR = 2.0 s, axiale
sequentie acquisitie. De hieronder genoemde, vaak gebruikte paradigma's, die
executieve functies en geheugen meten, zullen gebruikt worden om veranderingen
in blood oxygen level-dependent (BOLD) respons, een reflectie van neurale
activiteit, te meten.
Tower of London taak: een taak die veel wordt gebruikt om
executieve/planningsfuncties te meten en die robuste activatie van de
dorsolaterale prefrontale cortex oplevert.
Flanker taak: vorige studies door onze groep tonen consistent verslechterde
prestaties op deze taak door patiënten behandeld met chemotherapie. Het
voorziet in een manier om interferentie processen te onderzoeken. Activatie van
de anterior cingulate cortex (een centrale structuur in het neurale circuit
voor actie monitoring) wordt betrouwbaar geobserveerd tijdens deze taak.
Paired associates taak: een taak die impliciet geheugen meet. Zowel tijdens
geheugenopslag als tijdens het ophalen van dit geheugen wordt robuste activatie
van de mediaal-temporaalkwab (m.n. de hippocampus) waargenomen.
Resting state: de proefpersoon wordt gevraagd stil te liggen, er is geen
actieve (cognitieve) taak. Dit type scan geeft informatie over een aantal
bekende netwerken in de hersenen en over het zogenaamde Default Mode Network,
waarvan wordt gedacht dat het een weergave is van het basismetabolisme van de
hersenen.
Secundaire uitkomstmaten
In aanvulling op de tests die worden afgenomen tijdens de MRI scans, zal bij
patiënten ook een aantal neuropsychologische tests worden afgenomen voor de
scanprocedure. Dit zijn een aantal klassieke neuropsychologische taken, die ook
in eerdere neuropsychologische onderzoeken van het NKI-AvL zijn afgenomen:
Hopkins Verbal Learning Test, Stroop Color-Word Test, Trail making Test, Verbal
Fluency Test, Digit Symbol Test, Wechsler Memory Scale, PASAT, Fepsy Finger
Tapping. Deze tests worden afgenomen om een beeld te krijgen van het cognitief
functioneren van een patiënt.
De volgende gegevens zullen verzameld worden voor alle deelnemers: leeftijd,
opleidingsniveau, rookgewoonten, alcoholconsumptie, body mass index, leeftijd
van menopauze (indien van toepassing), soort menopauze (natuurlijk of
kunstmatig), toepassing van hormoonsuppletie, psychologisch ongemak (Hopkins
Symptom Checklist), ziekte-specifieke kwaliteit van leven (EORTC QLQ-C30),
zelf-gerapporteerde cognitieve problemen (MOS questionnaire),
zelf-gerapporteerde medische geschiedenis en medicijngebruik.
Voor alle patienten zal de volgende aanvullende informatie worden verkregen via
het medisch dossier: radiotherapie ja/nee, endocriene therapie ja/nee.
Voor de patiënten die behandeld zullen worden met chemotherapie zal tevens het
cytotoxisch regiment worden gerapporteerd.
Van verschillende genetische polymorphismen, zoals in het APOE-, BDNF- en COMT
gen, wordt gedacht dat ze het risico van cognitieve problemen na chemotherapie
verhogen. Door speeksel te analyseren zal gescreend worden voor deze
polymorphismen.
Daarnaast zal cortisol gemeten worden in een plukje haar. Daardoor kan gekeken
worden naar de invloed van chronische stress op cognitief functioneren na
chemotherapie.
Achtergrond van het onderzoek
De laatste jaren is de belangstelling voor cognitieve stoornissen na
chemotherapie sterk toegenomen. Uit verschillende neuropsychologische studies
is gebleken dat een deel van de patiënten na chemotherapie cognitieve problemen
vertoont. Neurofysiologische onderzoeken hebben uitgewezen dat patiënten uit
deze populatie ook afwijkingen op het EEG laten zien. Een recente studie door
onze onderzoeksgroep leverde convergerende evidentie op voor het bestaan van
neurocognitieve problemen. Dit bleek uit neuropsychologisch en
neurofysiologisch onderzoek alsook uit zelfrapportage van patiënten tot vijf
jaar na afloop van chemotherapie. Bovendien laten onze dierstudies een
significante vermindering van de celproliferatie in de hippocampus zien bij
ratten na eenmalige interveneuze toediening van methotrexaat. Ondanks deze
aanwijzingen voor lange-termijnschade aan het centraal zenuwstelsel die
resulteren in aanhoudende cognitieve problemen, is ons inzicht in de aard van
de cognitieve stoornissen en de mechanismen die hieraan ten grondslag liggen
nog beperkt. Een onlangs uitgevoerde pilotstudie door onze onderzoeksgroep
heeft veelbelovende resultaten opgeleverd met betrekking tot veranderingen in
structurele en functionele maten van het brein. Een prospectieve studie is
nodig om aan te kunnen tonen wat de relatie tussen kanker, kankerbehandeling en
de veranderingen in het brein is.
Doel van het onderzoek
Uit eerdere studies zijn specifieke problemen op het gebied van executieve
functies en geheugen naar voren gekomen. Samen met de aanwijzingen uit
dierstudies over de mogelijke rol van verminderde neurogenese in de hippocampus
en de veelbelovende bevindingen van onze pilotstudie vormt dit de rationale
voor het opzetten van deze studie met als doel:
1. Het bepalen van een specifiek neurotoxiciteitsprofiel door het bestuderen
van hersenactiviteit met functionele MRI tijdens het uitvoeren van tests die
executieve functies en geheugen meten.
2. Het onderzoeken van anatomische veranderingen teneinde een beter inzicht te
verkrijgen in de onderliggende mechanismen door structurele en chemische MRI.
Onderzoeksopzet
Deze prospectieve observationele studie is een samenwerking tussen de afdeling
Psychosociaal onderzoek en Epidemiologie en de afdeling Neuro-oncologie van
het NKI-AVL en de afdeling radiologie van het AMC.
Inschatting van belasting en risico
Proefpersonen zullen twee maal getest worden, eenmaal na de operatie en voor
verdere behandeling, en een jaar na de laatste chemotherapie, na een
vergelijkbaar tijdsinterval. Iedere test sessie duurt 2,5 uur en bestaat uit
het afnemen van een haar- en een speeksel sample, een semi-gestructureerd
interview, verschillende vragenlijsten, een oefensessie, en een MRI scan sessie
van een uur. De helft van de scantijd is de proefpersoon actief bezig met
taakuitvoering. De andere helft van de tijd worden MRI scans geacquireerd
waarbij geen actieve bijdrage van de proefpersoon nodig is.
De proefpersoon dient stil te liggen in de scanner wat soms als onaangenaam
wordt ervaren. Bovendien maakt de scanner lawaai, wat effectief gereduceerd
wordt door het gebruik van oordopjes en een koptelefoon. Als de standaard
veiligheidsmaatregelen worden toegepast (bv. geen ferromagnetische objecten in
de scannerruimte) bestaan er geen risico's voor de patiënt. Ruime ervaring met
patiëntenpopulaties heeft aangetoond dat deze procedure aanvaardbaar is en niet
als te belastend wordt ervaren.
Tijdens beide sessies zal een pluk haar verzameld worden om cortisol niveaus te
kunnen meten. Tijdens interviews gaven patiënten aan geen specifieke
bedenkingen te hebben bij deze meting. De pluk die wordt afgeknipt is erg klein
en dit zal niet zichtbaar zijn.
Speeksel samples zullen tijdens de eerste sessie afgenomen worden om specifieke
genetische polymorphismen, zoals in het APOE, BDNF en COMT gen, te kunnen
analyseren. Het gebruik van speeksel is een niet-invasieve en gemakkelijke
manier om DNA te kunnen analyseren.
Er zal geen informatie over individuele resultaten en bevindingen (behalve
incidentele MRI bevindingen, zoals gebruikelijk in het AMC) naar patiënten
teruggekoppeld worden.
Publiek
plesmanlaan 121
1066 CX Amsterdam
NL
Wetenschappelijk
plesmanlaan 121
1066 CX Amsterdam
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Alle groepen:
-vrouw, onafhankelijk van menopauze
-leeftijd onder 70 jaar (zodat dezelfde neuropsychologische testbatterij gebruikt kan worden)
-voldoende beheersing van de Nederlandse taal;Experimentele groep:
-nieuw gediagnosticeerde borstkankerpatiënten zonder metastasen op afstand die in aanmerking komen voor anthracycline-bevattende chemotherapie ;Borstkanker controle groep:
-nieuw gediagnosticeerde borstkankerpatiënten zonder metastasen op afstand die niet in aanmerking komen voor chemotherapie ;Gezonde controle groep:
-gezonde vrouwen, gelijke leeftijd als patiënten
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Alle groepen:
-eerdere maligniteiten
-overmatig gebruik alcohol en drugs
-gebruik psychotrope medicatie
-neurologische of psychiatrische aandoeningen die van invloed kunnen zijn op cognitief functioneren
-condities die MRI uitsluiten;Experimentele groep en borstkanker controle groep:
-recidief en/of metastasen
- behandeling met trastuzumab (Herceptin)
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL32148.031.10 |