In de eerste plaats richt het onderzoek zich op de evaluatie van de effectiviteit van de voorgestelde interventie. In de tweede plaats wordt de invloed van de interventie op het gebruik van zorg en hieraan gerelateerde kosten geëvalueerd. In de…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
Synoniemen aandoening
Aandoening
frailty, disability
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire uitkomstmaat zijn beperkingen in activiteiten (disability). Dit
wordt gemeten met behulp van de Groningen Activity and Restriction Scale
(GARS). De GARS is een betouwbaar en valide instrument om beperkingen op de
gebieden van ADL, IADL en mobiliteit in een oudere populatie te meten.
Secundaire uitkomstmaten
Omdat de voorgestelde studie onderdeel is van het Nationaal Programma
Ouderenzorg (NPO), wordt de MDS (Minimale DataSet) gebruikt. De MDS bevat
globale meetschalen m.b.t. ervaren gezondheid, multimorbiditeit, functioneren
(I)ADL, psychisch welbevinden, cognitief functioneren, sociaal functioneren en
kwaliteit van leven. Bovendien zijn uitkomstmaten voor de centrale
mantelzorgers opgenomen (ervaren belasting en gezondheidsgerelateerde kwaliteit
van leven) naar voren. Aanvullende uitkomstmaten zijn angst, depressieve
symptomatologie, cognitieve status, sociale steun, uren die besteed zijn aan
activiteiten, eenzaamheid, frequentie van vallen en bezorgdheid om te vallen.
Mortaliteit, gebruik van zorg (hulpverlenende diensten, medicatie, hulpmiddelen
en aanpassingen) en gerelateerde kosten worden eveneens geregistreerd.
Achtergrond van het onderzoek
Het aantal ouderen neemt toe. Kwetsbare ouderen hebben een hoger risico op
ongunstige uitkomsten als acute en chronische ziekten en beperkingen in
activiteiten. Het ontwikkelen van deze beperkingen is een relevant
gezondheidsprobleem, omdat het gepaard gaat met verlies van zelfredzaamheid. De
participatie in betekenisvolle activiteiten vermindert en daarmee de kwaliteit
van leven. Beperkingen zijn tevens geassocieerd met een hoger risico op
overlijden, ziekenhuisopname, langdurige zorg en samenhangende kosten.
Aangenomen wordt dat het aantal ouderen met beperkingen in activiteiten zich
tot 2050 zal verdriedubbelen. Interventies die zich richten op het voorkomen of
uitstellen van beperkingen bij thuiswonende kwetsbare ouderen zijn daardoor
zeer relevant. Echter, bewijs voor effectieve interventies is nauwelijks
aanwezig.
Doel van het onderzoek
In de eerste plaats richt het onderzoek zich op de evaluatie van de
effectiviteit van de voorgestelde interventie. In de tweede plaats wordt de
invloed van de interventie op het gebruik van zorg en hieraan gerelateerde
kosten geëvalueerd. In de derde plaats wordt de uitvoering van de interventie
volgens het protocol, de inhoud van het programma en de therapietrouw in de
vorm van een procesevaluatie geëvalueerd.
Onderzoeksopzet
In de studie worden 420 thuiswonende kwetsbare ouderen (70 jaar en ouder) op
basis van een screening, die vanuit twaalf huisartsenpraktijken opgestart
wordt, geïncludeerd. At rondom zijn zes praktijken toegewezen aan de
interventiegroep en zes praktijken aan de controlegroep. De interventie groep
(n = 210) krijgt de voorgestelde interventie en de controle groep krijgt care
as usual (n = 210). Ervan uitgaande dat 80% van de kwetsbare ouderen een
centrale mantelzorger heeft, die ook meegenomen wordt in het onderzoek, komen
er nog 340 mantelzorgers bij (in totaal zijn er dus 760 proefpersonen). De data
voor de effectiviteitsanalyse worden na 6, 12 en 24 maanden follow-up gemeten,
zowel bij de kwetsbare ouderen als bij hun centrale mantelzorger. Daarvoor
wordt gebruik gemaakt van een combinatie van telefonische interviews,
schriftelijke vragenlijsten en registratiesystemen van de zorgverzekeraars,
huisartsen en ziekenhuizen.
Onderzoeksproduct en/of interventie
De interventie richt zich op het voorkomen van (verdergaande) functiebeperkingen bij kwetsbare thuiswonende ouderen. Het is een multidisciplinaire interventie op maat. Na de opsporing van kwestbare ouderen (GFI > 5) (stap 1) voert de praktijkondersteuner (POH) in samenwerking met de huisarts een assessment bij ouderen thuis uit (stap 2). Het assessment richt zich vooral op de huidige problemen en/of risicofactoren voor toekomstige problemen in het dagelijks functioneren. Na de assessment fase stellen huisarts en POH een (voorlopig) plan van aanpak op (stap 3). Waar gewenst kan het behandelbeleid in een breder, interdisciplinair team vastgesteld worden. De POH stelt in overleg met de cliënt (en diens mantelzorger) het definitieve plan van aanpak vast (stap 4). Dit plan kan gerelateerd worden aan een flexibele toolbox van interventies, die uitgevoerd wordt door een multidisciplinair team (stap 5). De praktijkondersteuner gaat gedurende de uitvoeringsfase regelmatig met de cliënt (en diens mantelzorger) na of bijstelling van doelen, strategieën en acties nodig is. Na beëindiging van een toolbox onderdeel, of andersoortige interventie, wordt de behoefte aan follow-up vastgelegd in overleg met de cliënt en diens mantelzorger (stap 6).
Inschatting van belasting en risico
De interventie deelnemers (n=210) ontvangen standaard in het begin twee
huisbezoeken van een praktijkondersteuner (2x 60 min). Vervolgens krijgen zij
een interventie pakket op maat aangeboden, dat gerelateerd is aan een toolbox
van interventies. Patienten kunnen in de loop van de tijd verschillende
onderdelen volgen (per toolbox onderdeel in totaal ca. 5-10 uur). Indien nodig
kunnen er aanvullend assessment of interventies plaats vinden door andere
disciplines. Afhankelijk van het totale aantal toolboxonderdelen, kan de
belasting van patienten sterk verschillen. Het programma duurt in totaal 4-6
maanden.
In het kader van het onderzoek moeten alle deelnemers (n = 420) een korte
screeningslijst invullen. Ten behoeve van de effectevaluatie krijgen de
deelnemers op vier momenten een schriftelijke vragenlijst (ca. 30 min) en
worden vier keer gebeld voor een telefonisch interview (ca. 35 min).
Vragenlijsten en interviews worden verspreid over een periode van twee jaar
afgenomen.
Aan het einde van de interventie wordt de interventie deelnemers gevraagd om
een korte vragenlijst in te vullen om de procesgegevens in kaart te brengen
(ca. 10 min). In het kader van de procesevaluatie wordt een beperkt deel van de
interventiedeelnemers bezocht voor een kort interview (30 min).
De centrale mantelzorgers (n=340) krijgen op 4 momenten een korte schriftelijke
vragenlijst (ca. 30 min).
Publiek
Universiteitssingel 40
6229 ER Maastricht
NL
Wetenschappelijk
Universiteitssingel 40
6229 ER Maastricht
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- thuiswonend
- leeftijd: 70 jaar en ouder
- kwetsbaarheid: matig tot ernstig kwetsbaar (tenminste een score van 5 op de GFI)
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- diegene die op een wachtlijst staan voor opname (verpleeghuis, verzorgingshuis)
- cognitieve beperkingen (TICS < 16)
- geen beheersing van de Nederlandse taal
- bedlegerig
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
ISRCTN | ISRCTN31954692 |
CCMO | NL30037.068.09 |