Het doel van de studie is het vergelijken van de hoeveelheid meetbaar strooilicht in patiënten met CE goedgekeurde multifocale intra-oculaire lenzen met behulp van 4 strooilicht meetapparaten.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Visusstoornissen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten:
Pre-en postoperatieve strooilichtwaarden, gemeten met de C-Quant (standaard en
met gemodificeerde tubus), uitkomst Rostock Glare Perimeter en Double Pass
methode en uitkomsten uit een vragenlijst.
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire uitkomstmaten: Ongecorrigeerde en best gecorrigeerde verte visus
(gemeten met ETDRS 100% en 25% contrast kaart) Lenskapselzak plooi score,
Implant lens decentratie, Nastaarscore, Incidentie visuele symptomen
(vragenlijst), Complicaties (per- en postoperatief), Adverse events,
Subjectieve vragenlijst
Achtergrond van het onderzoek
Deze pilot studie behelst CE goedgekeurde, multifocale en op de markt
verkrijgbare lenzen, de Tecnis ® ZMA00 en de recent op de markt gebrachte
Tecnis ® ZMB00 (beide gefabriceerd door AMO Groningen BV) waarbij de
strooilichtwaarneming getest zal worden. Er wordt gebruik gemaakt van acrylaat
lenzen om cataractchirurgie door kleine incisies mogelijk te maken zodat de
preoperatieve corneakromming niet beïnvloed zal worden. De controle lens ZMA00
is een lens uit 3 delen, waarbij de optiek bestaat uit hydrofoob acrylaat
materiaal en de lussen gemaakt zijn van PMMA. De ZMB00 is een lens uit één
stuk, gemaakt van hetzelfde hydrofobe acrylaat materiaal als de controle lens.
In beide lenzen is de optiek 6,0 mm in diameter en de totale diameter is 13,0
mm. De geometrie van de rand aan de achterzijde is vergelijkbaar en ontworpen
om nastaar tegen te gaan. Het multifocale diffractieve patroon op de ZMB00 is
gewijzigd ten opzichte van die van de ZMA00 en is bedoeld om strooilicht te
verminderen.
Heldere lichtbronnen zoals een laagstaande zon of de koplampen van een auto *s
avonds kunnen gezichtshinder veroorzaken, vooral in kritische situaties wanneer
het slecht weer is. Mensen kunnen klagen over het zien van sterpatronen,
kringen of een vergroting van de lichtbron. De mate van gezichtshinder kan
variëren van acceptabel tot onacceptabel en soms als bedreigend. De mate van
hinder hangt af van de grootte van de lichtbron, het lichtniveau en van het
geprojecteerde gebied op de retina. Klachten over gezichtshinder komen vaker
voor bij patiënten met multifocale implantlenzen dan bij patiënten met
monofocale implantlenzen. Recent heeft AMO Groningen BV een nieuw optisch
ontwerp geïntroduceerd in een multifocale implantlens(ZMB00). In een
laboratoriumopstelling was een significante vermindering van de hoeveelheid
strooilicht meetbaar. Of dit ook zo is wanneer deze lens in de patiënt
geïmplanteerd is, is onderwerp van deze studie. De klachten over gezichtshinder
zijn moeilijk te kwantificeren. De laatste jaren zijn er echter meetmethoden
beschikbaar gekomen die strooilicht kunnen objectiveren.
Deze studie meet met verschillende instrumenten het waargenomen strooilicht in
patiënten met twee CE goedgekeurde multifocale intraoculaire lenzen. Het doel
hiervan is om te onderzoeken of het optische ontwerp van de nieuwe lens een
meetbare vermindering geeft van de hoeveelheid strooilicht. Een instrument om
strooilicht te meten is de op de markt verkrijgbare C-Quant (Oculus, CE
goedkeuring). Verder wordt een gemodificeerde C Quant gebruikt met een
verlengde tubus om strooilicht onder een andere hoek op de retina te meten
(geen CE markering). De C-Quant, met normale en verlengde tubus is het
resultaat van 20 jaar studie met verschillende strooilichtmeters en glare
testers en is ontworpen om het onderzoek naar strooilicht te vergemakkelijken
en om betrouwbare, reproduceerbare data te verkrijgen. De C-quant gebruikt een
forced choice methode waarin de patiënt twee halve cirkels vergelijkt en kiest
in welke halve cirkel het duidelijkst knipperend licht wordt waargenomen. De
consistentie van de antwoorden geeft informatie over de betrouwbaarheid van de
meting. Er worden verschillende tubuslengtes gebruikt om het strooilicht dat
onder verschillende hoeken op de retina valt te kunnen meten. Twee andere
instrumenten zonder CE markering worden ook ingezet. Het zijn de Rostock Glare
Perimeter en het Double Pass systeem. De Rostock glare perimeter is een
onderzoeksinstrument welke bestaat uit een centrale lichtbron in een
projectiescherm. Het is ontwikkeld aan de universiteit van Rostock in Duitsland
(Prof.Dr.R.Guthoff). Een beamer projecteert lichtstippen op verschillende
afstanden van de centrale lichtbron. De patiënt dient te kijken naar de
centrale lichtbron en aan te geven wanneer lichtstippen gezien worden. Op deze
wijze kan in verschillende meridianen de mate van strooilichthinder bepaald
worden. Het Double Pass systeem, is een onderzoeksinstrument ontwikkeld door
Prof. Dr. Pablo Artal van de universiteit van Murcia, Spanje, De double pass
methode wordt reeds 10 jaar gebruikt in onderzoek naar het visuele systeem,
voornamelijk om de punt spreid functie van een lichtbron op de retina te meten.
Door de gevoeligheid van het systeem te verhogen is het apparaat nu ook
geschikt om kwantitatief het strooilicht op de retina te meten.
Doel van het onderzoek
Het doel van de studie is het vergelijken van de hoeveelheid meetbaar
strooilicht in patiënten met CE goedgekeurde multifocale intra-oculaire lenzen
met behulp van 4 strooilicht meetapparaten.
Onderzoeksopzet
Deze studie is een single center, bilaterale, intra-individuele,
gerandomiseerde, dubbel blinde pilot studie.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Implantatie van twee CE goedgekeurde Multifocale Intra-oculaire kunstlenzen na extractie van de cataracteuze natuurlijke lens
Inschatting van belasting en risico
Patiënten op de wachtlijst voor een staaroperatie met lensimplantatie krijgen
regulier een monofocale implantlens geïmplanteerd. Dit maakt postoperatief een
leesbril noodzakelijk. Alleen tegen bijbetaling is plaatsen van een multifocale
implantlens mogelijk. Dit leidt in het merendeel van de patiënten tot een
grotere bril onafhankelijkheid. In deze studie wordt de patiënt de mogelijkheid
geboden een multifocale lens geïmplanteerd te krijgen zonder extra kosten.
Gezien de deelname aan de studie worden aan de patiënt twee extra polikliniek
bezoeken gevraagd. Naast de reguliere controle worden aanvullende metingen met
de strooilichtinstrumenten verricht. Multifocale lenzen kunnen aanleiding geven
tot verhoogde gezichtshinder die bij sommige patiënten tot klachten aanleiding
kan geven. Er bestaat een klein risico dat een deelnemer last krijgt van
ongewenste lichtfenomenen, dit heeft zelden lensexplantatie tot gevolg. Dit zou
een aanvullende ingreep zijn met risico's vergelijkbaar als bij een
staaroperatie.
Publiek
van Swietenlaan 5
9728 NX Groningen
NL
Wetenschappelijk
van Swietenlaan 5
9728 NX Groningen
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. leeftijd 18 jaar of ouder
2. Dubbelzijdig cataract waarvoor phacoemulsificatie cataract chirurgie met achterste oogkamerlens implantatie geindiceerd is.
3. Visuspotentieel in elk oog minstens 0.8 (20/25 Snellen) of beter zoals ingeschat door de opererend chirurg.
4. normale corneatopografie met preoperatief astigmatisme van 1.5 D of minder (of de mogelijkheid om het astigmatisme peroperatief te beinvloeden tot 1.0 D of minder door keuze van de lokatie van de incisie).
5. Beschikbaar zijn voor- en bereid zijn tot deelname aan deze studie, met voldoende verstandelijke vermogens om de gevraagde onderzoeksprocedures te kunnen volbrengen.
6. Getekend toestemmingsformulier
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Deelname aan- of deelname korter dan 30 dagen geleden aan andere klinische studie.
2. Gebruik van systemische of oogmedicatie die het gezichtsvermogen kunnen beinvloeden (het gebruik van miotica is specifiek gecontraindiceerd).
3.Acute of chronische ziekten die het operatierisico verhogen of de uitkomsten kunnen beinvloeden (b.v. immuungecompromitteerde patient, bindweefselziekten, diabetes mellitus. etc)
4. Niet gereguleerde systemische of oogheelkundige ziekte.
5. Irregulair astigmatisme.
6. Noodzaak om een intraoculaire lens van <16 of >26 dioptrie te implanteren.
7. Voorgeschiedenis met oogtrauma of eerder oogchirurgie.
8. Corneaafwijkingen, zoals stromale,epitheliale of endotheliale dystrofieen.
9. Ongecontroleerde oculaire hypertensie, of tekenen van glaucoom bij oogspiegelen
10. Intra-oculaire ontsteking of recidiverende intra-oculaire ontsteking.
12. Pathologie die de gezichtsscherpte kan beinvloeden.
13. Pupilafwijkingen (niet reageren op licht,tonische pupil, abnormale vorm pupil)
14. Lenskapsel of zonula afwijkingen die tot implantlens decentratie kunnen leiden, zoals pseudoexfoliatie, trauma,eccentrische capsulorhexis, achterkapseldefect.
15. Retinale veranderingen die het gezichtsvermogen kunnen beinvloeden of die chirurgische interventie nodig maken gedurende de studie (macula degeneratie,cystoid maculaoedeem,proliferatieve diabetische retinopathie etc).
16. Geplande verhuizing of verhuizing gedurende de studie
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL31644.042.10 |