Smaakconditionering van groenten

Ondanks dat het eten van groenten voordelen heeft voor de gezondheid, is zowel
bij kinderen als bij volwassenen de consumptie van groenten veel lager dan de
aanbevolen hoeveelheid. Peuters eten gemiddeld 38 gram groenten per dag,
terwijl de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid 50-100 gram is. Daarnaast is
voedselvoorkeur een belangrijke voorspeller voor de inname bij kinderen. De
meeste voedselvoorkeuren worden verkregen door herhaaldelijke blootstelling,
conditionering, imitatie en sociale interactie (Birch, 1999). Aaangezien de
meeste kinderen groenten niet lekker vinden, is het wenselijk om op zoek te
gaan naar nieuwe strategieën om groenten voorkeuren te stimuleren. Smaak
conditionering is een van de mogelijke effectieve manieren om voorkeuren te
veranderen.

De voorkeuren die op jonge leeftijd verworven worden, blijken ook voor langere
tijd stabiel te zijn en kunnen zelfs nog op volwassen leeftijd aanwezig zijn.
Onderzoeken laten ons het belang zien van de eerste jaren op later
voedingsgedrag (Devine et.al., 1998; Nicklaus et al., 1991; Nicklaus et al.,
2004 & 2005; Skinner et al., 2002). Gedurende de eerste jaren van het leven,
leren babies en peuters over wat, wanneer, hoe en hoeveel te eten en uit
verschillende studies blijkt dat voedingsgewoonten al vroeg ontstaan (2-3
jarigen). Echter hoe deze precies tot stand komen is niet precies duidelijk
(Mennella et al., 2004). In dit onderzoek willen we meer begrijpen hoe kinderen
voedingsgewoontes ontwikkelen en welke onderliggende mechanismes hierbij een
rol kunnen spelen. We richten ons hierop jonge kinderen, twee tot vier jarigen.

Meer inzicht verkrijgen in de onderliggende mechanismes van groente consumptie
bij peuters (2-4 jarigen). Doel van deze studie is het effect van smaak-smaak
conditionering op groentevoorkeur en inname te bestuderen.

Hoofddoel:
Onderzoeken of smaak conditionering een effectief meachanism is om groente
inname en groente voorkeur te verhogen
1. is er een effect ?

Nevendoel:
Onderzoeken of er een lange termijn effect is van smaak- smaak conditionering
op groente inname
2. Indien inname verhoogt, blijft dit effect stabiel over langere tijd (6
maanden)?

Studie opzet: Een gerandomiseerde studie met een lengte van 9 weken. De
kinderen zullen beginnen met 2 voortesten waarin ze twee groente smaken ad
libitum aangeboden krijgen. Daarnaast krijgen ze een voorkeurstest tussen 2 a 3
groenten (inclusief deze 2 groente smaken). Na deze voortesten begint de
conditioneringsperiode van 7 weken: een groente A aangeboden met een bekende
smaak (dipsaus tomatenketchup) is gekoppeld aan een groente B met een neutrale
smaak/dipsaus (witte blanke saus). Terwijl in de andere groep (de andere helft)
groente smaak A juist aangeboden wordt met de neutrale smaak/dipsaus (witte
blanke saus) en groente smaak B met een bekende smaak/dipsaus (tomatenketchup)
aangeboden wordt. Kinderen krijgen in het totaal 14 keer groente aangeboden (ad
random) in iedere condtie 7 keer met een minimum van 2x per week. In week 9
zullen de kinderen 2 natesten uitvoeren analoog aan de voortesten. Na 2 maanden
zullen de groenten naturel zonder dipssaus nog een keer ad libitum worden
aangeboden. Indien hier een toename geconstateerd wordt, zal er nog een keer
een natest plaatsvinden na 6 maanden.

Gedurende de studie krijgen de deelnemers de helft van de tijd een groente product aangeboden met een bekende andere smaak (tomatenketchup) en de andere helft van de tijd een groente produkt met een neutrale smaak/dipsaus (witte blanke saus).

Uit eerder onderzoek is gebleken dat voedingsgewoonten vroeg in het leven
ontstaan, stabiel blijven over de jaren heen en moeilijk te veranderen zijn.
Deze studie is groep relateerd en betreft kinderen. Het mechanisme van flavour
flavour learing moet in real-life setting worden toegepast. Bevindingen van
volwasseen kunnen niet gëxtrapoleerd worden naar kinderen.

De belasting voor de kinderen in deze studie is minimaal/nihil. De belasting
voor het kind is dat ze gedurende een periode van 7 weken twee keer per week
een groente product krijgt aangeboden. Aangezien het produkt tijdens de
reguliere lunch op het kinderdag verblijf wordt aangeboden door de leidsters,
verwachten wij niet dat het een grote belasting voor het kind is. De risico's
voor de proefpersonen die deelnemen aan deze groente studie zijn nihil/te
verwaarlozen. Alle produkten zijn versbereid met verse groenten en EC
goedgekeurde ingrediënten. Kinderen die allergisch zijn voor de gebruikte
ingrediënten en/of groenteproducten kunnen niet deelnemen aan de studie. Zij
krijgen een ander product aangeboden. Indien kinderen niet deelnemen aan de
studie (geen ondertekend informed consent) zullen zij wel participeren in de
groepsactiviteit , maar wordt de data niet meegenomen in de studie.

Indien het mechanisme werkt bij kinderen, kunnen we groente aantrekkelijker
voor hen maken. Hoe hoger de groente consumptie bij kinderen hoe groter de
benefit in eetpatroon en gezondheid in de toekomst