Herkenning van tabaksaroma's op hersenniveau

Ongeveer een derde van de volwassen in de EU zijn rokers, en het aantal
sterfgevallen als gevolg van het roken is momenteel ongeveer 500.000 per jaar.
Volgens de WHO overleden ongeveer 100 miljoen mensen in de 20e eeuw aan het
gebruik van tabak. Volgens de WHO verwijst de term "aantrekkelijkheid" naar
factoren zoals smaak, geur en andere sensorische eigenschappen, die bedoeld
zijn om het gebruik van tabaksprodukten te verhogen (1). Veel stoffen,
voornamelijk aromastoffen, worden in zeer lage hoeveelheden (in ng of *g) aan
sigaretten toegevoegd. Twee voorbeelden van aroma's zijn "suikers" en
"vanilline", die aan tabak worden toegevoegd jonge mensen (eerder) te laten
beginnen met roken. De suikers in tabak genereren bij verhitting
caramel-achtige verbindingen, die een aantrekkelijke geur en smaak hebben.

1. WHO. The scientific basis of tobacco product regulation: Report of a WHO
Study Group. WHO Technical Report Series 945. Geneva, Switzerland: World Health
Organization Press; 2007b. Available from: URL:
http://www.who.int/tobacco/global_interaction/tobreg/9789241209458.pdf. 2011.

Gezien de hoge prevalentie van roken en aan tabaksgebruik gerelateerde
sterfgevallen, is het vergaren van kennis over de aantrekkelijkheid van
tabaksadditieven (aan tabak toegevoegde stoffen) belangrijk, want ze bevorderen
vermoedelijk het beginnen met roken. Dit deel van het onderzoek gaat over
sensorische eigenschappen van karamel en vanille, die beide vaak als
tabaksadditief gebruikt worden. Met behulp van de MRI-techniek, kunnen bepaalde
*responsen* in het emotionele geheugen gemeten worden (activering van de
amygdala, ventrale striatum en *olifactory bulb*).
De belangrijkste te testen hypothese is of de proefpersonen zich aroma*s
(geurstoffen) herinneren uit hun vroege kinderjaren, die hen vervolgens
stimuleerde om te beginnen met roken (van een bepaald merk die deze aroma*s
bevatten).
Specifieke onderzoeksvragen zijn:
a) Wordt de herkenning van de vanille- en karamelgeur als positief of als
negatief ervaren?
b) Houdt de herkenning verband met het roken bepaalde merken (huidige of
vroegere voorkeur), die deze aroma*s bevatten?
c) Leidt de herkenning van de beide aroma*s, die in de kindertijd als lekker
werden ervaren, bij de proefpersonen tot een bijzonder/afwijkend patroon?
d) Komen de DTI-patronen overeen met de antwoorden van de vragenlijst over
herinnering aan de beide aroma*s?

Open elkel blind gecontroleerd onderzoek waarbij gebruik gemaakt wordt van
vragenlijsten en DTI-scans van de hersenen.

In de scanner wordt de deelnemer kort (2x5 min.) nasaal blootgesteld aan lage
concentraties (net boven geur drempel) van twee aromastoffen (karamel en
vanille). De twee te testen aromastoffen worden regelmatig bij de bereiding van
tabaks- en voedingsprodukten gebruikt.