Primaire doel:Het vergelijken van de immunologische respons op vaccinatie met HPV16 E6 en E7 synthetisch lange peptiden plus toediening van imiquimod op de vaccinatieplaats met vaccinatie zonder toediening van imiquimod.Secundaire doel:Het…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Voortplantingsorgaan- en urogenitale neoplasmata, geslacht niet-gespecificeerd NEG
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Het primaire eindpunt is de evaluatie van de systemische immunologische
response.
De volgende criteria worden gebruikt voor deze evaluatie:
- proportie van patiënten dat een directe ex-vivo aantoonbare CD8+ T-cel
respons ontwikkelt na 4 vaccinaties
Aldara Subprotocol Amendment 1, 19 April 2010:
Beschrijvende statistiek zal gebruikt worden om de (verandering in) gemeten
parameters te kwantificeren.
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire eindpunten:
De veiligheid wordt bepaald gedurende de gehele studie door het verzamelen van
alle bijwerkingen (met een focus op reakties op de plaats van toediening) en
vitale lichaamsfuncties en chemische en hematologische parameters in het bloed
bij baseline, voor de derde vaccinatie, en 3 weken na de laatste vaccinatie.
Immunologische parameters zijn proliferatie, cytokine-productie en
eiwitherkenning door circulerende en vaccinatieplaats- of "lesion-homing"
HPV16-specifieke T-cellen.
De klinische respons wordt 3 maanden en 12 maanden na de laatste vaccinatie
bepaald.
Voor de evaluatie van de respons worden de laesies beschreven en
bi-dimensionaal gemeten, door dezelfde gekwalificeerde onderzoeker. Daarnaast
zullen de laesies door middel van digitale fotografie gevolgd worden.
Aldara Subprotocol Amendment 1, 19 April 2010:
Niet van toepassing
Achtergrond van het onderzoek
Een Humaan Papillomavirus (HPV)16 infectie kan een chronische afwijking
veroorzaken in de epitheellaag van de vulva en/of vagina, bekend als vulvaire
intra-epitheliale neoplasie (VIN) en vaginale intra-epitheliale neoplasie
(VaIN). Patiënten hebben vaak een zwakke of geen spontane HPV-specifieke T-cel
respons, waarvan gedacht wordt dat die belangrijk is bij het opruimen van de
infectie en ziekte.
Van vaccinatie met HPV16 E6 en E7 lange peptiden is bekend dat het een
systemische HPV16-specifieke type 1 (IFN gamma) en type 2 (IL-5) CD4+ T-cel
respons induceert, dat geschikt lijkt om dit gebrek te overwinnen.
Echter, de CD8+ T-cel respons was zwak en alleen detecteerbaar na in-vitro
stimulatie. Om de grootte van de CD8+ T-cel respons te vergroten, zou het
toedienen van imiquimod (een TLR7 ligand) op de vaccinatieplaats gunstig kunnen
zijn. Bovendien zou dit de "homing" van CD4+ en CD8+ HPV-16 specifieke T-cellen
naar de plaats van de ziekte verhogen.
Aldara Subprotocol Amendment 1, 19 April 2010:
Naar aanleiding van de analyse van een Serious Adverse event in de HPV01/01
studie, waarin een jonge vrouw is overleden aan een acuut myocardinfarct kort
na de tweede vaccinatie, is er een discussie ontstaan of het vaccin dit event
geïnitieerd zou kunnen hebben. De patiënte leek te lijden aan ernstige
coronaire atherosclerose, die dit event waarschijnlijk voldoende kon verklaren.
Echter, omdat bekend is dat inflammatoire mediatoren (cytokines)
coagulatie-activatie kunnen induceren, heeft dit event geleid tot de behoefte
om te onderzoeken of dit het geval is bij het HPV16 E6/E7 SLP vaccin. Daarom
zullen er ook markers voor coagulatie-activatie gemeten worden in deze studie.
Het doel is om de kennis te verbeteren over mogelijke adverse events van het
vaccin, zodat de risico*s voor toekomstige klinische studies beter ingeschat
kunnen worden.
Doel van het onderzoek
Primaire doel:
Het vergelijken van de immunologische respons op vaccinatie met HPV16 E6 en E7
synthetisch lange peptiden plus toediening van imiquimod op de vaccinatieplaats
met vaccinatie zonder toediening van imiquimod.
Secundaire doel:
Het vergelijken van de veiligheid en de klinische respons op vaccinatie met
HPV16 E6 en E7 synthetisch lange peptiden plus toediening van imiquimod op de
vaccinatieplaats met vaccinatie zonder toediening van imiquimod.
Aldara Subprotocol Amendment 1, 19 April 2010
Primaire Doel:
• het onderzoeken van de acute ontstekingsreactie na vaccinatie met het HPV16
E6/E7 SLP vaccin
• het onderzoeken of de acute ontstekingsreactie na vaccinatie met het HPV16
E6/E7 SLP vaccin coagulatie-activatie induceert
Onderzoeksopzet
Een gerandomiseerd, gecontroleerd, parallele groep, fase I/II onderzoek.
Aldara Subprotocol Amendment 1, 19 April 2010:
Een exploratieve analyse in een lopend Fase 2 onderzoek
Onderzoeksproduct en/of interventie
Het vaccin bestaat uit HPV16 E6 and E7 synthetisch lange peptiden (ISA-HPV-01) in DMSO / 20 mM PBS / Montanide ISA 51 20/30/50 v/v/v. De dosis is 300 μg / peptide, die in 2 aparte subcutane injecties wordt toegediend: één met 7 E6 peptides en één met 2 E6 pus alle 4 E7 peptides. Alle patiënten worden 4 keer gevaccineerd met steeds 3 weken tussen de vaccinaties. Patiënten worden gerandomiseerd naar één van de twee armen: arm 1 krijgt een lokale toediening van imiquimod op de vaccinatieplaatsen 1 uur en 48 uur na iedere vaccinatie; arm 2 krijgt niets toegediend op de vaccinatieplaats. Aldara Subprotocol Amendment 1, 19 April 2010: Patiënten krijgen geen behandeling als onderdeel van deze studie.
Inschatting van belasting en risico
Het aantal visites is 9, gedurende een periode van ongeveer 14 maanden. Tijdens
4 visites wordt de vaccinatie toegediend in bovenarmen of dijbenen (2
vaccinaties per keer) en wordt een infuus ingebracht. Tijdens de screening
visite en de vaccinatie-visites (Voor, 15 minuten, 1 uur en 4 uur na de
vaccinatie) wordt de pols, bloeddruk, ademhalingsfrequentie en
lichaamstemperatuur gecontroleerd. Daarnaast wordt speciale aandacht besteed
aan verschijnselen die kunnen wijzen op een allergische reactie (15 min, 1 uur
en 4 uur na de vaccinatie).
Eén uur en 48 uur na de vaccinatie wordt imiquimod op de vaccinatieplaats
gesmeerd.
De volgende procedures worden uitgevoerd: 4 maal bloedafname (totaal 400 ml), 5
maal een zwangerschapstest, maal een patientendagboekje voor bijwerkingen, 6
maal lichamelijk onderzoek, 3 maal een biopsie van de VIN/VaIN laesie, 1 maal
een biopsie op beide plaatsen van de laatste vaccinatie, 3 maal controle van de
VIN/VaIN laesie.
Bij eerder onderzoek is het vaccin tot op heden in de meeste patiënten veilig
gebleken. Van eerdere studies in mensen is bekend dat er na vaccinatie vaak een
rode verkleuring en verdikking van de huid ter hoogte van de injectieplaats kan
ontstaan. Op de dag van de vaccinatie kunnen wat griepachtige verschijnselen en
kortdurende koorts optreden.
In een aantal patiënten is kort na toedienen van het vaccin een allergische
reactie opgetreden die gepaard ging met jeuk, zwelling van de oogleden/ lippen,
en in een sporadisch geval met benauwdheid. De allergische reactie kan goed met
medicamenten worden behandeld. De verdikking/ verkleuring van de huid ter
hoogte van de vaccinatieplaatsen kan gedurende langere tijd, weken tot maanden
en mogelijk nog langer, blijven bestaan. In zeldzame gevallen is een pijnlijke
huidzwelling ontstaan die gepaard ging met verschijnselen van een infectie.
Imiquimod wordt over het algemeen goed verdragen. Bekende bijwerkingen zijn
huidreakties op de plaats van aanbrengen, griepachtige verschijnselen,
hoofdpijn, en spierpijn. Omdat er maar weinig imiquimod gebruikt zal worden
tijdens het onderzoek, worden er weinig bijwerkingen verwacht.
Het onderzoek is groepsgebonden.
Aldara Subprotocol Amendment 1, 19 April 2010:
Het aantal extra visites voor het subprotocol is 2.
Na de eerste en tweede vaccinatie wordt 1 extra controle van vitale functies
gedaan: 24 uur na vaccinatie. Verder worden er extra bloedafnames gedaan voor
de vaccinatie, 4 uur na vaccinatie en 24 uur na vaccinatie. In totaal wordt
hierbij 6 x 5 mL bloed afgenomen (totaal 30 ml extra).
Voor de visite 24 uur na de vaccinaties is een extra bezoek aan het ziekenhuis
nodig.
Publiek
Albinusdreef 2
2333 ZA Leiden
NL
Wetenschappelijk
Albinusdreef 2
2333 ZA Leiden
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- patiënten van 18 jaar of ouder
- patiënten die aan het protocol willen en kunnen voldoen en een toestemmingsverklaring kunnen en willen geven, in overeenstemming met de wet-en regelgeving
- histologisch bewezen hoog-gradige VIN/VaIN, positief voor HPV16
- labwaarden op baseline: witte bloedcellen > 3000 x 109/l, lymfocyten > 1000 x 109/l, bloedplaatjes > 100 x 109/l, HIV-negatief en Hepatitis B-negatief
- patienten die kinderen kunnen krijgen moeten een negatieve zwangerschapstest hebben en instemmen met het gebruik van effectieve anticonceptie gedurende de volledige behandeling en de follow-up periode van de studie
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- bekende overgevoeligheid voor het vaccin of imiquimod of voor een van de ingrediënten
- indicatie van een huidige actieve infectieziekte aan de vulva of andere infecties die medische aandacht nodig hebben, anders dan HPV16
-VaIN laesies die niet onderscheiden kunnen worden van een tevens bestaande cervicale intra-epitheliale neoplasie (CIN) laesie.
- geschiedenis van een auto-immuunziekte of een andere systemische ziekte die de immunocompetentie van de patiënt zou kunnen beïnvloeden, of patiënten die immunosuppresieve therapie krijgen, inclusief transplantaat-ontvangers
- geschiedenis van een tweede maligniteit, behalve curatief behandelde lage-graad tumoren met een histologie die gedifferentieerd kan worden van de vulvaire/cervix kanker typen
- radiotherapie, chemotherapie, toegediend binnen 4 weken voorafgaand aan de inclusievisite
- deelname aan een onderzoek met een onderzoeksgeneesmiddel binnen 30 dagen voorafgaand aan de inclusievisite
- een conditie die naar de mening van de onderzoeker kan interfereren met de uitvoering van de studie
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2007-005230-37-NL |
CCMO | NL21215.000.08 |