Het doel van dit onderzoek is het in kaart brengen van 1) mogelijke neuroendocrine implicaties bij vrouwen met een hypersecretie van androgenen en 2) individuele effecten van geslachtshormonen op het cognitief functioneren bij transseksuelen,…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
- Gonadotrofine- en geslachtshormoonveranderingen
Synoniemen aandoening
Aandoening
Geslachtsaanpassende behandeling voor genderdysforie
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
- Blood oxygen level dependent (BOLD) respons in functional MRI
- Testresultaten van het neuropsychologisch onderzoek
Secundaire uitkomstmaten
- Serum samples van geslachtshormonen
- Bloeddruk
- Antropometrische metingen
- Score op angst- en depressieschaal
Achtergrond van het onderzoek
Dat geslachtshormonen van invloed zijn op de hersenen is bekend, maar nog
onduidelijk is welke cognitieve functies onder invloed staan van activerende
effecten. Zeker bij mensen zijn deze effecten nog maar weinig onder
experimentele condities onderzocht. Dit maakt het lastig een goede inschatting
te maken van eventuele voor- en nadelen van bepaalde chirurgische interventies
en medicamenteuze behandelingen. Zowel bij gezonde mannen als vrouwen is een
combinatie van androgenen en oestrogenen actief. Dit betekent dat de
individuele effecten van deze geslachtshormonen moeilijk te onderscheiden zijn.
Transseksuelen die in het kader van hun geslachtsaanpassende behandeling eerst
een behandeling met GnRH analogen en vervolgens cross-sex hormonen krijgen,
bieden een unieke mogelijkheid deze individuele effecten van geslachtshormonen
bij mannen en vrouwen te onderzoeken. Eerder neuropsychologisch onderzoek liet
bij VM-transseksuelen na het gebruik van androgenen een verbetering van
prestatie zien op spatiële taken en een verslechtering op verbale fluency taken
en een omgekeerd effect na androgeen-deprivatie bij MV-transseksuelen [van
Goozen et al., 1995]. Meer klinisch relevante functies, zoals geheugen en
executieve functies zijn in deze studies niet onderzocht. MRI onderzoek toonde
bij VM-transseksuelen na androgeen-behandeling een toename in het volume van de
hersenen aan in de richting van mannelijke verhoudingen, terwijl een omgekeerd
effect zichtbaar was bij MV-transseksuelen na gecombineerde behandeling met
anti-androgenen en oestrogenen [Hulshoff Pol et al.,2006]. Deze onderzoeken
maakten echter geen gebruik van een baseline-meting waarbij de endogene
geslachtshormoonproductie werd geblokkeerd en was bij de MV-transseksuelen het
zuivere effect van de oestrogeenbehandeling niet te meten omdat uitgegaan werd
van de gangbare gecombineerde behandeling. Dat vervolgonderzoek de cognitieve
bevindingen niet volledig kon repliceren [o.a. van Goozen et al., 2002], heeft
wellicht te maken met het feit dat de transseksuelen onder te verdelen zijn in
een zgn. *early onset* en *late onset* groep. Het is denkbaar dat de twee
groepen niet even gevoelig zijn voor activerende effecten
omdat zij al prenataal aan verschillende geslachtshormoonspiegels blootgesteld
zijn geweest.
Een andere populatie waarbij overmatige blootstelling van geslachtshormonen een
grote rol speelt zijn vrouwen met een polycysteus-ovarium syndroom (PCOS). Dit
veelvoorkomende syndroom (5% van de Nederlandse vrouwen) gaat gepaard met
chronische hypersecretie van androgenen waarbij de secretie oestrogenen normaal
blijft. Dit zorgt voor symptomen zoals onregelmatige menstruatiecycli (< 8
menses per jaar), acne, hirsutisme en zelfs onvruchtbaarheid. Naast de eerder
genoemde symptomen wordt de kans op metabole- en cardiovasculaire afwijkingen
verhoogd. Het cognitief functioneren is bij deze grote populatie echter
minimaal onderzocht. De hypersecretie van androgenen heeft wellicht een
activerend effect op het brein, waarbij functies en structuren veranderen. Er
is nog weinig bekend over het cognitief functioneren bij vrouwen met PCOS.
Dit klinisch model biedt, naast transseksuelen die in het kader van hun
geslachtsaanpassende behandeling starten met cross-sex hormonen, eveneens een
unieke mogelijkheid om de effecten van androgenen in kaart te brengen. Bij de
behandeling van PCOS worden de hormoonspiegels namelijk door
androgeen-deprivatie gereguleerd.
Doel van het onderzoek
Het doel van dit onderzoek is het in kaart brengen van 1) mogelijke
neuroendocrine implicaties bij vrouwen met een hypersecretie van androgenen en
2) individuele effecten van geslachtshormonen op het cognitief functioneren bij
transseksuelen, waarbij een focus wordt gelegd op het geheugen en executief
functioneren.
Onderzoeksopzet
In een prospectief neuropsychologisch en functioneel MRI-onderzoek bij twintig
vrouw-naar-man (VM) en twintig man-naar-vrouw (MV) transseksuelen, zal de
hormoonproductie van endogene geslachtshormonen worden geblokkeerd door middel
van GnRH-analogen (de baseline-meting). Een tweede meting wordt verricht na 16
weken behandeling met cross-sex hormonen, waarbij ook het metabolisme van
androgenen naar oestrogenen wordt geblokkeerd door het geven van een
aromatase-remmer.
Twintig vrouwen met PCOS zullen vóór en na een 16-weekse behandeling van anti
androgenen onderzocht worden met dezelfde testbatterij. De controlegroep
bestaat uit twintig gezonde vrouwen van infertiele stellen, waarbij de
infertiliteit veroorzaakt wordt door een mannelijke factor.
De testbatterij zal bestaan uit taken waarop sekseverschillen zijn aangetoond
en gevoelig lijken te zijn voor effecten van geslachtshormonen.
Inschatting van belasting en risico
De proefpersonen worden niet aan andere risico's blootgesteld dan de reguliere
behandeling. Zij zullen in de reguliere gezondheidszorg starten met een
hormonale behandeling. Er zullen echter twee meetmomenten worden ingelast voor
neuropsychologisch onderzoeken en een MRI scans. Dit is voor zover bekend niet
schadelijk voor de proefpersonen.
Publiek
postbus 7057
1000 MB Amsterdam
NL
Wetenschappelijk
postbus 7057
1000 MB Amsterdam
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Gender identiteitstoornis volgens de DSM-IV-TR
- Polycysteus ovarium syndroom met klinisch of biochemische aanwijzingingen voor
hyperandrogenisme
- In aanmerking komen voor een hormoonbehandeling
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Onvoldoende begrip van de Nederlandse taal
- Niet ingestelde hormonale stoornis
- Interventie met geslachtshormonen
- Neurologische of psychiatrische stoornissen die de testresultaten kunnen
beïnvloeden
- Neurofarmacologische interventie
- Overmatig alcohol gebruik (>5 units per dag) of drugsgebruik
- Contra-indicatie voor een MRI scan
- Hypersecretie van androgenen geproduceerd door iets anders dan de ovaria
- Zwangerschap
- Actieve kinderwens
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL29233.029.09 |