Het hoofddoel van het onderzoek is het beoordelen van de relatieve effectiviteit van botulinetoxine en 2-ductusligatie bij patiënten met een spastische parese die persisterend kwijlen ondanks conservatief beleid.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Congenitale en peripartale neurologische aandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De primaire uitkomstmaat is de mate van kwijlen. Deze wordt vastgesteld
vastgesteld door middel van het drooling quotiënt en een VAS-score. Met deze
methoden is reeds veel ervaring opgedaan binnen het UMC St Radboud.
Het drooling quotiënt is een gevalideerde methode om de mate van kwijlen te
inventariseren. Gedurende twee sessies van 10 minuten wordt elke 15 seconden
geregistreerd of er sprake is van nieuwe speekselvloed. De eerste sessie vindt
plaats in rust, de tweede tijdens een activiteit (bijvoorbeeld tv-kijken).
Tussen de twee sessies zit minimaal 30 minuten pauze. Door het aantal
observaties te delen door 0,4 wordt het percentage tijd verkregen dat iemand
kwijlt. Metingen vinden minimaal een uur plaats na het nuttigen van een
maaltijd.
Voor de VAS-score wordt ouders of verzorgers, en indien mogelijk ook de patiënt
zelf, gevraagd op een lijn van 10 cm de ernst van het kwijlen in de afgelopen
twee weken aan te kruisen, waarbij de linkerzijde van de lijn overeenkomt met
*overvloedig kwijlen* en de rechterzijde met *geen kwijlen*. Door met een
liniaal de positie van aankruising in mm op te meten wordt een score van 0-100
verkregen, waarbij *100* overeenkomt met *geen kwijlen*.
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire uitkomsten zijn de gekwantificeerde mate van kwijlen, kwaliteit van
leven, complicaties, opnameduur en duur van de interventie.
Achtergrond van het onderzoek
Kwijlen is een ernstig probleem voor kinderen met een neurologische stoornis.
Ongeveer 10-37% van de kinderen met een spastische parese lijdt in meer of
mindere mate aan ongewenst speekselverlies, met aanzienlijke morbiditeit als
gevolg. De behandeling is een klinisch lastig vraagstuk, mede doordat er weinig
bekend is over de relatieve waarde van de verschillende behandelingen.
Chirurgie wordt al lange tijd gezien als meest effectieve, maar meest
ingrijpende behandeling. De afgelopen twee decennia de zogenaamde
*submandibulaire ductusrelocatie* de meest gangbare procedure geweest. Deze
procedure is effectief en kent relatief weinig complicaties, maar is sterk
invasief en vergt wel een meerdaagse ziekenhuisopname, waaronder een nacht
observatie op een intensive care. In het UMC St Radboud vormt deze techniek
daarom het sluitstuk van de behandeling van ernstig kwijlende kinderen.
De ingrijpendheid van submandibulaire ductusrelocatie heeft ertoe geleid dat
sinds enkele jaren een eenvoudigere, minder belastende operatie in opkomst is:
2-ductusligatie. In de literatuur wordt deze techniek beschreven als veilig en
effectief, met een drastisch verkorte operatie- en opnameduur. Zo kan de
procedure doorgaans in dagopname plaatsvinden en is geen IC-opname vereist. Met
name voor deze zeer kwetsbare kinderen is de afgenomen operatiebelasting
potentieel een zeer groot voordeel. Ook de ervaringen in het UMC St Radboud
geven aan dat 2-ductusligatie een alternatief kan vormen voor submandibulaire
ductusrelocatie, en de toepassing ervan zal om die reden sterk worden
uitgebreid.
Sinds circa 10 jaar is injectie met botulinetoxine in de speekselklieren het
meest toegepaste alternatief voor chirurgie. Vaak wordt het als eerste
behandeling toegepast als conservatieve maatregelen onvoldoende effect hebben.
Botulinetoxine-injectie is minimaal invasief, effectief en weinig belastend.
Het belangrijkste nadeel van botulinetoxine is dat het speekselverminderend
effect per definitie tijdelijk is. Hierdoor zijn geregeld periodieke
herhalingsbehandelingen nodig. Hoewel dit in principe eindeloos mogelijk is, is
een dergelijke opzet voor patiënten een relatief grote belasting. In de
praktijk is het daarom vaak een uitdaging of vervolgbehandeling moet bestaan
uit hernieuwde injectie met botulinetoxine, of uit een permanente
(chirurgische) oplossing.
Nu 2-ductusligatie als chirurgische techniek in zwang raakt, wordt de keuze
tussen chirurgie en (herhaalde) botulinetoxineinjectie nog lastiger: er is
immers nog geen enkele vergelijkende informatie over de effectiviteit,
duurzaamheid en morbiditeit van 2-ductusligatie ten opzichte van
botulinetoxine. Zowel artsen als kinderen of hun verzorgers kunnen derhalve
geen onderbouwde afweging maken tussen deze behandeilngen. De studie is erop
gericht dit hiaat op te vullen, zodat het behandelprotocol voor deze kwetsbare
patiënten zo optimaal mogelijk is: maximaal effectief en minimaal belastend.
Doel van het onderzoek
Het hoofddoel van het onderzoek is het beoordelen van de relatieve
effectiviteit van botulinetoxine en 2-ductusligatie bij patiënten met een
spastische parese die persisterend kwijlen ondanks conservatief beleid.
Onderzoeksopzet
Het betreft een gerandomiseerde, gecontroleerde studie (RCT). De behandeling
van geïncludeerde patiënten bestaat uit ofwel (herhaalde) botulinetoxine, dan
wel 2-ductusligatie.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Er zijn twee interventies: injectie met botulinetoxine en 2-ductusligatie. Beide procedures vinden in dagbehandeling plaats. A) 2-ductusligatie Nadat de patiënt onder algehele narcose is gebracht, wordt de voorzijde van de mondbodem geïnfiltreerd met lidocaïne met adrenaline. Een incisie wordt gemaakt in de mondbodem rond de opening van de ductus submandibularis, waarna het distale deel van de ductus wordt vrijgeprepareerd. Als de ductus voldoende is vrijgeprepareerd wordt deze dichtgeklemd met een tweetal metalen clips. De procedure wordt herhaald aan de andere zijde, waarna de mondbodem wordt gesloten. Het standaard farmacotherapeutische beleid bestaat uit een 7-daagse postoperatieve kuur met amoxicilline/clavulaanzuur en diclofenac gedurende vijf dagen als pijnstilling. B) Botulinetoxine De patiënt wordt onder algehele narcose gebracht. 25 eenheden botulinetoxine type A (Botox; Allergan, Nieuwegein) worden opgelost in 0,9% natriumchloride in een 1ml-injectiespuit. Onder echogeleide wordt deze hoeveelheid over tenminste drie locaties in de glandula submandibularis. De procedure wordt aan beide zijden uitgevoerd.
Inschatting van belasting en risico
Er zijn geen specifieke risico's tengevolge van deelname aan de studie. De
geboden behandelingen zijn al routinematig uitgevoerd buiten studieverband en
daar veilig gebleken. Het follow-upprotocol van de studie kent geen aanvullende
risico's.
Er is weinig aanvullende belasting tengevolge van deelname aan de studie. Alle
interventies op dit gebied worden reeds systematisch vervolgd. De extra
belasting tengevolge van het onderzoek bedraagt ca. 1,5 uur (voorlichting voor
informed consent en extra follow-up na twee weken).
Publiek
Philips van Leydenlaan 15
6525EX
NL
Wetenschappelijk
Philips van Leydenlaan 15
6525EX
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Leeftijd >= 6 jaar
- Cerebrale parese of andere niet-progressieve neurologische afwijking
- Ernstig invaliderend kwijlen (DF>=3, DS>=2 - zie paragraaf 3.3, meetmethoden)
- Maximaal conservatieve behandeling heeft niet geleid tot een duurzame, adequate vermindering van het kwijlen
- Informed consent
- Cognitieve vaardigheid ouders/verzorgers voldoende om aan de studie deel te nemen, zoals beoordeeld door onderzoeker
- Motivatie om na 2, 8 en 32 weken voor controle terug te komen
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Gelijktijdige deelname aan een andere studie
- Eerdere operaties of anatomische afwijkingen in het hoofd-halsgebied die een van de twee interventies onmogelijk maken
- Gelijktijdige andere behandeling voor kwijlen
- Gebruik benzodiazepines
- Overgevoeligheid of andere contra-indicatie voor toepassing botulinetoxine of chirurgie
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL26144.091.11 |