Hoofddoel:1. Om binnen individuen de temporele patronen van fysieke activiteit en depressieve stemming in kaart te brengen, en hun onderlinge relatie te onderzoekenSecundaire doelen:2. Om mechanismen in, en moderatoren van de relatie tussen beweging…
ID
Bron
Verkorte titel
Stemming en beweging in het dagelijks leven
Aandoening
- Stemmingsstoornissen en -afwijkingen NEG
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Stemming wordt gemeten met de Positive and Negative Affect Schedule (PANAS), en
twee additionele items, namelijk "vrolijk" en "somber". De PANAS is een kort en
valide instrument voor de meting van dagelijkse stemming. Fysieke
activiteitspatronen worden geregistreerd met een accelerometer, de ActiCal®
(Respironics, Bend, OR, USA). De verzamelde data zal worden uitgedrukt in
Energy Expenditure (EE) en Metabolic Equivalent of Task (METs). Naast
actigrafie wordt er een nieuw ontwikkelde vragenlijst toegevoegd aan het
dagboek. Deze bevat items over de aard en context van fysieke activiteit en
over motivaties voor beweging.
Secundaire uitkomstmaten
Driemaal daags wordt er speeksel verzameld met behulp van een synthetisch watje
(salivet). Hiermee wordt de concentratie van verschillende biochemische stoffen
bepaald, waaronder cortisol, alpha-amylase en melatonine, als indicatoren voor
respectievelijk HPA-as activiteit, ANS-activiteit en circadiane fase.
Slaapkwaliteit wordt gemeten met een deel van de Pittsburgh Sleep Diary (PSD).
De hoeveelheid en kwaliteit van slaap kunnen namelijk een groot effect hebben
op stemming. Andere activiteiten en cognities die fysieke activiteit en
stemming beïnvloeden, zoals sociale interactie, belangrijke gebeurtenissen,
piekeren en eigenwaarde worden gemeten met behulp van items die overgenomen
zijn uit eerdere herhaalde-metingenstudies.
Aan de start van het onderzoek, volgend op het diagnostisch interview, worden
slaapgewoonten uitgevraagd met de Munich Chronotype Questionnaire (MCTQ), wordt
cognitieve kwetsbaarheid uitgevraagd met de Dysfunctional Attitudes Scale
(DAS-A), eigenwaarde met de Rosenberg's Self-Esteem Scale (SES), mastery (locus
of control) met de Pearlin Mastery Scale (PMS) en neuroticisme met de Eysenck
Personality Questionnaire Revisited Short Scale (EPQ-RSS). Potentiele
confounders zoals roken, alcohol/drugs consumptie, lichaamsgewicht, menstruele
cyclus en fase worden geregistreerd.
Achtergrond van het onderzoek
Depressie is een veelvoorkomende psychiatrische stoornis, met een vaak
chronisch of recidiverend beloop, en met vergaande consequenties voor de
kwaliteit van leven en toekomstige mogelijkheden. De kernsymptomen van
depressie zijn depressieve stemming en anhedonie (verlies van interesse of
plezier). Fysieke activiteit is op allerlei manieren gerelateerd aan depressie.
Personen met een depressie zijn doorgaans minder fysiek actief, en sedentaire
personen hebben over het algemeen meer last van depressie. Gezien de negatieve
relatie tussen fysieke activiteit en depressieve stemming, zou fysieke
inactiviteit herstel van depressie kunnen hinderen.
Fysieke activiteit zou als (onderdeel van) behandeling voor depressie erg
waardevol kunnen zijn, maar de effecten van beweginggerelateerde interventies
die in de literatuur gerapporteerd worden zijn bescheiden en niet eenduidig, en
de onderliggende mechanismen zijn nog niet duidelijk. Dit is in elk geval ten
dele toe te schrijven aan limitaties van eerdere studies; de meerderheid van de
studies gebruikte cross-sectionele designs, of longitudinale groepsdesigns met
slechts enkele meetmomenten. Deze (nomothetische) onderzoeken zijn geschikt
voor generalisatie van de gevonden associaties naar de algemene bevolking, maar
vertellen ons weinig over associatiepatronen binnen individuen.
Met de huidige studie hebben we als doel de effectiviteit van
beweginggebaseerde interventies voor depressie te verbeteren, door temporele
patronen en mogelijke mechanismen op het niveau van het individu te bestuderen.
Daaropvolgend willen we de data van alle individuen aggregeren om algemeen
geldende patronen en mechanismen te ontdekken.
Doel van het onderzoek
Hoofddoel:
1. Om binnen individuen de temporele patronen van fysieke activiteit en
depressieve stemming in kaart te brengen, en hun onderlinge relatie te
onderzoeken
Secundaire doelen:
2. Om mechanismen in, en moderatoren van de relatie tussen beweging en stemming
binnen het individu te onderzoeken, zoals de sociale context van fysieke
activiteit, functioneren van het stress systeem, en cognitief/emotioneel
functioneren
3. Om te onderzoeken in hoeverre deze mediërende en modererende factoren
specifiek geldend zijn voor het individu of ook algemeen (generieke factoren)
Onderzoeksopzet
De studie bestaat uit het doen van hoog-frequente herhaaldelijke metingen bij
meerdere personen. 30 depressieve en 30 niet-depressieve proefpersonen zullen
30 dagen in hun eigen omgeving een elektronisch dagboek bijhouden en speeksel
verzamelen. Fysieke activiteit zal gemeten worden met behulp van een
bewegingsmeter, die gedragen wordt om de heup of pols. Drie maal per dag vullen
proefpersonen vragen in over cognities, gevoelens en activiteiten, en
verzamelen ze speeksel met behulp van een synthetisch watje (salivet).
Inschatting van belasting en risico
Er zijn geen risico's verbonden aan deelname aan deze studie. Het onderzoek is
niet invasief. De belasting bestaat uit: een inclusieinterview van 1 tot 1.5
uur, het invullen van de dagboeken op vaste tijdstippen (3 x 3 minuten per
dag), het dragen van een bewegingsmeter 24 uur per dag, het kauwen op een
synthetisch watje drie keer per dag om speeksel te verzamelen. Proefpersonen
moeten zich onthouden van eten en drinken (behalve water) een half uur
voorafgaand aan het invullen van de vragenlijsten/verzamelen van het speeksel.
Een voordeel kan zijn dat de persoon meer inzicht krijgt in zijn/haar eigen
beweging- en stemmingspatronen, en in persoon-specifieke factoren die de
stemming kunnen verbeteren.
Publiek
Hanzeplein 1
Groningen 9713 GZ
NL
Wetenschappelijk
Hanzeplein 1
Groningen 9713 GZ
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Leeftijd tussen 20 en 50 jaar
Proefpersonen moeten in staat zijn om 3 keer per dag: een elektronisch dagboek bij te houden, speeksel te verzamelen terwijl deze het dagboek invult, zich te onthouden van eten of drinken (behalve water) een gedurende het half uur voorafgaand aan het verzamelen van speeksel. Bovendien moet de persoon in staat zijn gedurende de hele dag een bewegingsmeter te dragen.;Depressieve proefpersonen:
Voldoet aan DSM-4 criteria van een episode van depressie op het moment van inclusie;Niet-depressieve proefpersonen:
Voldoet niet aan DSM-4 criteria van een klinische depressieve episode (major), depressie syndroom (minor) of episode van dysthymie
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Een diagnose of diagnose in ergens in de afgelopen twee jaar van een psychotische or bipolaire stoornis
Lichamelijke stoornissen die het functioneren van de hypothalamus-hypofyse-bijnieras of het autonome zenuwstelsel ernstig aantasten
Medicatie die het functioneren van de hypothalamus-hypofyse-bijnieras of het autonome zenuwstelsel ernstig aantast
Ernstige problemen met zien of horen (niet te verhelpen door respectievelijk bril/lenzen of gehoorapparaat)
Zwangerschap
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL38006.042.11 |