Onderzoeken welke T cellen met welke kenmerken (fenotypering en klonaliteit) een rol spelen bij transplantatieziekte wanneer we kijken naar:a) geslachtsmatch: geslachtsgemismatchte donoren (vrouwelijke donor, mannelijke patiënt) versus…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
Synoniemen aandoening
Aandoening
transplantatieziekte (GvHD)
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Kwantiteit van T-cellen, fenotypering, specificiteit (mono- of polyklonaliteit)
met een vergelijking tussen de verschillende groepen.
Secundaire uitkomstmaten
Gradering van GvHD, therapierespons.
Achtergrond van het onderzoek
Allogene hematopoietische stamcel transplantatie (HSCT) is een belangrijke
behandeling voor patiënten met hematologische maligniteiten en niet maligne
beenmergaandoeningen. Voor kinderen die getransplanteerd worden met deze
hematopoietische stamcellen, wordt er gekozen uit gerelateerde (familie)
donoren, ongerelateerde HLA-gematchte donoren en navelstrengbloed donoren. De
donoren (met uitzondering van de navelstrengbloed donoren) kunnen stamcellen
uit het beenmerg donoren of gestimuleerde perifeer bloed stamcellen.
Een van de belangrijkste aandoeningen die de uitkomst van patiënten na HSCT
beïnvloed, is het optreden van transplantatieziekte (Graft-versus-Host Disease,
GvHD). Dit is een aandoening waarbij donor T cellen antigenen van de patiënt
herkennen. De T cellen van de donor herkennen de patiënt als lichaamsvreemd. Er
treedt een pathologische immuunreactiviteit op, die met name gericht is tegen
huid, lever en darmweefsel van de patiënt. Deze pathologische immuunreactie kan
zo uit de hand lopen dat patiënten er aan overlijden.
Tot op heden is het onbekend of de onderliggende pathofysiologie van GvHD na
HSCT met de verschillende bronnen van donoren hetzelfde is. Wel is bekend dat
grote verschillen bestaan in aantallen en kenmerken van de T cellen aanwezig in
de verschillende stamcel preparaten. Een vooronderzoek in Leiden toonde een
verschil in T cellen betrokken bij geslachtsgemismatchte (vrouwelijke donor bij
een mannelijke patiënt) transplantatieziekte na beenmergdonoren in vergelijking
tot geslachtsgematchte donoren. Er zijn echter nog geen gegevens bekend over de
soorten T cellen betrokken bij transplantatieziekte na navelstrengbloeddonatie.
Onze hypothese is dat er andere soorten T cellen betrokken zijn na de
verschillende vormen van HSCT, en ook dat deze T cellen andere kenmerken
hebben. Als er een verschil wordt aangetoond in T cellen betrokken bij
transplantatieziekte, dan heeft dit mogelijk gevolgen voor de voorkoming van
transplantatieziekte maar ook voor de behandeling ervan. Daarbij biedt het
mogelijkheden tot het opstellen van richtlijnen voor donorselectie.
Doel van het onderzoek
Onderzoeken welke T cellen met welke kenmerken (fenotypering en klonaliteit)
een rol spelen bij transplantatieziekte wanneer we kijken naar:
a) geslachtsmatch: geslachtsgemismatchte donoren (vrouwelijke donor, mannelijke
patiënt) versus geslachtsgematchte donoren (alle overigen),
b) bron van de stamcellen: gematchte beenmerg donor, gematchte perifeer bloed
stamcellen donor, navelstrengbloed donor
c) relatie van de donor: verwante (familie) donor versus onverwante donor
Onderzoeksopzet
Er wordt een cross-sectionele observationele cohort studie opgezet met een
invasieve handeling.
Inschatting van belasting en risico
Er zal een extra huidbiopt worden afgenomen op het moment dat er al een
huidbiopt wordt afgenomen om GvHD aan te tonen (diagnostische biopten). Ieder
biopt draagt risico van bloeding of infectie met zich mee. Een bloeding van het
huidwondje is over het algemeen goed te stelpen door af te drukken. Infecties
van de huid zijn zeer zeldzaam. Het wondje zal zich later tot een klein
litteken ontwikkelen. Naar ons weten is er geen literatuur bekend over het
risico op bloeding/infectie na huidbiopten bij kinderen met GvHD.
Dit onderzoek is groepsgebonden en kan daarom niet bij meerderjarige
wilsbekwame personen worden uitgevoerd. Bovendien zijn de observaties die
wijzen in de richting van een verschil in pathogenese van GvHD na
transplantatie met verschillende bronnen van stamcellen gedaan bij kinderen. De
transplantatie setting is daarnaast verschillend tussen volwassenen en
kinderen. Daarom zijn wij van mening dat we onze onderzoeksvraag betreffende
kinderen niet bij volwassenen kunnen beantwoorden.
Publiek
Postbus 85090
3508 AB Utrecht
NL
Wetenschappelijk
Postbus 85090
3508 AB Utrecht
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Pediatrische patienten na HSCT die verdacht worden van transplantatieziekte (GvHD) waarvoor de behandelend arts een huidbiopt wil afnemen.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Geen pediatrische patiënt, (wettelijke vertegenwoordigers van) patiënten die geen huidbiopt willen ondergaan, contra-indicatie voor een huidbiopt (bijv. allergisch voor lokale anesthetica).
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL38790.041.12 |