Zorgt het verbeteren van fecale productie voor een snellere definitieve diagnose bij kinderen met acute buikpijn?

Bij kinderen met acute buikpijn, blijkt dat een relatief grote groep geen
specifieke oorzaak heeft. Uit een ander onderzoek
blijkt dat een groot deel van deze groep lijdt aan acute of chronische
obstipatie.

De diagnose van obstipatie is moeilijk aangezien er meerdere evaluaties nodig
zijn, zoals een röntgenfoto van de buik en
uitgebreide anamnese over de tijd van de laatste ontlasting. Laxantia zijn
eerste keus behandeling voor obstipatie.

Het doel van dit onderzoek is om te zien of deze manier van behandelen zorgt
voor een snellere diagnose en hierdoor
minder buikpijn voor de patiënt.

Een gerandomiseerde controle interventie studie met of zonder behandeling.

Als er nog steeds twijfel is na klinisch onderzoek en laboratorium resultaten (waarbij een extra bloedmonster wordt genomen voor de substudie) of de patiënt appendicitis heeft, dan zal hij of zij worden gerandomiseerd. In deze studie krijgt de helft van de patiëntengroep laxantia en klysma, dit is de behandeling van constipatie, de andere groep krijgt in de tussentijd geen behandeling. Beide groepen zullen gevraagd worden om de volgende dag terug te komen voor een nieuw klinisch onderzoek, dit is volgens het standaard protocol. Tijdens het klinisch onderzoek wordt de pijnscore gemeten met behulp van de "comfort schaal" of de VAS meting, ook wordt de hoeveelheid gebruikt pijnstillers meegenomen.

Bij deze studie zullen patiënten die last hebben van obstipatie profiteren van
de gegeven interventie, aangezien laxantia en
klysma de standaard behandeling zijn voor obstipatie. Deze medicijnen hebben
geen serieuze negatieve gevolgen voor de
gezondheid van de kinderen die geen obstipatie hebben.

Substudie:
Het extra bloedmonster wordt afgenomen tijdens de routine bloedafname die
plaatsvindt bij alle kinderen met verdenking
op appendicitis. Dus er is geen extra venapuncture nodig.