Vergelijken van efficiëntie en veiligheid van de longvene ablatie d.m.v. een Cryoballon-katheter en radiofrequente ablatie met een ThermoCool-katheter bij patiënten met paroxysmaal boezemfibrilleren (PAF).
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Hartritmestoornissen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Periode tot aan de eerste gedocumenteerde recidive van boezemaritmieën (er
wordt rekening gehouden met een wachttijd (*blanking period*) van drie maanden
na de eerste ingreep).
Secundaire uitkomstmaten
Er worden verscheidene secundaire doelparameters in de onderzoekspopulatie
onderzocht.
Hoofdparameters: behandelingsgegevens (operatieduur, fluoroscopieduur, duur van
de ziekenhuisopname), kwaliteit van leven, sedatie, opheffen van het
fibrilleren en overlevingsperiode.
Veiligheid: ernstige bijwerkingen tijdens de observatieperiode met speciale
aandacht voor complicaties naar aanleiding van de ingreep, verlamming van het
middenrif en zenuwen en longaderstenose.
Achtergrond van het onderzoek
Atriumfibrilleren (AF) is een veel voorkomend en belemmerende cardiale aritmie,
betreffend 1-2% van de bevolking in Europa en 1-2 miljoen US-amerikanen.
Bovenop het verhoogde sterftecijfer en de hemodynamische belasting, veroorzaakt
AF een verhoogd risico of systemische embolieen voortkomend uit het linker
atrium (LA). Het risico op een ischemisch CVA bij patienten met niet valvulair
AF is 5 tot 7 maal hoger dan bij vergelijkbare patienten zonder AF. In het
algemeen is 20-25% van het aantal ischemische CVA's een gevolg van cardiale
emboli, waarvan de helft ontstaat by patienten met non-valvulair AF. Bovenop de
bewezen mortaliteit en morbiditeit, wordt AF geassocieerd met een substantiele
symptoomverhoging, veroorzaakt door de aritmie zelf, exacerbatie van
co-morbiditeit zoals congestief hartfalen, en bijkomende angst met betrekking
tot blijvende schadelijke gevolgen als ook de verhoogde kans op bijwerkingen
van anti-aritmische medicijnen (AAD's). De huidige beschikbare behandelmethoden
zijn niet toereikend vanwege verschillende redenen. AAD therapie heeft een lage
effectiviteit zelfs bij patienten met Paroxismaal Atriumfibrilleren (PAF), met
een hoog recidieve en hogere intolerantie van de bijwerking van de medicijnen.
Pulmonaalvene isolatie (PV's) dmv radiofrequentie (RF) laat een aanzienlijk
klinisch succes zien in de behandeling van PAF. Succesratio's varieren van 60 -
89%. Echter RF-ablatie wordt ook geassocieerd met ernstige complicaties, zoals
PV stenose, thrombo-embolische complicaties, cardiale perforatie met
pericardtamponade, en , zelden) nervus phrenicus denervatie, of oesophagale
fistels. Bijkomend is dat de geleverde RF energie snel irreversibel zijn en kan
niet gebruikt worden om tijdelijk en reversibel de elektrofysiologische funktie
van het weefsel rondom de RF catheter te beinvloeden. Gebruik van RF energie
kan pijnlijk zijn, daartegenover is bevriezen door cryotherapie mogelijk
pijnvrij. Medtronic CryoCath Technologies (Montreal, Quebec, Canada) heeft het
ArcticFront Cardiac Cryo Ablation Catheter System ( met de Flexcath stearable
sheath) ontwikkeld, bedoeld om snelle formering van cryoablatie lesies rondom
de ostia van de PV's te kunnen maken. Pre-klinische data laat lange termijn
effectiviteit zien van cryoballon ablitie met permanente Pulmonaal vene
isolatie. Resultaten van deze studie wekken de suggestie dat er geen PV stenose
en er zich geen thrombo-embolische incidenten hebben voorgedaan. Meest
voorkomende complicatie was de denervatie van rechtsgelegen PV's. Huidige
ervaring met de cryo ablatietechniek bij mensen is gebaseerd op een feasability
trial en een niet gerandomiseerd klinisch onderzoek. In dit niet gerandomiseerd
onderzoek ondergingen 346 patienten een succesvolle cryo ablatiebehandeling.
PV-isolatie werd bij 97% van de patienten bereikt, waarbij afwezigheid van
gedocumenteerd AF werd bereikt bij 74% van de patienten, na een mediane
follow-up van 12 maanden. bij 26 patienten (7,7%) werd nervus phrenicus
denervatie gezien. Overlijden en PV stenose werden niet geconstateerd. De
meerderheid van de patienten herstelde binnen 6 maanden, alle patienten
herstelden binnen 12 maanden.
De STOP-AF Pivotal Trial liet veiligheid en effectiviteit zien van het
ArcticFront System bij de behandelijk en beeindiging van paroxismaal
atriumfibrilleren. In dit Multi-center, gerandomiseerd klinisch onderzoek
werden 245 patienten geincludeerd. ( 82 medicatiebehandeling, 163 Cryo
ablatiebehandeling). Het onderzoek liet zien dat 69,9% van de met cryo ablatie
behandelde patienten vrij van AF bleef na 1 jaar, vergeleken met 7,3% van de
met medicijnen behandelde patienten. Het onderzoek liet tevens zien dat het
cryo ablatie systeem veilig is, met minimale procedure gerelateerde adverse
events (3,1%), en de deelnemende patienten een significante symptoomafname
lieten zien, een afname van het gebruik van medicijnen en substantiele
verbetering van zowel de fysieke als psychische kwaliteit van leven factoren.
Gebaseerd op deze bemoedigende resultaten, is dit gerandomiseerd onderzoek
ontworpen om te voorzien in valide wetenschappelijk bewijs om aan te tonen dat
het ArcticFront Cardiac CryoAblation System (met een Flexcath Steerable sheath)
veilig en effectief is voor Pulmonaalvene isolatie bij patienten met
Paroxismaal Atriumfibrilleren in vergelijking met Radiofrequente Ablatie door
middel van de NaviStar Thermocool Irrigated Tip Ablation Catheter in combinatie
met het 3D mapping systeem Carto, wat een van de meest geaccepteerde methodes
is bij AF Ablatieprocedures.
Doel van het onderzoek
Vergelijken van efficiëntie en veiligheid van de longvene ablatie d.m.v. een
Cryoballon-katheter en radiofrequente ablatie met een ThermoCool-katheter bij
patiënten met paroxysmaal boezemfibrilleren (PAF).
Onderzoeksopzet
Een gecontroleerd, interventioneel, multicentrum onderzoek naar
non-inferioriteit met parallelgroepen in een PROBE-opzet (prospectief,
gerandomiseerd, open, dubbelblinde eindpuntanalyse).
Onderzoeksproduct en/of interventie
Elektrische isolatie van de longvenen bij PAF-patiënten, óf m.b.v. cryoablatie (ArcticFront® Cardiac cryoablatie kathetersysteem met FlexCath bestuurbare schacht) óf radiofrequente ablatie met de NaviStar® ThermoCool® Irrigated Tip katheter in combinatie met het 3D Mapping System CARTO.
Inschatting van belasting en risico
n. a.
Publiek
Heimeranstraße 35
Munich 80339
DE
Wetenschappelijk
Heimeranstraße 35
Munich 80339
DE
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
I1. Symptomatisch PAF met tenminste twee perioden in de voorgaande 3 maanden en
tenminste 1 gedocumenteerde periode (episode lengte van 30 seconden).
I2. Gedocumenteerd effectiviteitsfalen van tenminste 1 anti-arrhytmicum (AAD type I of
II, behoudens Betablocker of AAD-intolerantie.
I3. Leeftijd tussen 18 en 75 jaar
I4. Patienten die mentaal en verbaal in staat zijn om het doel van de studie te begrijpen
en kunnen voldoen aan de eisen gesteld in het protocol.
I5. Patient is in staat om verbaal aan te geven dat hij/zij op hoogte is van de mogelijke
bijkomende risico's, voordelen en mogelijke behandelalternatieven van deze studie:
Ablatie met Cryoballon of standaard RF Ablatie. De patienten stemmen in met deze
risico's en voordelen d.m.v. een informed consent, waarin deze risico's en voordelen
vermeld staan. De patienten zijn op de hoogte van de details van de studie en hebben
het informed consent formulier getekend.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
E1. Levensverwachting korter dan 1 jaar
E2. Deelname aan een ander klinisch onderzoek (drug, device, biologisch), binnen 2
maanden voorafgaand of nog voortdurend.
E3. Zwangere vrouwen of vrouwen in de vruchtbare leeftijd zonder adequate
anticonceptie: alleen vrouwen die gebruik maken van een effectieve methode (orale
anticonceptie of spiraaltje, of vrouwen die gesteriliseerd zijn kunnen voor de studie
gerandomiseerd worden.
E4. Vrouwen die borstvoeding geven.
E5. Drugs- of alcoholverslaving.
E6. Actieve systemische infectie.
E7. Cryoglobuline anemie
E8. Eerdere deelname aan dit onderzoek
E9. Patienten met kunstmatige hartkleppen.
E10. Werkzaam bij de sponsor of werkzaam bij een van de onderzoekers.
E11. Familieleden van een van de onderzoekers.
E12. Voorgaande Linkeratrium ablatie of operatie.
E13. Thoracale hartchirurgie of PCI in de 3 maanden voor deelname aan studie.
E14. Instabiele angina pectoris.
E15. Acuut myocardinfarct in de 3 maanden voor deelname aan studie.
E16. Symptomatische carotisstenose.
E17. COPD met geconstateerde pulmonaire hypertensie.
E18. Contra-indicatie voor chronische anti-coagulatie.
E19. Beroerte of TIA in de 6 maanden voorafgaand aan deelname.
E20. Significant congenitale hartcondities al dan niet gecorrigeerd (inclusief atriumseptum
defecten of pulmonaalvene afwijkingne) uitgezonderd patent foramen ovale.
E21. NYHA class III of IV congestief hartfalen.
E22. EF <35% (geconstateerd en gedocumenteerd dmv echocardiografie binnen 60 dagen
voor deelname)
E23. LA diameter anteroposterior > 55 mm (door TTE binnen 3 maanden voor deelname).
E24. LA stolsel (diagnostisch TEE bij opname)
E25. Intracardiaal stolsel.
E26. PV diameter > 26 mm in rechts gelegen Pulmonaal venen.
E27. Mitraalklep plastiek of -klep.
E28. Hypertrofische cardiomyopathie
E29. Tweedegraads (Type II) of derdegraads AV-block.
E30. Brugada syndroom of lang QT-syndroom.
E31. Arrhythmogeen rechterventrikel dysplasie.
E32. PV stent.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
Ander register | NCT01490814 |
CCMO | NL41175.075.12 |