Primair:- De evaluatie van de effectiviteit gemeten in algehele overlevingsduur (OS),met als doel het aantonen van betere werkzaamheid van inotuzumab ozogamicin wanneer het toegediend wordt in combinatie met rituximab, vergeleken met een actieve…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
- Non-Hodgkin lymfomen, niet gespecificeerde histologie
Synoniemen aandoening
Aandoening
Subject with a diagnosis of CD20 and CD22- positive agressive non-Hodgin lymphoma
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Algehele overlevingsduur (OS),
Secundaire uitkomstmaten
- Progressievrije overleving (PFS);
- Algehele (objectieve) respons ratio (ORR);
- Duur van de response (DoR);
- Uitspraken van patiënten over gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven
(HRQOL), lymfoom-specifieke symptomen, en de gezondheidstoestand van patiënten
uit de twee respectievelijke controlegroepen gemeten aan de hand van de
vragenlijsten van Functional Assessment of Cancer Therapy for Lymphoma
(FACT-Lym) en EuroQol-5D (EQ-5D).
Achtergrond van het onderzoek
Inotuzumab ozogamicin is een antilichaam dat geconjugeerd aan een cytotoxisch
antitumor-antibioticum (calicheamicin) bindt aan CD22, en dat ontwikkeld wordt
voor de behandeling van non-Hodgkin-lymfoom (NHL). NHL is wereldwijd de tiende
meest gediagnosticeerd vorm van kanker. Meestal (in >90% van de gevallen ) gaat
NHL gepaard met maligniteiten van de B-lymfocyten, die zowel CD20 als CD22 tot
expressie brengen.
Agressieve vormen van NHL, waaronder diffuus grootcellig B-cel lymfoom (DLBCL),
dat de grootste subgroep van NHL-patiënten omvat, zijn mogelijk geneeslijke
vormen van kanker. De eerste behandeling bestaat vaak uit rituximab (een
antilichaam dat aan CD20 bindt) in combinatie met chemotherapie. De respons is
hoog (algehele respons ratio, ORR = 75% tot 90%). Ongeveer de helft van alle
responderende patiënten krijgen een terugval waarna de behandeling die
doorgaans ook uit rituximab bestaat, minder effectief lijkt te zijn (ORR = 20%
tot 85%) en wordt niet als curatief gezien zonder verdere combinatietherapie
(waaronder hoog-gedoseerde chemotherapie en autologe stamceltransplantatie
[aSCT]). Combinatietherapie is beperkt tot patiënten die op basis van hun
medische conditie bestand zijn tegen additionele myeloablatieve conditionering.
Een sterke therapie blijft voor de meeste patiënten met een recidiverend
agressief NHL (waaronder bijv. ook de patiënten die niet geschikt zijn voor
combinatietherapie) een onvervulde medische behoefte.
De huidige klinische ervaringen met inotuzumab ozogamicin in combinatie met
rituximab suggereren dat deze kuur gelijke of grotere activiteit vertoont in
vergelijking met andere doorgaans gebruikte tweedelijns of latere therapieën
voor recidiverende vormen van agressieve NHL. Tot op heden is een ORR van 80%
en een mediane progressievrije overleving bereikt van 15,1 maanden in 40 DLBCL
patiënten die deelnamen aan een bijna voltooide fase 1/2 studie, waarbij 79%
van de patiënten 1 jaar na het begin van de behandeling met inotuzumab
ozogamicin in combinatie met rituximab nog in leven waren.
Er is ook respons waargenomen bij patiënten met andere vormen van agressieve
NHL subtypes, waaronder mantelcellymfoom. Gebaseerd op deze positieve
bevindingen zal deze studie de klinische activiteit en veiligheid van
inotuzumab ozogamicin in combinatie met rituximab verder evalueren in de
behandeling van patiënten met recidiverende/refractaire vormen van agressief
NHL die niet in aanmerking komen voor intensieve hoog-gedoseerde chemotherapie
vergeleken met de voorkeursbehandeling waarbij een keuze gemaakt wordt tussen
twee rituximab (R)-bevattende chemotherapie kuren, R-bendamustine en
R-gemcitabine. Voor elk van deze kuren is activiteit in de behandeling van
recidiverende agressieve vormen van NHL gedemonstreerd in een een-arm fase 2
klinische onderzoek.
Doel van het onderzoek
Primair:
- De evaluatie van de effectiviteit gemeten in algehele overlevingsduur
(OS),met als doel het aantonen van betere werkzaamheid van inotuzumab
ozogamicin wanneer het toegediend wordt in combinatie met rituximab, vergeleken
met een actieve controlegroep.
Secundair:
- De evaluatie van de veiligheid en tolerantie van inotuzumab ozogamicin in
combinatie met rituximab vergeleken met een actieve controlegroep
- De evaluatie van de effectiviteit van inotuzumab ozogamicin in combinatie met
rituximab vergeleken met een actieve controlegroep gebruikmakend van de
volgende eindpunten/omslagpunten:
- ORR; [objectieve respons]
- PFS; [progressievrije overlevingsduur]
- Duur van de respons (DoR).
- Vergelijking van uitspraken van patiënten over gezondheidsgerelateerde
kwaliteit van leven (HRQOL), lymfoom-specifieke symptomen, en de
gezondheidstoestand van de twee respectievelijke controlegroepen.
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek is een gerandomiseerde, open-label fase 3 onderzoek met twee
groepen, dat opgezet is om de effectiviteit en veiligheid van inotuzumab
ozogamicin in combinatie met rituximab aan te tonen ten opzichte van de
voorkeursbehandeling van de onderzoeker van een van beide chemotherapie kuren
(R-bendamustine or R-gemcitabine).
Onderzoeksproduct en/of interventie
Patiënten worden gerandomiseerd in een 1:1 ratio toegewezen aan één van beide groepen. Patiënten in groep 1 wordt inotuzumab ozogamicin in combinatie met rituximab (R-inotuzumab ozogamicin) toegediend. Patiënten in groep 2 wordt de kuur volgens de voorkeur van de onderzoeker (rituximab + bendamustine orrituximab + gemcitabine) toegediend.
Inschatting van belasting en risico
Deelnemers ondergaan het volgende gedurende de study
Vragen over:
- Medisch geschiedenis;
- kanker historie en behandeling;
- gewoonlijke physical activity;
- regulaire ontvangen zorg als gevolg van ziekte;
- andere anti-kanker behandeling ontvangen
Lichamelijk onderzoek;
Urine verzameling
Bloed verzameling: het totale volume bloed dat wordt gecollecteerd van de
subject zal ongeveer 320 ml zijn over een periode van 2 jaar.
CT, MRI of PET;
ECG en ECHO of MUGA;
2 vragenlijsten (FACT-Lym en EQ-5D)
Beenmerg en of biopsy aspiratie en/of biopsie (optioneel)
zie ook vraag E9 en E9a
Publiek
East 42nd Street 235
New York NY10017
US
Wetenschappelijk
East 42nd Street 235
New York NY10017
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1. Patiënten bij wie de diagnose CD 20- en CD 22-positieve agressieve NHL gesteld is (gebaseerd op lokale immunofenotypering en histopathologie) en die lijden aan een:
a. refractaire aandoening: progressie in de aandoening tijdens de meest recente behandeling met cytotoxische chemotherapie (single-agent immunotherapie als onderhoudsbehandeling wordt niet aangemerkt als cytotoxische therapie);
b. persisterende aandoening: gedefinieerd als stabiele aandoening of partiële respons na de meest recente voltooide behandeling met cytotoxische chemotherapie;
c. recidiverende aandoening: gedefinieerd als volledige respons aan het einde van de meest recente behandeling met cytotoxische chemotherapie waarna vervolgens een terugval of recidive optreedt.
Met ingang van de WHO classificatie 2008 aangewezen geschikte agressieve subtypes zijn onder meer: a) DLBCL (inclusief folliculair lymfoom), b) getransformeerd indolent lymfoom met DLBCL en c) primair mediastinaal grootcellig B-cel lymfoom.
2. Patiënten dienen al eerder behandeld te zijn met rituximab en mogen tot 3 maal eerder een kuur met cytotoxische chemotherapie ontvangen hebben voor aggressieve NHL. Om zeker te zijn van consistentie in het toepassen van de inclusiecriteria:
•Alleen regimes meetellen met 1 of meer cytotoxische medicatie. Tel palliatie met alleen steroiden, vaccines, niet-systematische therapie zoals bestraling, of onderhoudstherapie zoals rituximab, niet mee, .
•Tel alleen INDUCTIE regimes. Tel geen onderhouds- of consolidatietherapie.
•Wanneer een patient progressie van de ziekte had tussen 2 cytotixische regimes, tellen deze altijd als 2 aparte regimes.
Opmerking: Wanneer een regime gewijzigd is (Bijv. vanwege het niet verdragen van de patient of vanwege financiele redenen) en de patient geen progressie vertoonde voordat het regime werd gewijzigd, wordt dit niet geteld als een apart regime.
•Wanneer een patient getransformeerde indolente lymphoma heeft met DLBCL, tel dan alleen de regimes die zijn ontvangen voor agressieve lymphoma.
3. Patiënten mogen niet in aanmerking komen voor intensieve hoog gedoseerde chemotherapie, al dan niet met autologe stamceltransplantatie (aSCT) door een of meer van de volgende factoren: leeftijd, co-morbiditeit, performance status, eerdere hoog-gedoseerde chemotherapie of persisterende toxiciteit door eerdere chemotherapie (*transplantaat voorbereidend regime, bijv. BEAM, BEAC).
4. Leeftijd is 18 jaar of ouder (Voor Japan: leeftijd 20 jaar of ouder).
5. Absolute neutrofielen aantal (ANC) >=1,0 x 109/L (1000/µl) en trombocyten >= 75 x 109/L (75.000/µl), behalve wanneer deze gerelateerd zijn aan beenmerginfiltratie.
6. Serum creatinine <=1,5 x de uiterste waarde (ULN) (of enige serum creatinine waarde geassocieerd aan een gemeten of berekende creatinine clearance van >=40 ml/min).
7. Totaal bilirubine <=1,5 mg/dl (25,65 µmol/l) tenzij het syndroom van Gilbert vastgesteld is, aspartaat en alanine aminotransferase (ASAT, ALAT) <=2,5 x ULN.
8. Tenminste 1 meetbare laesie >=1,0 cm in twee loodrecht op elkaar staande richtingen met een product diameter >= 2,25 cm2 gevonden door computed tomography (CT) of magnetic resonance imaging (MRI).
Tumor lesies die gelokaliseerd zijn op een plek die al eerder bestraald is, zullen alleen beschouwd worden als meetbaar wanneer progressie is gedocumenteerd volgend op het afronden van de bestralingstherapie.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Eerdere allogene hematopoietische stamcel transplantatie (HCT).
2. Binnen <= 6 maanden voor de toediening van de eerste dosis van het onderzoeksgeneesmiddel:
a. Eerdere behandeling met CD 22-antilichamen;
b. Eerdere radio-immunotherapie.
3. Eerdere autologe stamceltransplantatie binnen <=4 maanden voor de gift van de eerste dosis van het experimentele product.
4. Contra-indicatie voor rituximab.
5. Contra-indicatie voor beide voorkeursbehandelingen met chemotherapie
6. Een performance status van 4 volgens de norm van de Eastern Cooperative Oncology Group (ECOG) en/of een levensverwachting < 12 weken.
7. Patiënten die bekend zijn met systemische vasculitis (bijv. granulomatose van Wegener, polyarteritis nodosa, systemische lupus erythematodes), primaire of secundaire immunodeficiëntie (zoals infectie met hiv of ernstige inflammatoire aandoeningen).
8. Acute of chronische hepatitis B of C infectie aangetoond door positiviteit voor resp. hepatitis B surface antigen en anti-hepatitis C antilichaam, of seropositiviteit voor het humaan immunodeficiëntievirus (hiv). Een hiv-test kan mogelijk conform de lokale regelgeving uitgevoerd worden.
9. Veno-occlusieve aandoeningen (VOD) in de anamnese of sinusoïdaal obstructie syndroom (SOS).
10. Aangetoonde ernstige actieve infectie (bijv.de noodzaak van een intraveneus [IV] toegediend antibioticum of een antiviraal of antischimmelmiddel), of patiënten met een recent doorgemaakte diepe weefselinfectie zoals fasciitis of osteomyelitis.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2010-020147-12-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT01232556 |
CCMO | NL34594.078.11 |