Netwerkveranderingen onderzoeken in patienten met SMA met behulp van MR imaging.We zullen de connectiviteit van centrale motor neuronen in SMA patienten vergelijken met ziekte controles (patienten met een myopathie) en gezonde controles aan de hand…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Neuromusculaire aandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
1) corticale morphologie bij T1 gewogen opnames
2) Structurele connectiviteit met behulp van DTI en fibertracking
3) Functionele connectiviteit met behulp van resting state- fMRI
Secundaire uitkomstmaten
Structurele en functionele MRI uitkomsten zullen worden gecorreleerd aan en
vergeleken met klinische uitkomsten.
Achtergrond van het onderzoek
Spinale spieratrofie (SMA) is een ziekte gekarakteriseerd door degeneratie van
de α-motor neuronen, axiale en proximale spierzwakte en wordt veroorzaakt door
een homozygote deletie van het survival motor neuron (SMN1) 1 gen. Het is de
meest voorkomende genetische oorzaak van kindersterfte en het veroorzaakt
ernstige beperkingen en morbiditeit in kinderen en volwassenen. Een zeer
homoloog SMN2 gen produceert een kleine hoeveelheid van het functionele SMN
mRNA in patienten met SMA, waardoor er een wisselende mate van SMN eiwit tekort
is. SMN is belangrijk voor mRNA splicing en axonaal transport, maar het
precieze mechanisme dat SMA veroorzaakt, ten gevolge van een te laag SMN eiwit,
is onduidelijk.
Recente bevindingen in diermodellen voor SMA suggereren dat een SMN eiwit
tekort een abnormale connectiviteit veroorzaakt van α-motor neuronen met de
spier ter plaatse van de neuromusculaire overgang en met de sensorische
afferenten in het ruggenmerg. Een verminderde connectiviteit van motor neuronen
is een belangrijke factor voor het ontstaan van spierzwakte in SMA.
Wij hebben in een recent onderzoek aangetoond dat er een gestoorde
neuromusculaire transmissie is in een aanzienlijk percentage van patienten met
SMA, waarmee een verminderde pre- en postsynaptische van de motor neuronen
werd bevestigd.
Onze hypothese is dat de verminderde motor connectiviteit in SMA niet beperkt
is tot het perifere motorische neuronen, maar dat deze ook in het centrale
motor neuron (de hersenen) kan worden aangetoond. Magnetische resonantie
imaging (MRI) is een veelgebruikte techniek om de motor connectiviteit in de
hersenen te bestuderen.
Doel van het onderzoek
Netwerkveranderingen onderzoeken in patienten met SMA met behulp van MR imaging.
We zullen de connectiviteit van centrale motor neuronen in SMA patienten
vergelijken met ziekte controles (patienten met een myopathie) en gezonde
controles aan de hand van corticale veranderingen en structurele en functionele
connetiviteit.
Onderzoeksopzet
Observationele pilot studie in een cross sectionele opzet
Inschatting van belasting en risico
Patiënten zullen eenmalig een klinisch onderzoek (vragenlijst (SMA FRS), FVC
meting & spiertest) en een MRI ondergaan in het Universitair Medisch Centrum.
Er zijn geen directe voordelen voor de patiënt bij deelname.
MRI wordt beschouwd als een veilige beeldvormingstechniek. MRI veroorzaakt geen
pijn en er zijn schadelijke korte- of lange-termijn effecten op het menselijke
lichaam of psyche beschreven. Risico's bij een MRI zijn gerelateerd aan het
gebruik van magnetische golven. Het belangrijkste risico is het magnetische
effect op metalen voorwerpen in of op het lichaam. Deze factoren zijn daarom
opgenomen in de exclusie-criteria om het risico op deze bijwerkingen uit te
sluiten. Een relatief veelvoorkomende bijwerking is misselijkheid en
duizeligheid gedurende de scan. Dit zijn voorbijgaande verschijnselen zodra de
scan klaar is.
Deze studie maakt MRI scans van de hersenen zonder medische indicatie. Er
bestaat een risico op het vinden van toevalsbevindingen die medische opvolging
of behandeling behoeven. patiënten zullen hier vooraf uitgebreid over worden
ingelicht. Indien er toevalsbevindingen worden gevonden die medische opvolging
of behandeling behoeven, zullen de onderzoeker de desbetreffende patiënt naar
de juiste specialist verwijzen en begeleiden.
Dit onderzoek geeft met behulp van de nieuwe informatie over motor
connectiviteit in de hersenen bij patiënten met SMA meer inzicht in de
pathofysiologie van SMA.
Publiek
Heidelberglaan 100
Utrecht 3584CX
NL
Wetenschappelijk
Heidelberglaan 100
Utrecht 3584CX
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1a. SMA patiënten
Patiënten met SMA worden geïncludeerd aan de hand van de volgende criteria: 1) diagnose met SMA type 2 of SMA type 3, gediagnosticeerd op basis van klinische karakteristieken en bevestigd met een homozygote deletie van het SMN1 gen; 2) toestemming tot deelname gegeven, zowel mondeling als schriftelijk
b. ZIekte controles met een spierziekte
Patienten met een spierziekte worden geïncludeerd aan de hand van de volgende criteria: 1) een diagnose van een spierziekte (Becker dystrophie, Congenitale myopathie, congenitale myasthenie, etc), diagnose gesteld op basis van klinisch karakteristieken en bevestigd middels een spierbiopt en/of genetische test en spierzwakte in een of meerdere ledematen met een MRC graad 1-4; 2) toestemming tot deelname gegeven, zowel mondeling als schriftelijk
c. Gezonde controles zonder diagnose van motor neuron ziekte of spierziekte en toestemming tot deelname gegeven, zowel mondeling als schriftelijk
2. Leeftijd 12 jaar en ouder
3. In staat om studie-informatie voldoende te begrijpen en in staat te begrijpen wat deelname inhoud
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1. Tracheostoma, tracheostomale beademing, (non-) invasieve beademing
2. Voorgeschiedenis of aanwezigheid van hersenletsel, epilepsie, psuychiatrische problemen of andere hersenziekten
3. Gebruik van medicatie die bekend staan om motor neuron ziekte of een spierziekte te mimicrien
4. Aanwezigheid van ernstige slikstoornissen en/of orthopneu
5. Contra-indicatie voor het ondergaan van een 3Tesla MRI (zoals beschreven in de contra-indicaties volgens de afdeling Radiologie)
6. Zwangerschap
7. Geforceerde vitale capaciteit met een verschil van >15% tussen zittende en liggende houding of tekenen van nachtelijke hypoventilatie (terugkerende ochtendhoofdpijn, zweten, orthopneu)
8. Scoliosecorrectiemateriaal in situ, wat niet compatibel is met een 3Tesla MRI
9. Claustrofobie
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL41981.041.12 |