De doelstelling van dit onderzoek is het vaststellen van de ziektelast van congenitale CMV infectie op de leeftijd van 5 à 6 jaar en tijdens de vroege kinderleeftijd (0-4 jaar) binnen Nederland. Hiermee wordt er meer inzicht verkregen over de lange…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Neurologische aandoeningen, congenitaal
- Virale infectieziekten
- Congenitale en peripartale neurologische aandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
- Gehoor op de leeftijd van 5 of 6 jaar
Secundaire uitkomstmaten
- Gehoor bij neonatale screening
- Cognitieve functioneren tijdens de vroege kinderleeftijd (0 tot 6 jaar)
- Visus tijdens de vroege kinderleeftijd (0 tot 6 jaar)
- Motorisch functioneren tijdens de vroege kinderleeftijd (0 tot 6 jaar)
- Virale load van CMV in de hielprikaart
- Kwaliteit van leven van kinderen (op de leeftijd van 5 à 6 jaar) en ouders
Extra onderzoek bij de CROCUS-studie
- Voorspellende factoren voor de uitkomst van congenitale CMV infectie.
Achtergrond van het onderzoek
Cytomegalovirus (CMV) infecties komen veel voor onder de algehele bevolking. Zo
is bijna 60% van de Amerikaanse vrouwen op vruchtbare leeftijd seropositief
voor CMV, wat duidt op een doorgemaakte infectie. Bij gezonde personen
veroorzaakt een infectie met dit virus niet of nauwelijks klachten. Het virus
blijft wel in het lichaam aanwezig na de eerste besmetting, waardoor er later
in het leven reactivaties kunnen optreden. Bij personen met een verminderde
immuunrespons, zoals HIV-geïnfecteerden en transplantatie patiënten, maar ook
bij een foetus (congenitale CMV infectie) kunnen CMV-infecties ernstige
gevolgen hebben.
Congenitale CMV infectie kan optreden bij een primaire of secundaire maternale
CMV-infectie. De geboorte prevalentie van congenitale CMV infectie wereldwijd
ligt tussen de 0.6% en 0.7%. Voor Nederland wordt een geboorte prevalentie van
0.5% aangehouden. Dit houdt in dat er in Nederland elk jaar naar schatting 1000
kinderen worden geboren met congenitale CMV. Uit internationale literatuur is
gebleken dat congenitale CMV infectie tot ernstige schade kan leiden. Bij
ongeveer 10-15% van de kinderen met congenitale CMV infectie zijn er bij de
geboorte afwijkingen waarneembaar. Het gaat daarbij om symptomen als *blue-
berry muffin rash*, petechieën, microcephalie, intra-uteriene groei
achterstand, hepatosplenomegalie en geelzucht. Van deze kinderen ontwikkelt
ongeveer de helft (40-58%) lange termijn complicaties, zoals gehoorverlies,
visuele stoornissen en cognitieve en motorische ontwikkelingsachterstand. Ruim
85% van de kinderen met congenitale CMV-infectie zijn bij de geboorte
asymptomatisch. Hierdoor wordt er dus niet opgemerkt dat zij een congenitale
CMV-infectie hebben. Deze kinderen hebben echter ook een risico van 10-15% op
lange termijn complicaties zoals gehoorstoornissen.
In Nederland is de omvang van de ziektelast ten gevolge van congenitale CMV
infecties niet goed bekend.
Doel van het onderzoek
De doelstelling van dit onderzoek is het vaststellen van de ziektelast van
congenitale CMV infectie op de leeftijd van 5 à 6 jaar en tijdens de vroege
kinderleeftijd (0-4 jaar) binnen Nederland. Hiermee wordt er meer inzicht
verkregen over de lange termijn consequenties van congenitale CMV infecties en
de specifieke situatie binnen Nederland.
Daarnaast wordt bij deze studie gekeken naar de associatie tussen virale load
van CMV in de hielprikkaart en de lange termijn gevolgen van ocngenitale CVM
infectie.
Inzicht in de lange termijn gevolgen van een congenitale CMV-infectie is
noodzakelijk om te kunnen beoordelen welke gezondheidswinst er te behalen is
door middel van (toekomstige) primaire en/of secundaire preventie.
Het screenen van de hielprikkaarten op congenitale CMV infectie zou de basis
kunnen zijn voor secundaire preventie maatregelen. Enerzijds kan er dan
adequate follow-up plaats vinden van kinderen met een congenitale CMV infectie,
die worden opgespoord via de hielprikscreening. Hierdoor is vroegtijdige
opsporing en interventie van lange termijn gevolgen mogelijk. Anderzijds zou
vroege antivirale behandeling mogelijk kunnen worden toegepast als secundaire
preventie maatregel.
Primaire preventie zou kunnen bestaan uit vaccinatie tegen CMV infectie. Er
vindt momenteel klinisch onderzoek plaats naar de effectiviteit van de
CMV-vaccins die in ontwikkeling zijn. De hier beschreven studie levert
belangrijke input voor mathematische modelstudies waarin verschillende
vaccinatiescenario*s bestudeerd kunnen worden.
Onderzoeksopzet
Voor deze retrospectieve, observationele, cohort studie willen wij, met
toestemming van ouders, ongeveer 25.000 hielprikkaarten testen op congenitale
CMV infectie. We verwachten bij deze screening ongeveer 135 kinderen met
congenitale CMV infectie op te sporen. Uiteindelijk willen wij minimaal 100
kinderen met een congenitale CMV infectie en minimaal 200 kinderen zonder
congenitale CMV-infectie includeren in dit onderzoek. Van deze kinderen zullen
wij de gegevens van het preventieve gezondheidsonderzoek (PGO) groep 2, dat
plaats vindt op de leeftijd van 5 of 6 jaar, en de schoolresultaten opvragen.
Daarnaast vragen wij ouders om vier vragenlijsten in te vullen. Een algemene
vragenlijst (met betrekking tot de gezondheid van hun kind en gegevens over het
gezin), een ontwikkelingsvragenlijst en twee zeer korte vragenlijsten met
betrekking tot de kwaliteit van leven van zowel het kind als de ouders. Hiermee
kunnen we kijken naar het effect van congenitale CMV infectie op gebied van
gehoor, visus, cognitie en motorische ontwikkeling en de kwaliteit van leven op
de leefijd van 5 à 6 jaar. Tevens willen wij de gegevens van deze kinderen van
de consultatiebureaubezoeken en de resultaten van de neonatale gehoorscreening
opvragen, zodat wij ook kunnen kijken naar effecten van congenitale CMV op
gehoor, visus en ontwikkeling tijdens de eerste vier levensjaren.
Inschatting van belasting en risico
Dit onderzoek zal een beperkte belasting opleveren voor ouders aangezien er
gebruik gemaakt zal worden van de reeds aanwezige hielprikkaart en van gegevens
die standaard verzameld worden of zijn in het kader van de jeugdgezondheidszorg
en op school.
Daarnaast vragen wij de ouders vier vragenlijst in te vullen. Dit zal
waarschijnlijk ongeveer 2 tot 2,5 uur van hun tijd kosten.
Het is mogelijk dat het weten van de diagnose *congenitale CMV infectie* door
een aantal ouders als een belasting wordt ervaren, ook als dit ziektebeeld
uiteindelijk geen problemen oplevert voor het kind. Aan de andere kant kan het
voor ouders die een kind hebben met een beperking als positief worden ervaren
om te weten dat een congenitale CMV-infectie mogelijk hieraan ten grondslag
ligt.
Publiek
Antonie van Leeuwenhoeklaan 9
Bilthoven 3721 MA
NL
Wetenschappelijk
Antonie van Leeuwenhoeklaan 9
Bilthoven 3721 MA
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Kinderen die neonatale screening hebben ondergaan en wiens hielprikkaart 5 jaar lang is bewaard. (Fase 1, n = 25.000)
- Kinderen met een congenitale CMV infectie en een twee keer zo grote controle groep zonder congenitale CMV infectie, vastgesteld door middel van een PCR test van de hielprikkaart. (Fase 2, n = 300)
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Kinderen die geen neonatale screening hebben ondergaan
- Kinderen wiens hielprikkaart minder dan 5 jaar wordt bewaard
- Geen informed consent van ouders voor het testen van de hielprikkaart of participatie in de studie
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL39787.058.12 |
OMON | NL-OMON22019 |