(Protocol Am2 dd. 20-Feb-14, p17/93)De primaire doelstellingen van deze studie zijn:-Het evalueren van de veiligheid van sofosbuvir (SOF) 200mg of 400mg + ribavirine ( RBV) behandeling gedurende 24 weken, beoordeeld door het evalueren van de…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Lever- en galwegaandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
(Protocol Am2 dd. 20-Feb-2014, p51/93)
De primaire eindpunten voor de veiligheid bevatten opgetreden AEs, labo,
12-lead EKG en abnormale vitale functies.
De primaire PK eindpunten zijn de parameters AUCtau, Cmax en Ctau voor analyten
SOF, zijn metabolieten en RBV, indien van toepassing.
Het primaire werkzaamheids eindpunt is SVR12 (HCV RNA > LLOQ 12 weken na het
staken van de behandeling).
Secundaire uitkomstmaten
(Protocol Am2 dd. 20-Feb-2014, p52/93)
De secundaire PK eindpunten zijn de parameters AUClast, Clast, Tmax, Tlast, *z,
en t1/2 voor analieten van SOF, zijn metabolieten en RBV, indien van toepassing.
De secundaire werkzaamheids eindpunten bevatten het aandeel aan patiënten met
SVR4 en SVR24, het aandeel aan patiënten met virologisch falen, waaronder
virologische doorbraak en hervallen.
Achtergrond van het onderzoek
(Protocol Am2 dd. 05-Sep-13, p13/93)
Hepatitis C virus (HCV) is verantwoordelijk voor een groot aandeel in de
wereldwijde populatie van chronische leverziekte en maakt 70% uit van alle
gevallen van chronische hepatitis in de geïndustrialiseerde landen. De
wereldwijde prevalentie van chronische hepatitis C wordt geschat op een
gemiddelde van 3%. Het wereldwijd meest voorkomende genotype is genotype 1,
gevolgd door genotype 2 en 3.Hoewel er bewijs is dat wereldwijd het voorvallen
van virale infectie afneemt, toch stijgt de prevalentie van leverziekten
veroorzaakt door HCV, voornamelijk door het tijdsinterval tussen de eerste
symptomen van de infectie en de klinische manifestatie van leverziekte. De
prevalentie van chronische HCV is significant hoger bij patiënten met chronisch
nierfalen. HCV op zich is geassocieerd met verminderde nierwerking. Behandeling
van deze patiënten is daarom aangewezen, maar is vaak bemoeilijkt door de
substantiële toename in hematologische toxiciteit geassocieerd bij het gebruikt
van ribavirine in een het geval van lage creatinine klaring. De
standaardbehandeling voor genotype1 HCV infectie bestaat uit 24-48 weken van
HCV protease inhibitor in combinatie met een gepegyleerd interferon (PEG) +
ribavirine. De aangewezen eerstelijnsbehandeling voor patiënten met genotype 2
of genotype 3 chronische hepatitis C is PEG+RBV gedurende 24 weken. Er is
weinig data omtrent de ideale behandelingsregime voor patiënten met ernstige
nierziekte (bv. Cr klaring <30ml/min) of nierziekte in het laatste fase op
onderhoudende hemodialyse. Interferon monotherapie gedurende 48 weken dat een
SVR geeft van ongeveer 40% in klinisch onderzoek wordt vaak beschouwd als de
aangewezen behandeling. Door de bijwerkingen en de lange duur van de huidige
behandeling, is er een grote behoefte aan een korte, simpele en interferonvrije
behandeling, voornamelijk voor patiënten die vatbaar zijn voor geneesmiddel
toxiciteit, zoals patiënten met nierinsufficiëntie.
Doel van het onderzoek
(Protocol Am2 dd. 20-Feb-14, p17/93)
De primaire doelstellingen van deze studie zijn:
-Het evalueren van de veiligheid van sofosbuvir (SOF) 200mg of 400mg +
ribavirine ( RBV) behandeling gedurende 24 weken, beoordeeld door het evalueren
van de cumulatieve gegevens over veiligheid in elke behandelingstak.
-Het evalueren van de veiligheid van sofosbuvir (SOF) 200mg of 400mg +
ribavirine ( RBV) behandeling gedurende 24 weken in verhouding met patiënten
met nierinsufficiëntie, die een aanhoudende virale reactie vertonen 12 weken na
het staken van de behandeling (SVR12) in elke arm
-Het evalueren van de steady state farmacokineticak van SOF and zijn
metabolieten na dosering van SOF 300mg of 400mg in patiënten met
nierinsufficiëntie.
De secundaire doelstellingen van deze studie zijn:
-het evalueren van het aandeel van de patiënten met nierinsufficiëntie die SVR
bereiken op 4 en 24 weken na het staken van de behandeling (SVR4 enSVR24)
-het evalueren van de kinetica van HCV RNA plasma gedurende en na het staken
van de behandeling
-het evalueren van de ontstaan van virale resistentie tegen SOF gedurende en na
het staken van de behandeling.
De verkennende doelstelling van deze studie is
- het identificeren of valideren van genetische merkers die het natuurlijke
verloop van de ziekte voorspellen, reactie voorspellen van de behandeling en/of
verdraagbaarheid van medische behandeling gedurende het genetische
ontdekkingsonderzoek (bv. Farmacogenomics), in patiënten die hiervoor een apart
en specifieke toestemmingen hebben gegeven.
Onderzoeksopzet
Dit is een multicenter, open-label onderzoek die de veiligheid,
overdraagbaarheid en antivirale werkzaamheid evalueert van SOF met RBV in
chronische nierinsufficiëntie en HCV geïnfecteerde patiënten met genotype 1 of
3 HCV infectie, incluis deze met gecompenseerde cirrose.
Deze studie bestaat uit 2 delen:
In deel 1 zullen 20 patiënten deelnemen met ernstige nierinsufficiëntie
-10 patiënten zullen SOF 200mg QD + RBV 200MG QD gedurende 24 weken krijgen.
-Gevolgd door een veiligheidsevaluatie, werkzaamheid en PK data gedurende de
nabehandeling week 4 van de deel 1 SOF 200mg groep. 10 additionele patiënten
zullen SOF 400mg QD+RBV 200mg QD gedurende 24 weken ontvangen
In deel 2 zullen ongeveer 20 patiënten op dialyse deelnemen, gevolgd door een
evaluatie van de veiligheid, werkzaamheid en PK data doorheen de nabehandeling
van week 4 van deel 1 SOF 400mg groep.
-10 patiënten zullen SOF 200mg QD+RBV 200mg QD ontvangen gedurende 24 weken
-Gevolgd door een evaluatie van de veiligheid, werkzaamheid en PK tijdens de
nabehandeling week 4 van deel 2 SOP 200mg groep 1.
Onderzoeksproduct en/of interventie
(Protocol Am2 dd. 20-Feb-2014, p18/93) In deel 1, volgend op de screening procedures en beoordelingen van dag , patiënten die in aanmerking komen zullen ofwel SOF 200mg of 400mg QD + RBV 200mg QD gedurende 24 weken ontvangen. In deel 2, In Part 1, following screening procedures and Day 1 assessments, eligible subjects will receive either SOF 200 mg or 400 mg QD + RBV 200 mg QD for 24 weeks.
Inschatting van belasting en risico
LAST (zoals in E4):
Maximale studieduur: ong. 1 jaar, 16 bezoeken, duur:0.5-3h
15x lichamelijk onderzoek (vitale functies, bloeddruk, hartslag, temperatuur,
grootte en gewicht enkel bij screening)
11x 12-lead EKG
11x serum zwangerschapstest
3x echocardiogram
33x bloedtest, met een totaal van 546ml bloed
VOORDEEL (zoals in E1a)
Het potentiële voordeel van een succesvolle behandeling van HCV in deze
patiënten is aanzienelijk. Slechts enkele patiënten met ernstig
nierinsufficientie kunnen een combinatie behandeling van PEG+RBV verdragen,
door hun ingrijpende anemie. SDV snelheden bij interferon monotherapie
gedurende 48 weken tegediend, is lager dan 50%. Interferonvrije behandeling
gedurende 24 weken kon aanzienlijke verbeteringen in veiligheid,
verdraagzaamheid en werkzaamheid aantonen in individuen met chronische HCV
infectie en nierziekte in de finale fase
Alsook: Protocol Am2 dd. 20-Feb-2014, p16/93, risco/voordeel-verhouding
Tot op vandaag is er geen veiligheidsignaal geïdentificeerd dat toe te wijzen
is aan SOF wanneer deze wordt toegediend in een combinatietherapie. Verder
verergert SOF niet de toxiciteit die geassocieerd is met RBV, waarvan de
belangrijkste hemolytische anemie is. Klinische data over SOF bij ernstige
nierinsufficiëntie en bij patiënten met naar aan hemodialyse, is beperkt tot
een studie met een enkele toediening in niet-HCV geïnfecteerde patiënten. Er
werden geen specifieke veiligheid signalen geïdentificeerd. Deze studie is
ontworpen om de veiligheid en de werkzaamheid van de therapeutische behandeling
van SOF+RBV the beoordelen in een kleine patiëntengroep met ernstige
nierinsufficiëntie. Het tweedelige stapsgewijs ontwerp staat toe om een
volledige evaluatie te maken van de risico/voordeel-verhouding van beide
dosissen en behandelingstakken in patiënten met Cr klaring < 30ml/min alvorens
over te gaan naar de cohorte aan patiënten op dialyse die een hoger voorspelde
hogere blootstelling aan SOP en GS hebben.
Publiek
Lakeside Drive 333
Foster City CA, 94404
US
Wetenschappelijk
Lakeside Drive 333
Foster City CA, 94404
US
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
(Protocol Am2 dd. 20-Feb-13, p21/93)
1) Bereid en in staat om schriftelijk geïnformeerde toestemming te geven
2) Vrouw of man met een minimale leeftijd van 18 jaar of ouder
3) Chronische HCV infectie
4) infectie met HCV GT 1 of 3, zoals bepaald in de screening
5) Patiënten moeten de volgende labparamaters hebben bij de screening;
HCV RNA * 104 IU/mL; ALT * 10 de bovenlimiet van de normaal (ULN); AST * 10x ULN; Hemoglobin * 9 g/dL; Albumin * 3,0 g/dL; Direct bilirubin * 1,5x ULN; HbA1c * 10%; Creatinine clearance (CLcr) * 30 mL/min* (zie protocol p22/93)
6) INR * 1,5x ULN, tenzij de patiënt gekende hemofilie heeft en stabiel is op aan anti-coagluant regime de invloed heeft op INR
7) Een negatieve serum zwangerschapstest voor vruchtbare vrouwen
8) vruchtbare mannen en vrouwen moeten toestemmen met in het protocol bepaalde specifieke methoden van anticonceptie
9) lacterende vrouwen moeten toestemmen om de het geven van borstvoeding te onderbreken voor de toediening van de studiemedicatie
10) Patiënten moeten naar inziens van de onderzoeksarts over het algemeen in een goede gezondheid verkeren
11) Patiënten moeten kunnen voldoen aan de voorschrifte omtrent de dosering van de studiemedicatie en in staat zijn de het studieschema en -onderzoeken te vervolledigen.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
(Protocol Am2 dd. 20-Feb-13, p23/93)
1) BMI < 18
2) Eerder blootstelling aan een antiviraal middel dat direct inwerkt op het HCV NS5B polymerase
3) Eerder uitblijvende reactie op PEG+RBV therapie
4) man met een zwangere vrouwelijke partner
5) chronische leverziekte door een non-HCV oorzaak
6) infectie met hepatitis B virus of humaan inmunodeficiëntue virus (HIV)
7) onstabiele geestesgesteldheid
8) significante cardiale aandoening inclusief of resulterend in:
a) Cardiomyopathie
b) Linker ventrikel ejectie fractie * 50%
c) Ziekenhuisopname voor hartinfarct, hartfalen binnen 1 jaar na Screening
d) Pulmonaire hypertensie binnen 1 jaar na Screening
9) clinisch significante abnormaliteit op het EKG bij screening, inclusief een QTcF >500 msec, of
>450 msec in patienten die concomitant methadone gebruiken.
10) voorgeschiedenis van klinisch significante hemoglobinopathy
11) voorgeschiedenis van porfyria
12) maligne in de laatste 5 jaar voorafgaand aan de screening
13) chronisch gebruik van systemisch toegediende immunosupressoren
14) klinisch relevant drugs of alcohol misbruik in de laatste 12 maanden voorafgaand aan de screening
15) Lopende of voorgeschiedenis van klinische leverdecompensatie
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2013-002897-30-NL |
ClinicalTrials.gov | NCT01958281 |
CCMO | NL46963.018.13 |