Het doel van dit onderzoek is om de inzet van sport binnen de jeugdzorg te evalueren. Hiermee proberen we drie doelen te bereiken:1. Ten eerste wordt zowel de causale relatie tussen sportdeelname en toekomstperspectief bestudeerd, als de rol van…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
- Levensstijlaangelegenheden
Synoniemen aandoening
Aandoening
cognitieve vaardigheden
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
- toekomstperspectieven (d.w.z. school-/werk-prestaties)
- Sense of Coherence (een maat voor het omgaan met stressoren)
- Zelf-regulatieve vaardigheden (o.a. monitoring, planning,
doorzettingsvermogen)
- Strengths and Difficulties Questionnaire (meet gedragingen van jongeren)
- Ervaren gezondheid
- Sociale condities voor een positief effect (bijv. positief sportklimaat,
vaardigheden van de trainer)
- Indicatoren voor een goede samenwerking tussen jeugdzorg en sport (zie
HALL-framework)
- Motivational Sport Climate (meet hoe jongeren het sportklimaat ervaren)
Secundaire uitkomstmaten
- Sportgedrag (type sport/tijdsbesteding)
- Etniciteit (cliënt/ouders)
Achtergrond van het onderzoek
Sport wordt vaak geassocieerd met allerlei positieve uitkomsten, bijv. op
psychisch, cognitief, fysiek en sociaal vlak. Sport deelname is bijvoorbeeld
gerelateerd aan toename in zelf-vertrouwen, betere gezondheid, verminderde kans
op depressie, meer pro-sociaal gedrag en minder criminaliteit. Het promoten van
sportdeelname zou daarom een effectieve manier kunnen zijn om het
toekomstperspectief (zoals onderwijsprestaties en arbeidsmarktkansen) van
jeugdigen te verbeteren. Vooral binnen de jeugdzorg biedt sport kansen omdat
sportdeelname onder deze jeugdigen lager ligt dan onder leeftijdsgenoten en
omdat deze jeugdigen vaak een achterstand hebben op één of meerdere van
bovengenoemde gebieden.
Doel van het onderzoek
Het doel van dit onderzoek is om de inzet van sport binnen de jeugdzorg te
evalueren. Hiermee proberen we drie doelen te bereiken:
1. Ten eerste wordt zowel de causale relatie tussen sportdeelname en
toekomstperspectief bestudeerd, als de rol van twee factoren in deze relatie,
namelijk zelf-regulatieve vaardigheden (o.a. planning en zelf-monitoring) en
Sense of Coherence (een maat voor het omgaan met stressoren).
2. Ten tweede heeft dit onderzoek tot doel de condities te verkennen voor een
positief effect van sportdeelname op het toekomstperspectief aangezien sport
alleen kan leiden tot positieve uitkomsten onder bepaalde condities.
3. Ten derde heeft dit onderzoek tot doel de succes- en faalfactoren in de
samenwerking tussen de jeugdzorg en de sportwereld in kaart te brengen.
Naast dat dit onderzoek een aantal wetenschappelijke doelen heeft, is dit
project ook sterk verbonden met de praktijk van de jeugdzorg en de
sportverenigingen. Het is een nadrukkelijke doel van dit onderzoek om
jeugdzorgorganisaties en sportorganisaties te ondersteunen bij het inzetten van
sport voor bredere maatschappelijke doeleinden
Onderzoeksopzet
De onderzoekspopulatie bestaat uit jongeren in de leeftijd van 12 tot 23 jaar
die een hulpverleningstraject gaan lopen bij de jeugdzorginstelling. De
experimentele groep bestaat uit jongeren die terecht komen bij een hulpverlener
die (door de buurtsportcoach) is gestimuleerd om sport als hulpmiddel in te
zetten in het zorgtraject van deze jongeren. De buurtsportcoach is een
netwerker die de samenwerking tussen de jeugdzorg en de sportcontext probeert
te stimuleren d.m.v. bijeenkomsten, workshops en face-to-face overleggen. De
controle groep bestaat uit jongeren uit dezelfde leeftijdscategorie die terecht
komen bij een hulpverlener die niet door de buurtsportcoach is gestimuleerd om
sport in te zetten als hulpmiddel. Naast deze jongeren, maken ook de
buurtsportcoach en de betrokken hulpverleners deel uit van de
onderzoekspopulatie. Door middel van interviews zal ook bij hen informatie
verzameld worden.
Procedure onderzoek Rotterdamse jeugdzorginstelling
Fase 1 bestaat uit het informeren van hulpverleners die gaan samenwerken met de
buurtsportcoach (experimentele conditie) en hulpverleners die dit niet zullen
gaan doen (controle conditie). De regiomanager zal de hulpverleners werkzaam in
zijn of haar regio (40 á 50 personen) informeren over het onderzoeksproject. In
deze fase worden hulpverleners ook geïnformeerd over de wijze van
dataverzameling en het protocol dat hier voor geldt.
In fase 2 stimuleert de buurtsportcoach de hulpverleners uit de experimentele
conditie sport in te zetten als middel in hun zorgtraject. Er wordt
bijvoorbeeld een workshop georganiseerd waarin hulpverleners door de
buurtsportcoach gestimuleerd worden om sport te betrekken in de zorgtrajecten
van jongeren en waarbij er aandacht is voor de mogelijkheden waarin dit vorm
gegeven kan worden. Daarnaast kunnen er individuele gesprekken plaatsvinden
tussen de buurtsportcoach en de hulpverleners in experimentele conditie,
waanneer noodzakelijk.
Fase 3 bestaat voornamelijk uit datacollectie. Data collectie onder jongeren
geschiedt met hulp van de hulpverleners. Hulpverleners in zowel de
experimentele als de controle conditie nemen gedurende een heel jaar een
vragenlijst af in het eerste contact met nieuwe cases. Deze vragenlijst vormt
de nulmeting. Dit zal een korte papieren vragenlijst zijn die maximaal een
kwartier kost om in te vullen. Eventueel helpt de hulpverlener bij het
invullen. Dezelfde hulpverleners worden gevraagd om na zes maanden (de meeste
zorgtrajecten duren zes maanden) opnieuw bij deze jongeren een vragenlijst af
te nemen. In deze fase wordt er ook kwalitatieve data, door middel van
interviews, verzameld onder hulpverleners en de buurtsportcoach. Ook een aantal
jongeren uit de experimentele en controle groep zullen benaderd worden voor een
interview.
Fase 4 is de nameting. Deze vindt 12 maanden na het invullen van de nulmeting
plaats. Zowel e-mail, telefoon als postadres worden ingezet om de jongeren te
bereiken (welke gevraagd zullen worden in de tweede vragenlijst).
Onderzoeksproduct en/of interventie
zie vorig punt 'onderzoeksopzet'
Inschatting van belasting en risico
De jeugdigen moeten 3 keer een vragenlijst invullen die max. 15 minuten duurt.
Daarnaast worden er een aantal jongeren gevraagd voor interviews van max. 30
minuten.
Een aantal hulpverleners worden gevraagd voor interviews, evenals
sportbegeleiders/coaches, leden van het sportbestuur/jeugdzorginstelling voor
maximaal een uur.
Publiek
Hollandseweg 1
Wageningen 6706KN
NL
Wetenschappelijk
Hollandseweg 1
Wageningen 6706KN
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Alle jeugd dat instroomt in de experimentele regio van de Rotterdamse jeugdzorginstelling van deze studie.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Jeugd die bij de jeugdhulpinstelling behandeld wordt binnen het kader van een gezinsbehandeling (hier ligt de nadruk meer op de ouders dan op het kind)
Jeugd met depressieve of suïcidale gedachten zoals geïndiceerd tijdens de intakeprocedure bijvoorbeeld met instrumenten zoals de Child Behaviour Checklist.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL47988.081.14 |
OMON | NL-OMON24523 |