In deze studie onderzoeken we het effect van een gedragsinterventie die gericht is op het verbeteren van de ouderlijke sensitiviteit op de ontwikkeling van sociale competentie en gedragsregulatie van kinderen. Bovendien zal deze studie onderzoeken…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Overige aandoening
Synoniemen aandoening
Aandoening
Het onderzoek heeft geen betrekking op aandoeningen
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Het effect van de interventie (VIPP-SD) op de ontwikkeling van gedragsregulatie
en sociale competentie van kinderen.
Secundaire uitkomstmaten
Modererende kindfactoren in de associatie tussen omgevingsinvloeden en de
sociale competentie en gedragscontrole van kinderen.
Achtergrond van het onderzoek
De meeste kinderen ontwikkelen zich goed en vinden hun plek in de maatschappij
zonder al te veel problemen. Maar niet alle kinderen slagen hierin. Het is
bekend dat de ontwikkeling en het gedrag van kinderen wordt veroorzaakt door
een combinatie van aangeboren eigenschappen van een kind en de omgeving waarin
het kind opgroeit. Aan de ene kant zijn niet alle kinderen even kwetsbaar voor
een schadelijke omgeving en aan de andere kant profiteren ze ook niet allemaal
even goed van een ondersteunende omgeving.
In de laatste twee decennia hebben onderzoekers veel ontdekt over de
fascinerende veranderingen in hoe de hersenen zich ontwikkelen tijdens de
kindertijd en beginnende adolescentie. Dit heeft tot nieuwe inzichten geleid in
hoe kinderen zich aanpassen aan een snel veranderende sociale omgeving, zoals
school, sociale relaties, vriendschappen enz. (Crone & Dahl, 2012). Echter, het
is veel minder duidelijk waarom sommige kinderen zich beter aanpassen dan
anderen. Momenteel is de leidende hypothese dat verschillen in temperament
kunnen leiden tot differentiële gevoeligheid voor de omgeving van het kind,
zoals de thuis situatie of de invloed van leeftijdsgenoten (Belsky & de Haan,
2011). Dat wil zeggen, sommige kinderen zijn gevoeliger voor positieve of
negatieve omgevingsfactoren dan anderen.
Doel van het onderzoek
In deze studie onderzoeken we het effect van een gedragsinterventie die gericht
is op het verbeteren van de ouderlijke sensitiviteit op de ontwikkeling van
sociale competentie en gedragsregulatie van kinderen. Bovendien zal deze studie
onderzoeken hoe de ontwikkeling van de hersenen wordt gevormd door het
samenspel van persoonlijke- en omgevingsfactoren aan de hand van longitudinaal
fMRI hersenonderzoek. Onderzoekers van verschillende achtergronden bundelen de
inspanningen om belangrijke stappen te maken in het begrijpen van deze
dynamische interactie. Centrale vragen hierbij zijn: Welke kinderen zijn het
meest vatbaar voor de interventie en welke neurobiologische mechanismen spelen
een rol bij het effect van de interventie op de ontwikkeling van kinderen?
Onderzoeksopzet
Het betreft hier een longitudinaal onderzoek waarin gezinnen gedurende zes jaar
worden gevolgd. Ieder jaar is er een meetmoment, tijdens een huis- of een
labbezoek. Gedurende de twee labbezoeken zullen we hersenactiviteit meten aan
de hand van functionele Magnetische Resonantie Imaging (fMRI) terwijl de
deelnemers twee computertaken spelen. Daarnaast zullen we structurele MRI en
Diffusie Tensor Imaging (DTI) meten om de onderliggende anatomische processen
in kaart te brengen. In de week na deze jaarlijkse bezoeken, zullen ouders zelf
thuis een aantal ambulante metingen uitvoeren. De experimentele groep (de helft
van de gezinnen, random geselecteerd) zal tussen het tweede en derde meetmoment
een interventie (Video-feedback Intervention to Promote Positive Parenting and
Sensitive Discipline [VIPP-SD]; Juffer et al., 2008) ontvangen. Deze
interventie is gericht op het bevorderen van de sensitiviteit en disciplinering
van de primaire opvoeder.
Onderzoeksproduct en/of interventie
De experimentele groep ontvangt de VIPP-SD (Juffer et al., 2008), een gedragsinterventie gericht op het bevorderen van de sensitiviteit en het consequent en sensitief disciplineren van de ouder. De controlegroep zal gedurende dezelfde periode en met dezelfde frequentie telefoongesprekken ontvangen van een onderzoeksmedewerker (dummy interventie). Tijdens deze telefoongesprekken wordt de ouder een aantal vragen gesteld over de ontwikkeling van beide kinderen.
Inschatting van belasting en risico
Er zitten geen bekende risico's aan de voorgestelde metingen. De cognitieve en
gedragsmatige taken zijn door de onderzoeksgroep in eerdere studies gebruikt.
MRI is een niet-invasieve techniek waarbij geen sprake is van catheterisatie of
toedienen van exogene tracers. Tal van kinderen en volwassenen hebben
magnetische resonatie studies ondergaan zonder duidelijke schadelijke gevolgen.
Sommige mensen worden claustrofobisch als ze in de magneet liggen en in deze
gevallen wordt het onderzoek onmiddelijk beeïndigd op verzoek van de deelnemer.
De enige absolute contra indicatie voor MRI studies is de aanwezigheid van
intracraniële of intra-oculaire metaaldelen of een pacemaker. Relatieve
contra-indicaties is het hebben van claustrofobie. Proefpersonen die misschien
metalen voorwerpen hebben in het hoofd of de ogen, of deelnemers met pacemakers
worden uitgesloten van het onderzoek vanwege mogelijke contra-indicaties van
MRI. Hoewel er geen direct voordeel is voor de deelnemers van dit
onderzoeksvorostel, zijn er grotere maatschappelijke baten met betrekking tot
de mogelijke kennis die kan worden opgedaan aan de hand van deze studie. Deze
kennis over d enormale ontwikkeling is van cruciaal belang bij het helpen
begrijpen van abnormale ontwikkeling, zoals te zien is bij kinderen met autisme
spectrum stoornis, depressie, schizofrenie, attention-deficit
hyperactivity-disorder, obsessief-compulsieve stoornis, het syndroom van
Tourette, of traumatisch hersenletsel.
Verschillende gerandomiseerde studies hebben aangetoond dat de VIPP-SD
effectief is in het verbeteren van ouderlijke sensitiviteit en hebben bewezen
dat de interventie geen schadelijke gevolgen heeft (e.g., Bakermans-Kranenburg,
Van IJzendoorn, Mesman, Alink, & Juffer, 2008; Juffer et al., 2008;
Kalinauskiene et al., 2009; Van Zeijl et al., 2006).
Publiek
Wassenaarseweg 52
Leiden 2333 AK
NL
Wetenschappelijk
Wassenaarseweg 52
Leiden 2333 AK
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Tweelingpaar
- Beheersing van de Nederlandse taal
- Ouders en grootouders geboren in Europa (ivm genetische analyses)
- Tweeling is van hetzelfde geslacht
- Tweeling is 7 of 8 jaar oud tijdens de eerste meting.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Tweeling is van verschillend geslacht
- Kinderen die een aangeboren afwijking, psychische stoornis, chronische ziekte, erfelijke aandoening of een oor of oogaandoening hebben worden geëxcludeerd alleen wanneer zij door deze aandoening de taken niet kunnen uitvoeren of niet mee kunnen doen aan het MRI gedeelte.
- Verstandelijke beperking (IQ < 70) die eerder bij het kind is gediagnosticeerd.
- MRI contra indicaties
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL50277.058.14 |