Deze studie zal onderzoeken of AIM getraind kan worden bij mensen met chronische anger management problemen. Volgens het AIM- model, kan herhalende vermijdingsreacties op bedreigende stimuli agressieve impulsen binnen deze populatie te verminderen.
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Persoonlijkheids- en gedragsstoornissen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
De effectiviteit van training-taak wordt beoordeeld door middel van
kwantitatieve meetinstrumenten (agressie computertaak, dagboek tijdens en na de
trainingsperiode), en peer meldingen van agressie van de deelnemers. Bovendien
zal de mate van approach bias in reactie op bedreigende stimuli voor en na de
trainingsperiode gemeten worden door middel van een approach avoidance task
(AAT) en een implicit association task (IAT).
Secundaire uitkomstmaten
niet van toepassing
Achtergrond van het onderzoek
Menselijke agressie is een van de meest dringende problemen in de moderne
gedragswetenschap. Agressie neemt een enorme tol op de samenleving, het
veroorzaakt wijdverspreide pijn en lijden, en geeft hoge kosten door
bijvoorbeeld bescherming, behandeling en schadeloosstelling van slachtoffers.
Het is daarom van groot belang om te leren hoe mensen hun agressieve impulsen
kan onthouden.
Wij stellen het Agressieve Impulse Management (AIM) model voor (Koole,
Veenstra, & Bushman, 2013), wat voorstelt dat het verminderen van approach
motivatie kan agressieve impulsen omlaag kan reguleren. De interventies
voorgesteld door het AIM model vergen weinig inspanning of cognitieve
vaardigheden, dus deze interventies kunnen mogelijk agressie verminderen
wanneer de traditionele cognitieve strategieën voor het reguleren van woede
niet effectief zijn. In het huidige protocol stellen we een Motivational Bias
Modification (MBM) training voor, voor personen met chronische anger management
problemen. Onze hypothese is dat het regelmatig herhalen van
vermijdingsbewegingen in reactie op bedreigende stimuli agressie zal verlagen
bij personen met hoge trait anger (dispositionele boosheid).
Doel van het onderzoek
Deze studie zal onderzoeken of AIM getraind kan worden bij mensen met
chronische anger management problemen. Volgens het AIM- model, kan herhalende
vermijdingsreacties op bedreigende stimuli agressieve impulsen binnen deze
populatie te verminderen.
Onderzoeksopzet
Studie opzet:
We zullen een trianingsstudie ontwerpen om te onderzoeken of personen met hoge
trait-anger AIM vaardigheden kunnen verwerven. In het experiment zullen
gedurende een week (5 dagen) dagelijkse training-taak sessies gehouden worden.
Deelnemers met anger management problemen worden willekeurig toegewezen aan een
experimentele groep (training-taak) of een van de twee controlegroepen
(controle-training-taak en geen-training-taak). Tijdens de training-taak
sessies, zal de experimentele groep reageren op boze gezichten door een
joystick van zichzelf af te duwen (avoidance), en op neutrale gezichten door de
joystick naar zich toe te trekken (approach). In de
controle-training-taak-groep, zijn beweging en het type stimulus niet gekoppeld
(gecounterbalanced rechts/links richting boos/neutrale gezichten). De
controle-geen-training taakgroep zal geen training-taak sessies volgen. Om de
training-taak effecten te toetsen, zullen de deelnemers gedurende de
trainingsweek iedere dag na de training een agressie taak doen op de computer,
en een dagboek van hun woede en agressie bijhouden tijdens de training week en
tot 1 week na afloop (totaal 10 dagen). We zullen ook de partner of beste
vriend(in) laten rapporteren over de mate van agressie van de deelnemers.
Onderzoeksproduct en/of interventie
De studie bevat 5 dagelijkse training-taak sessies over een periode van een week. Agressie zal gemeten worden na iedere sessie, door middel van een computertaak. Daarnaast zullen de deelnemers worden gevraagd om een dagboek van hun woede en agressie tijdens deze week te houden, en tot 1 week na afloop.
Inschatting van belasting en risico
Deelname aan het onderzoek levert geen gezondheidsrisico*s en slechts minimale
belasting op. Deelnemers kunnen mogelijk het bijhouden van een dagboek of het
invullen van de vragenlijsten als belastend ervaren. Echter, de sessies worden
zo kort mogelijk gehouden en kunnen vaak thuis worden ingevuld. De
training-taak duurt ongeveer 15 minuten per dag. Uit vorige studies met een
vergelijkbare taak bleek dat de taak over het algemeen niet wordt ervaren als
een last, maar *wel leuk om te doen*, aangezien het een computertaak is met een
joystick. Deelnemers kunnen op elk moment en om welke reden dan ook stoppen met
het onderzoek, zonder enige gevolgen.
Dit onderzoek maakt deel uit van een groter project met 10 experimenten die
systematisch het Agressieve Impuls Model toetsen. De huidige voorgestelde
studie is de eerste die onderzoekt of het herhaaldelijk trainen van avoidance
bewegingen in reactie op bedreigende stimuli woede en agressie kan verminderen
bij mensen met psychische problemen die last hebben van anger management
problemen. De huidige studie kan belangrijke gevolgen hebben voor de verdere
ontwikkeling van instrumenten om woede en agressie te kunnen verminderen bij
mensen met anger management problemen.
Publiek
van der Boechorststraat 1
Amsterdam 1081 BT
NL
Wetenschappelijk
van der Boechorststraat 1
Amsterdam 1081 BT
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Primaire diagnose van anger management problemen, beoordeeld met de Spielberger trait anger schaal (1988). Er zal een cut off score van 50 worden gebruikt (op een schaal van 1 = helemaal niet op mij van toepassing, 100 = zeer op mij van toepassing). Om in aanmerking te komen voor deelname aan dit onderzoek, moet een deelnemer ook vloeiend Nederlands kunnen spreken.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
Er zullen geen uitsluiting criteria worden gebruikt. Zoals uit eerder onderzoek is gebleken, lijden veel mensen met persoonlijkheidsstoornissen ook aan anger management problemen, en sommige auteurs hebben gesuggereerd dat boosheid zelfs worden beschouwd als een onafhankelijke diagnostische eenheid (Digiuseppe, et al.., 2011). Om deze reden zullen we geen deelnemers uitsluiten op basis van hun persoonlijkheidsstoornis / DSM diagnose. Echter, om te controleren voor verschillen in psychologische en psychopathologische symptomen, zullen we het niveau van depressie en / of angst symptomen meten (IDS-SR, Rush, Giles, Schlesser, Fulton, Weissenburger, & Burns, 1986; Rush, Guillion, Basco, Jarrett, en Trivedi, 1996, Rush, Carmody, & Reimitz, 2000; BAI, Beck, Epstein, Brown, & Steer, 1988; Beck, & Steer , 1990). Bovendien kunnen we in de analyses controleren voor de deelnemers hun DSM diagnose die zij hebben gekregen bij de intake bij het NPI.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
CCMO | NL49420.029.14 |