De belangrijkste doelstellingen van het onderzoek zijn: 1. De werkzaamheid van een 5-daagse behandelingskuur evalueren in het beteugelen/verdwijnen van episodische knieartralgie/exacerbatie in de knie.2. De relatieve werkzaamheid evalueren van een…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Gewrichtsaandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Primaire eindpunten
* Verandering in WOMAC-pijnsubschaal na 5 dagen behandeling
Secundaire uitkomstmaten
Belangrijk secundair eindpunt
* Vragenlijstscores van de Gastrointestinal Symptom Rating Scale (GSRS) na een
behandeling van 5 of 10 dagen.
Andere secundaire eindpunten
* Western Ontario and McMaster Universities Osteoarthritis Index
(WOMAC)-pijnsubschaalscore na 10 dagen behandeling.
* Verandering in de WOMAC-subschaalscores wat betreft functie en stijfheid na 5
dagen behandeling en na 10 dagen behandeling (als de episode na 5 dagen niet
voorbij is), samen met de totale WOMAC-score.
* Numerieke scoreschalen (NRS) voor pijn, stijfheid, functie (vermogen om door
patiënten genoemde activiteiten uit te voeren) en zwelling.
* Tijd tot de eerste verdwijning van de exacerbatie, gedefinieerd als 2
achtereenvolgende dagen met een gemiddelde dagelijkse kniepijnintensiteit van
<4/10 (NRS).
* De GSRS-subschaalscores bij nulmeting en na 5 en 10 dagen behandeling (indien
de episode niet na 5 dagen voorbij is).
* Beoordeling aan het einde van de behandeling van de exacerbatie in de knie
(na 5 en/of 10 dagen behandeling).
* PGA van de algehele exacerbatie in de knie (0-10 NRS) (na 5 of 10 dagen
behandeling).
* OMERACT-definitie van respons (bij EOT).
Veiligheid
* Door proefpersoon gemelde bijwerkingen (AE's).
Achtergrond van het onderzoek
25% van de volwassenen heeft regelmatig last van kniepijn. Deze belemmert het
functioneren en de mobiliteit en tast de levenskwaliteit aan. Hoewel kniepijn
het meest voorkomende symptoom is, wordt de etiologie van kniepijn bij OA
(osteoartritis in de knie) niet goed begrepen. Episodische exacerbaties (acute
exacerbaties, opvlammingen) worden erkend als een intermitterend, invaliderend
kenmerk van OA-pijn en kunnen optreden in alle stadia van de aandoening,
waaronder al vroeg in het ziekteproces. Het pathologische proces dat deze
episodische exacerbaties veroorzaakt is niet duidelijk, hoewel er bewijs is van
een inflammatoire component.
Ibuprofen is de meest gebruikte en meest voorgeschreven niet-steroïde
ontstekingsremmers (NSAID). Het middel wordt goed verdragen en heeft een
beproefd veiligheidsprofiel. Het optreden van gastro-intestinale bijwerkingen
kan verband houden met de dagelijkse dosering en/of de gebruikte formulering.
Ibuprofen staat bekend om het goede gastro-intestinale verdraagbaarheidsprofiel
bij een maximale toediening van 2400 mg per dag en behoort als het kort wordt
gebruikt tot de veiligste NSAID's bij een endoscopische beoordeling. Zoals bij
veel NSAID's behoort tot de mechanismen die met gastrische erosie worden
geassocieerd zowel plaatselijke irritatie in samenhang met de fysiochemische
eigenschappen (aciditeit en lipofiliciteit) van een actief bestanddeel als
remming van prostaglandinesynthese. Het reduceren van de ibuprofendosering
zonder vermindering van de werking ervan is dus een belangrijk therapeutisch
doel. Uit onderzoeken is gebleken dat ibuprofen bij een hoge (2400 mg/dag) of
lage dosering (1200 mg/dag) minstens net zo effectief is als paracetamol (4000
mg/dag) in het verlichten van pijn bij patiënten die langer dan 4 weken last
hebben van OA in de knie. Bovendien bleek het gebruik van ibuprofen (1200
mg/dag) gedurende 6 dagen minstens net zo effectief te zijn als paracetamol
(4000 mg/dag) bij de behandeling van pijn als gevolg van OA in de knie en
werkte ibuprofen beter dan paracetamol bij patiënten met redelijk hevige tot
hevige pijn bij de nulmeting.
Het huidige onderzoek onderzoekt de non-inferioriteit en vergelijkt de
werkzaamheid en veiligheid tussen een therapie met een lage dosering van
ibuprofen in de vorm van een nieuwe zachte capsule met een lipide formulering
(maximale dagelijkse dosis van 1200 mg/dag) en een standaard dosering
ibuprofen (van 1200 mg/dag en 2400 mg/dag), die standaard wordt voorgeschreven
bij patiënten met pijn in verband met OA in de knie. De voorgestelde lipide
formulering lost ibuprofen volledig op binnen een lipidematrix (lipide
hulpstoffen hard vet en glycerolmonolinoleaat). Verwacht wordt dat dit de
acidische effecten in de maag die optreden tijdens het oplossen van
conventionele ibuprofentabletten en -capsules zal verkleinen, en de gastrische
irritatie in verband met de blootstelling aan ibuprofen kan reduceren.
Doel van het onderzoek
De belangrijkste doelstellingen van het onderzoek zijn:
1. De werkzaamheid van een 5-daagse behandelingskuur evalueren in het
beteugelen/verdwijnen van episodische knieartralgie/exacerbatie in de knie.
2. De relatieve werkzaamheid evalueren van een ibuprofencapsule met een lage
dosis (1200 mg/dag) in een lipide formulering vergeleken met een
ibuprofencapsule met een lage dosis (1200 mg/dag) en een hoge dosis (2400
mg/dag) in een traditionele formulering.
3. Patiënten maakten melding van bijwerkingen, vooral gastro-intestinale
bijwerkingen in beide behandelingsarmen.
Primaire doelstellingen
Bepalen of een 5-daagse behandelingskuur 1200 mg ibuprofen in een lipide
formulering niet inferieur is aan 1200 mg of 2400 mg ibuprofen in traditionele
formulering op de pijnsubschaal van de Western Ontario and McMaster
Universities Osteoarthritis Index (WOMAC) bij proefpersonen die lijden aan
episodische artralgie in de knie/pijnexarcerbatie in de knie.
Belangrijke secundaire doelstelling
Bepalen of een 5-daagse behandelingskuur 1200 mg ibuprofen in een lipide
formulering superieur is aan 1200 mg of 2400 mg ibuprofen in traditionele
formulering met betrekking tot de door de patiënt gemelde levenskwaliteit in
verband met de gastro-intestinale functie, met behulp van de Gastrointestinal
Symptom Rating Scale (GSRS). Deze doelstelling zal het nut van de GSRS
evalueren bij de beoordeling van gastro-intestinale symptomen in verband met de
blootstelling aan ibuprofen.
Andere secundaire doelstellingen
Vergelijken van 1200 mg ibuprofen in een lipide formulering met 1200 ml en 2400
mg ibuprofen in traditionele formulering met betrekking tot een verandering in:
* De totale WOMAC-score en subschaalscores met betrekking tot functie en
stijfheid na een behandeling van 5 en 10 dagen.
* De WOMAC-pijnsubschaal voor pijn na een behandeling van 10 dagen.
* Gemiddelde dagelijkse intensiteit van de kniepijn (dagelijks 0-10 op een
numerieke scoreschaal NRS).
* Functie (door patiënten gemelde prestatie bij activiteiten) (dagelijks 0-10
NRS).
* Patiëntevaluatie van stijfheid (dagelijks 0-10 NRS).
* Patiëntevaluatie van zwelling (dagelijks 0-10 NRS).
* GSRS-dimensies van diarree, indigestie, constipatie, abdominale pijn en
refluxsyndromen (na een behandeling van 5 en 10 dagen).
* Tijd tot de eerste verdwijning van de exacerbatie, gedefinieerd als 2
achtereenvolgende dagen met een gemiddelde dagelijkse kniepijnintensiteit van
<4/10 (0-10 NRS).
* Algemene beoordeling door de patiënt (PGA) van de exacerbatie in hun knie
over de hele linie (0-10 NRS) (na een behandeling van 5 of 10 dagen).
* Beoordeling door de patiënt van de uitkomst bij EOT (na 5 en/of 10 dagen
behandeling).
* OMERACT-definitie (Outcome Measures in Rheumatology) van respons (bij EOT).
Veiligheid
Evalueren en vergelijken van de veiligheid en verdraagbaarheid van de twee
ibuprofenformuleringen.
Onderzoeksopzet
Dubbelblind, gerandomiseerd onderzoek.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Proefpersonen zullen worden gerandomiseerd in een van de drie behandelingsarmen: Behandeling 1 > behandelingskuur van 5 dagen met een softgelcapsule van 200 mg ibuprofen in een lipide formulering (driemaal daags moeten twee capsules worden ingenomen). (totale dagelijkse dosis van 1200 mg) Behandeling 2 > behandelingskuur van 5 dagen met een softgelcapsule van 400 mg ibuprofen traditionele formulering en een placebo capsule (driemaal daags moet van elk een capsule worden ingenomen). (totale dagelijkse dosis van 1200 mg) Behandeling 3 > behandelingskuur van 5 dagen met een softgelcapsule van 400 mg ibuprofen traditionele formulering (driemaal daags moeten twee capsulesworden ingenomen). (totale dagelijkse dosis van 2400 mg)
Inschatting van belasting en risico
Belasting: De proefpersonen zullen aanwezig moeten zijn op 2 of 3
studiebezoeken, afhankelijk van of zij 5 of 10 dagen van de behandeling nodig
zullen hebben. Zij zullen worden gevraagd over hun medische voorgeschiedenis en
de huidige medicatie en zij zullen een lichamelijk onderzoek ondergaan waarbij
ook het meten van de vitale functies. Vrouwen in de vruchtbare leeftijd zullen
een urine zwangerschapstest ondergaan bij aanvang van de studie en aan het
einde van de studie.
De proefpersonen zullen worden gevraagd om vier vragenlijsten in te vullen en
te noteren wanneer zij de studiemedicatie innemen * dit wordt allemaal gedaan
via een patiëntendagboek.
Twee van de vragenlijsten zullen 2 of 3 keer worden ingevuld (naargelang een
aanvullende behandeling nodig is), een moet dagelijks worden ingevuld en de
vierde moet worden ingevuld aan het einde van de behandeling (na 5 dagen en na
10 dagen, indien nodig).
Risico's: er is een risico dat de proefpersonen bijwerkingen ervaren door het
gebruik van de studiebehandeling. Ibuprofen is de actief ingrediënt voor beide
behandelingen en de bijwerkingen daarvan zijn reeds bekend en zoals met elk
onderzoek, kunnen er onbekende risico*s zijn door de studiemedicatie. Dit wordt
uitgelegd aan de proefpersonen in het patienteninformatiebrochure.
Bovendien moet ibuprofen met voorzichtigheid worden gebruikt als proefpersonen
bepaalde medicijnen gebruiken of als de patiënt een zoutarm diet volgt of
fructose-intolerantie heeft. Dit zal worden beoordeeld door de huisarts van de
proefprson en tevens door de studiearts bij het overwegen of een proefpersoon
geincludeerd mag wroden in de in de studie.
Het is mogelijk dat als de capsules door een zwangere vrouw ingenomen worden
deze schade zou kunnen toebrengen aan het ongeboren kind. Zwangere vrouwen
worden daarom geëxcludeerd uit de studie en vrouwen die zwanger kunnen worden
zullen worden gevraagd om een zwangerschapstest te doen alvorens deel te hebben.
Voordeel: Aangezien beide studiebehandelingen effectief anti-inflammatoire
analgetica zijn is het waarschijnlijk dat de proefpersonen enig voordeel van
het gebruik zullen hebben met betrekking tot hun knie-flare.
Publiek
Beech St. 45
London EC2Y 8AD
GB
Wetenschappelijk
Beech St. 45
London EC2Y 8AD
GB
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
1 Mannelijke of vrouwelijke proefpersonen tussen 18 en 70 jaar op de dag dat ze het toestemmingsformulier ondertekenen.
2 Ten minste 1 keer in de afgelopen 12 maanden duidelijk waarneembare pijn op de index van het kniegewricht van >48 h, die ofwel niet is behandeld of met niet-steroïde ontstekingsremmers (NSAID's) moest worden behandeld.
3 Proefpersonen moeten de kniepijn een score van 5 of hoger geven aan de hand van de pijnspecifieke NRS.
4 Bereidheid om af te zien van het gebruik van andere dan de onderzoeksmedicatie tegen de pijn (behalve indien nodig paracetamol op advies van de onderzoeker) vanaf het begin van de exacerbatie in de knie tot ontvangst van de onderzoeksmedicatie.
5 Bereidheid om voor de duur van het onderzoek af te zien van het gebruik van NSAID's (oraal of topisch, anders dan de middelen die in het kader van de onderzoeksbehandeling worden gegeven), andere topische pijntherapieën (bv. capsaïcine), corticosteroïden (systemisch en intra-articulair), viscosupplementatie en andere farmacologische pijnbehandelingen.
6 Vrouwelijke proefpersonen in de vruchtbare leeftijd moeten een negatieve urinezwangerschapstest hebben bij de screening, tenzij ze operatief gesteriliseerd of * 1 jaar in de postmenopauze zijn (12 opeenvolgende maanden geen menstruatie).
7 Vrouwelijke proefpersonen in de vruchtbare leeftijd moeten medisch aanvaardbare anticonceptiemethodes gebruiken en ermee instemmen deze te blijven gebruiken voor de duur van het onderzoek en gedurende ten minste 30 dagen na de laatste dosis van de onderzoeksbehandeling. Medisch aanvaardbare anticonceptiemethodes zijn orale anticonceptiemiddelen, injecteerbare of implanteerbare methodes, intra-uteriene middelen, het afbinden van de eileiders (indien > 1 jaar voor de screening uitgevoerd) of een dubbele barrière-methode.
8 Voor de randomisatie moeten proefpersonen het toestemmingsformulier begrijpen en bereid zijn dit te ondertekenen, en instemmen met de onderzoeksprocedures.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
1 Geschiedenis van een ernstige ziekte of aandoening (bv. een beroerte), progressieve neurologische tekens, septische artritis, breuken of aanzienlijk letsel, of een in de afgelopen 3 maanden ondergane knieoperatie.
2 Proefpersonen die een cholecystectomie hebben ondergaan.
3 BMI <18 or >39 kg/m2 of een gewicht <40 kg.
4 Diagnose van systemische lupus erythematodes (SLE), gecombineerde bindweefselstoornissen of auto-immuunartritis (bv. reumatoïde artritis, psoriatische artritis) of gebruik van ziektemodificerende antireumamiddelen (DMARD's) of biologicals.
5 Diagnose van jicht of gebruik van allopurinol, febuxostat, colchicine.
6 Intra-articulaire corticosteroïd op de index van het kniegewricht in de 3 maanden voorafgaand aan de nulmeting of in een ander gewricht in de 4 weken voorafgaand aan de screening; intra-articulaire injectie met hyaluronzuur in het kniegewricht in de 6 maanden voorafgaand aan de nulmeting; systemische corticosteroïden (oraal, intramusculair of intraveneus) in de 4 weken voorafgaande aan de nulmeting.
7 Radiotherapie voor chronische gewrichtspijn in de 3 maanden voorafgaand aan de nulmeting of start van dergelijke therapie gepland in de onderzoeksperiode.
8 Pijn medicatie - medicatie die gebruikt wordt voor de behandeling van chronische pijn (alle pijn medicatie inbegrepen en niet beperkt tot het gebruik van NSAIDs, selectieve serotonine heropname remmers, norepinephrine heropname remmers enz.), binnen 4 weken voor de baseline visite (Let op; langdurig regelmatig gebruik is volledige dagelijkse dosis zoals aanbevolen in SmPC of dagelijks voorgeschreven, voor een minimum van 2 aangesloten weken);
Pijn medicatie die op intermitterende basis wordt ingenomen is toegestaan zolang de dosis niet 7 dagen voor de baseline visite is ingenomen en niet wordt ingenomen tijdens de studie (inbegrepen NSAIDs en opiaten)
9 Proefpersonen die selectieve serotonine-heropnameremmers (SSRIs) gebruiken
10 Elk geneesmiddel wat wordt ingenomen tegen de pijn en specifiek bedoeld voor de huidige pijn in de knie en voorafgaand aan het innemen van de eerste dosis van de onderzoeksmedicatie anders dan een enkele dosis van 2x500 mg paracetamol.
11 Klinisch relevante geschiedenis van overgevoeligheid of allergie voor de onderzoeksbehandeling of een ander bestanddeel van het middel: geschiedenis van astma, acute rinitis, angio-oedeem, urticaria of andere allergieachtige reacties na het innemen van acetylsalicylzuur, ibuprofen of andere NSAID's, waaronder COX-2-remmers.
12 Alle door OA veroorzaakte medische aandoeningen anders dan pijn die kunnen interfereren met de onderzoeksevaluaties, bv. anatomische deformaties, fibromyalgie, chronisch pijnsyndroom en neuropathie, die zouden interfereren met de beoordeling van pijn.
13 Ernstig hartfalen en congestief hartfalen; geschiedenis van klinisch significante cardiovasculaire ziekten, waaronder, maar niet beperkt tot myocardiaal infarct, onstabiele angina, perifere vaatziekte en beroerte of een transient ischemic attack (TIA); ongecontroleerde hypertensie.
14 Actieve of vroegere geschiedenis van terugkerende ulcus pepticum/maagbloeding (twee of meer afzonderlijke episodes van bewezen zweervorming of bloeding) of een geschiedenis van gastro-intestinale bloeding of perforatie gerelateerd aan een eerdere NSAID-therapie; geschiedenis van gastro-intestinale bloeding, geschiedenis van een inflammatoire darmaandoening.
15 Proefpersonen met ernstige leverinsufficiëntie
16 Proefpersonen met nierfunctie GFR <60 ml/min/1,73 m2 gebaseerd op de MDRD vergelijking.
17 Proefpersonen met zeldzame erfelijke problemen of fructose-intolerantie.
18 Een klinisch bewezen aandoening die naar het oordeel van de onderzoeker de werkzaamheids- of veiligheidsbeoordeling kan beïnvloeden of de veiligheid van de proefpersoon tijdens zijn of haar deelname aan het onderzoek in gevaar kan brengen.
19 Deelname aan een klinische onderzoeksstudie in de 3 maanden voorafgaand aan de nulmeting.
20 Geschiedenis in de afgelopen 2 jaar of huidig bewijs van drugs- of alcoholmisbruik.
21 Zwangere of borstvoedende vrouwen
22 Een aandoening of omstandigheid waardoor een proefpersoon naar het oordeel van de onderzoeker het onderzoek waarschijnlijk niet kan of zal afmaken of zich niet kan of zal houden aan de onderzoeksprocedures en -eisen of die een risico voor de veiligheid van de proefpersoon kan vormen.
23 Proefpersonen met anti-coagulantia therapie
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2014-004254-33-NL |
CCMO | NL51640.072.14 |