Primaire doelstellingen:De algehele darmreinigende werkzaamheid en het percentage *Uitstekende plus Goede* reiniging in het colon ascendens van een toedieningsschema van een 1-daagse gesplitste dosering alleen de dag ervoor met NER1006 in…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Maagdarmstelseltekenen en -symptomen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
1. Het totale succespercentage van de darmreiniging van NER1006 is
niet-inferieur aan dat van SP+MS op de HCS, waarbij succes overeenkomt met
graad A en B, en falen overeenkomt met graad C en D.
2. Het percentage *Uitstekende plus Goede* reiniging in het colon ascendens van
NER1006 is niet-inferieur aan dat van SP+MS op het scoresysteem voor reiniging
van de segmenten van de HCS, waarbij de score van 4 overeenkomt met
'Uitstekende' reiniging en de score van 3 overeenkomt met *Goede* reiniging.
Secundaire uitkomstmaten
Belangrijkste secundaire eindpunten:
• ADR, zoals gedefinieerd door het percentage patiënten met ten minste één
adenoom in het colon ascendens, zoals bevestigd door een patholoog.
• ADR, zoals gedefinieerd door het percentage patiënten met ten minste één
adenoom in het gehele colon, zoals bevestigd door een patholoog.
• PDR, zoals gedefinieerd door het percentage patiënten met ten minste één
poliep in het colon ascendens, zoals bevestigd door de colonoscopist.
• PDR, zoals gedefinieerd door het percentage patiënten met ten minste één
poliep in het gehele colon, zoals bevestigd door de colonoscopist.
Achtergrond van het onderzoek
Het reinigen van de darm voor een operatie/procedure is vervelend voor
patienten. M.n. door de grote hoeveelheid vocht die ingenomen moet worden. Bij
dit middel hoeft minder vocht te worden ingenomen. Daarnaast zou het middel
voor verbeterde zichtbaarheid van poliepen/laesies etc.
Doel van het onderzoek
Primaire doelstellingen:
De algehele darmreinigende werkzaamheid en het percentage *Uitstekende plus
Goede* reiniging in het colon ascendens van een toedieningsschema van een
1-daagse gesplitste dosering alleen de dag ervoor met NER1006 in vergelijking
met een 1-daagse gesplitste dosering alleen de dag ervoor met SP+MS,
geclassificeerd op basis van de Harefield Cleansing Scale© (HCS©) bij patiënten
die een diagnostische, screening- of controlecolonoscopie ondergaan.
Onderzoeksopzet
Dit is een multicenter, gerandomiseerde, voor de colonoscopist geblindeerde
studie bij patiënten die een diagnostische, screening- of controlecolonoscopie
ondergaan.
Onderzoeksproduct en/of interventie
Toediening van NER1006 NER1006: toediening 1-daagse gesplitste dosering alleen dag ervoor (te beginnen op de avond van de dag vóór de colonoscopie). Toediening van SP+MS SP+MS: toediening 1-daagse gesplitste dosering alleen de dag ervoor (te beginnen op de ochtend van de dag vóór de colonoscopie).
Inschatting van belasting en risico
Patienten moeten een dagboekje bijhouden en vragenlijsten invullen.
Bijwerkingen: NER1006: diarree en allergische reacties zoals huiduitslag,
netelroos, jeuk, angio-oedeem en anafylaxie een mogelijkheid.
CitraFleet: buikpijn en misselijkheid en gevolgen van diarree en uitdroging
(slaapstoornis, droge mond, dorst, hoofdpijn en vermoeidheid).
Publiek
Norgine House, Widewlace, Moorhall Road UB9 6NS
Harefield, Uxbridge UB9 6NS
GB
Wetenschappelijk
Norgine House, Widewlace, Moorhall Road UB9 6NS
Harefield, Uxbridge UB9 6NS
GB
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
De patiënten worden alleen opgenomen in deze studie als ze aan de volgende criteria voldoen:
1. De patiënten moeten schriftelijk geïnformeerde toestemming geven.
2. Mannelijke en vrouwelijke ambulante en opgenomen patiënten met leeftijd: >= 18 tot <= 85 jaar die een diagnostische, screening- of controlecolonoscopie ondergaan.
3. Vrouwen die zwanger kunnen worden, moeten een negatieve zwangerschapstest hebben bij de screening en bij bezoek 2 en moeten een van de volgende anticonceptiemethoden toepassen en ermee instemmen om die te blijven toepassen tijdens de studieperiode (tenzij postmenopauzaal of chirurgisch gesteriliseerd):
• Orale, implanteerbare of injecteerbare anticonceptiva (gedurende minimaal drie maanden vóór opname in de studie) in combinatie met een condoom;
• Spiraaltje in combinatie met een condoom;
• Dubbelebarrièremethode (condooms, vaginale spons of vaginale ring met zaaddodende gel of crème);
Als vrouwelijke patiënten een positieve zwangerschapstest hebben bij bezoek 2, worden ze uitgesloten van verdere deelname aan de studie voor de evaluatie van de werkzaamheid. Ze zullen met andere woorden de colonoscopieprocedure niet ondergaan. De onderzoeker zal dan een colonoscopieprocedure buiten het kader van de studie moeten afspreken.
4. Bereid, in staat en bekwaam zijn om de hele studie te voltooien en de instructies
op te volgen.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
De patiënten worden uitgesloten uit deze studie als ze aan een van de volgende criteria voldoen:
1. Patiënten met een voorgeschiedenis binnen de afgelopen 12 maanden of huidige episode van ernstige constipatie (waarbij herhaald gebruik van laxantia/klysma's of fysieke interventie nodig was voordat de constipatie verdween), bekende ileus of vermoeden daarvan, gastro-intestinale obstructie, maagretentie, darmperforatie, toxische colitis of megacolon.
2. Patiënten met een chronische ernstige acute inflammatoire darmziekte (Inflammatory Bowel Disease; IBD).
3. Patiënten die een belangrijke gastro-intestinale ingreep hebben ondergaan, met inbegrip van resectie van het colon, subtotale colectomie, abdominoperineale resectie, stoma, Hartmannprocedure en ileostoma of andere soortgelijke chirurgie die invloed heeft op de structuur en functie van de dikke of dunne darm.
4. Regelmatig gebruik van laxantia of geneesmiddelen die de motiliteit van het colon wijzigen in de afgelopen maand (d.w.z. meer dan 2-3 keer per week) binnen 28 dagen voor de Screening Visite en/of gebruik van laxantia binnen 72 uur vóór toediening van het preparaat.
5. Patiënten met een actieve intestinale bloeding of een klinisch significant laag hemoglobinegehalte (< 9 g/dl voor vrouwen en < 11 g/dl voor mannen) bij de screening.
6. Bekende glucose-6-fosfaatdehydrogenasedeficiëntie (G6PD).
7. Bekende fenylketonurie.
8. Bekende overgevoeligheid voor polyethyleenglycolen, ascorbinezuur, sulfaten (exclusief sulfa-gebaseerde producten), natriumpicosulfaat en magnesiumzout of een ander bestanddeel van het experimentele product of vergelijkend middel.
9. Voorgeschiedenis binnen de afgelopen 12 maanden of bewijs van aanhoudende, klinisch relevante afwijkingen op het ecg (elektrocardiogram) (bijv. aritmie).
10. Voorgeschiedenis van ongecontroleerde hypertensie met een systolische bloeddruk > 170 mmHg en een diastolische bloeddruk >100 mmHg.
11. Patiënten met hartinsufficiëntie NYHA graad III of IV.
12. Patiënten met ernstige nierinsufficiëntie (d.w.z. met een GFR < 60 ml/min/1,73 m²).
13. Patiënten met serumalbumine < 3,4 g/dl.
14. Patiënten bekend met een leverziekte graad B en C overeenkomstig de Child Pugh-classificatie.
15. Patiënten die lijden aan dehydratatie bij de screening, zoals geëvalueerd door de onderzoeker op basis van het lichamelijk onderzoek en de laboratoriumonderzoeken.
16. Patiënten met klinisch significante elektrolytenstoornissen, vooraf bestaand of opgemerkt bij de screening, zoals hypernatriëmie, hyponatriëmie, hyperfosfatemie, hypermagnesiëmie, hypokaliëmie, hypocalciëmie, dehydratatie, of elektrolytenstoornissen die secundair zijn aan het gebruik van diuretica of ACE-remmers (angiotensine converterend enzym).
17. Patiënten met andere klinisch significante hematologische parameters, met inbegrip van coagulatieprofiel bij de screening.
18. Patiënten met een verstoord bewustzijn waardoor er een risico is op pulmonaire aspiratie.
19. Patiënten die een colonoscopie ondergaan voor verwijdering van een vreemd lichaam en/of decompressie.
20. Patiënten die zwanger zijn of borstvoeding geven, of van plan zijn zwanger te raken tijdens het onderzoek.
21. Klinisch relevante bevindingen bij het lichamelijk onderzoek naar het oordeel van de onderzoeker.
22. Voorgeschiedenis van middelen- of alcoholmisbruik binnen de 12 maanden vóór dosering.
23. Gelijktijdige deelname aan een studie van een experimenteel geneesmiddel of medisch hulpmiddel of deelname binnen drie maanden voor opname in het onderzoek.
24. Patiënten die, naar de mening van de onderzoeker, niet zouden mogen worden opgenomen om een andere reden, waaronder het onvermogen om de studieprocedures te volgen, bijv. verzwakte of kwetsbare patiënten en patiënten met een cognitieve stoornis.
25. Patiënten die op bevel van een rechtbank of de overheid in een instelling wonen.
26. Patienten met een geschiedenis van Rhabdomyolyse.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2014-002186-30-NL |
CCMO | NL50449.091.14 |