DoelstellingZie achtergrond van het onderzoek.4.1 De hoofdvraagWat is het effect van tijdelijk stoppen van PPI gebruik op de maagwand uptake van Tc99m Sestamibi bij een myocardperfusiescan?4.2 Deelvragen:- Wat is de relatieve maagwanduptake bij een…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Myocardaandoeningen
- Arteriosclerose, stenose, vaatinsufficiëntie en necrose
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
9.1 Kwantitatieve dataverzameling
Van elke deelnemer wordt het geslacht, leeftijd, lengte, gewicht, BMI en de
borstomvang genoteerd. De borstomvang wordt voorafgaand het eerste onderzoek
gemeten. Gemeten wordt, horizontaal om het lichaam over de grootste delen van
de borst in centimeters (cm). De borstomvang kan van invloed zijn op de
detector - orgaan afstand. Afwijkingen in de beeldkwaliteit en metingen kunnen
hierdoor verklaard worden. De kwantitatieve dataverzameling wordt uitgevoerd
door middel van ROI*s te plaatsen. ROI*s worden door de projectuitvoerder
geplaatst op planaire beelden van het hart en maagwand ROI*s met een grootte
van 6 pixels worden met behulp van de reconstructie computer, op de beelden van
de ruwe data geplaatst. Om de hoofdvraag te beantwoorden moet de verhouding
tussen maagwanduptake en myocarduptake worden bepaald. Om de maagwand,
inferiorwand en het gehele myocard optimaal te kunnen beoordelen worden in de
niet attenuatie gecorrigeerde beelden, ROI*s getekend. Specifiek op het links
anterior oblique (LAO), slice 17 en de anterior opname, slice 33. Slice 17 en
slice 33 zijn beelden waarop de maagwand het best te kwantificeren is (21). Op
slice 17 en 33 wordt om het gehele hart eveneens een ROI getekend. Als de
maagwand een hogere uptake dan de inferiorwand vertoont, worden de counts per
pixel in de inferiorwand gemiddeld, waardoor de werkelijke uptake van de
inferiorwand kan verschillen met de werkelijkheid. Door een ROI in de
inferiorwand te tekenen kan nauwkeuriger nagegaan worden of het stoppen van
PPI*s, invloed heeft op de uptake van de inferiorwand. Er worden twee ratio*s
berekend:
- Gehele myocard * Maagwand ratio
- Inferior wand van het myocard * Maagwand ratio
Vanuit de slice 17 en 33 worden, het hele hart-maagwandratio en
inferiorwand-maagwandratio berekend. Van deze twee richtingen wordt een
gemiddelde waarde per ROI berekend (21). De uitkomst is weergeven in counts per
pixel. Om de uitkomst in counts per pixel om te zetten in relatieve activiteit
moet een berekening worden uitgevoerd. Ten eerste wordt de actuele toegediende
activiteit van het radiofarmacon bepaald. De toegediende activiteit wordt
weergeven op het aanvraagformulier van het onderzoek. Indien het onderzoek niet
wordt uitgevoerd op het afgesproken tijdstip moet voor het verval in tijd een
activiteits-berekening worden uitgevoerd.
Met de vervalformule wordt de actuele dosis berekend worden: At = A0 x 0,5 ^ (t
/ HVT)
At = activiteit in MBq bij start acquisitie
A0 = activiteit in MBq op calibratietijd (vermeld op sticker aanvraagformulier)
t = tijdverschil in uren tussen de calibratietijd en start acquisitie
HVT = de halveringstijd van 99mTechnetium (6,0 uur) (43).
Door de uitkomst van de berekende dosis te delen door het lichaamsgewicht van
de deelnemer en counts per pixel wordt de relatieve uptake in MBq/kg per
counts/pixel bepaald. De relatieve uptake toont de aanwezige relatieve uptake
in de maagwand, inferiorwand of het gehele myocard aan.
De verzamelde data wordt door de projectuitvoerder verwerkt in het gevalideerde
data management research manager systeem (DMRM) V 5.12.1.0. van het Rijnstate
ziekenhuis. Voor eventuele publicatie is dataverwerking in een gevalideerde
databank vereist. Vervolgens wordt de data uit DMRM geëxporteerd en
geïmporteerd in IBM statistical package for the social sciences (SPSS) versie
23.0. Met SPSS wordt getoetst dit kan met het DMRM niet.
9.2 Visuele dataverzameling
De myocard beelden worden door twee nucleair geneeskundigen beoordeeld aan de
hand van een korte vragenlijst. Met behulp van de vragenlijst komt de visuele
beoordeling tot stand. Na de post-processing worden patiënten in het PACS
systeem in een aparte map, door de computer automatisch geanonimiseerd. Op deze
geanonimiseerde data vindt de visuele beoordeling plaats. De projectuitvoerder
vult de toegekende anonieme namen op de vragenlijst wordt ingevuld. Doordat de
beoordelende nucleair geneeskundigen niet weten welke deelnemers, PPI*s
gecontinueerd of afgebouwd hebben mogen zij beschouwd worden als blind external
readers. De vragenlijst in bijlage 5 heeft als doel om de beoordeelbaarheid van
de inferiorwand van het myocard vast te stellen. Een ander doel van de
vragenlijst is te onderzoeken of re-acquisitie nodig is.
De antwoorden op de vragenlijsten worden door de projectuitvoerder verwerkt in
DMRM en SPSS.
9.4 Randomisatie en blindering
Het blinderen van deelnemers voor de nucleair geneeskundige heeft als voordeel
dat de nucleair geneeskundige als blind external readers beoordelen. Dit
verhoogt de betrouwbaarheid van het onderzoek. Patiënten worden in willekeurige
volgorde door de onderzoeker aan de nucleair geneeskundige voorgelegd ter
beoordeling.
Tijdens deze studie wordt alleen gedeblindeerd in noodgevallen. Een
deblinderingsverzoek kan door de hoofdonderzoeker worden gedaan, alleen in
geval van: Medische of veiligheidsredenen.
9.5 Onderzoek onderbreken of stoppen
Patiënten kunnen ten alle tijden van de studie afzien zonder consequenties of
verklaringen af te leggen. De hoofdonderzoeker kan patiënten na inclusie toch
excluderen om dringende medische redenen.
Secundaire uitkomstmaten
10. KWANTITATIEVE EN VISUELE DATA ANALYSE
De resultaten van de kwalitatieve metingen en de visuele beoordelingen van de
deelnemers in I.G. 1 worden
vergeleken met de resultaten van de kwalitatieve metingen en de visuele
beoordelingen van de deelnemers in I.G. 2. Een zelfde vergelijking wordt
toegepast bij I.G. 1 ten op zichtte van C.G. 3. De uitkomstmaat is het aantonen
of verschil in maagwanduptake aanwezig is wanneer PPI gebruik, gestaakt of
gecontinueerd wordt. De uitkomstmaat heeft als eenheid de relatieve uptake
uitgedrukt in MBq/kg per counts per pixel voor de kwalitatieve meting. De
uitkomstmaat voor de visuele beoordeling is of re-acquisitie nodig is.
De normale verdeling wordt door middel van histogrammen beoordeeld. Bij een
normale verdeling van de kwantitatieve resultaten worden de interventiegroepen
met elkaar vergelen en getoetst met de ongepaarde t-toets. Wanneer de verdeling
niet normaal is biedt de Mann-Whitney-U toets een alternatief. Bij alle
statistische analyses wordt een p *0.05 als statistisch significant beschouwd.
Met een p-waarde kan worden aangetoond of een verschil bestaat in het staken of
continueren van PPI*s waarbij de resultaten niet op toeval berusten indien p
*0.05 is.
Bij de visuele data wordt middels histogrammen beoordeeld op een normale data
verdeling. Om samenhang of onafhankelijkheid van de subjectieve beeldkwaliteit
aan te tonen, wordt er getoetst met de Chi-kwadraat toets. De antwoorden van de
nucleair geneeskundigen worden getoetst om een statistisch significant verschil
aan te tonen. De uitkomst van de Chi kwadraat (X2)) toets is een absoluut
getal. Met de Chi-kwadraat toets wordt aagetoond of gekozen waardes op toeval
berusten of dat een verschil daadwerkelijk bestaat. Met de intraclass
correlatiecoëfficiënt (ICC) toets, wordt getoetst in hoeverre de nucleair
geneeskundigen overeenkomen met beoordelen. De ICC waarden liggen tussen de 0
en 1, waarbij 1 een maximale overeenkomst weergeeft. Een ICC waarde van 0,7 of
hoger wordt als voldoende overeenkomst beschouwd.
Achtergrond van het onderzoek
In 2014 stierven in Nederland 5308 patiënten aan een hartinfarct (1). De
sterfteverhouding ligt bij 55% man en 45% vrouw (1). Door atherosclerose in de
coronair arteriën, verminderd de doorbloeding van het hart (2). Een totale
afsluiting van de coronairarterie kan uiteindelijk leiden tot een infarct (3*
8). Een gevolg van een perfusiestoornis is ischemie; zuurstoftekort van de
achterliggende myocardcellen (8). Des te eerder perfusiestoornissen
gediagnosticeerd worden des te lager de mortaliteit, en des te hoger de
levensverwachting is (9). In de nucleaire geneeskunde wordt met behulp van een
myocardperfusiescintigrafie (MPS), perfusiestoornissen gediagnosticeerd.
Het MPS brengt het myocard in beeld, middels de myocard SPECT techniek (3*
8,10). Het doel van SPECT is het creëren van doorsneden en 3-D beelden van
verdeling van het toegediende radiofarmacon op basis van een reeks statische
opnamen rondom de patiënt genomen (11,12). Tijdens het onderzoek worden opnamen
uit meerdere richtingen gemaakt met de gamma camera welke rondom de patiënt
draait. (11). Naast de beelden die tot stand zijn gekomen door middel van de
myocard SPECT techniek kan met behulp van een aanvullend CT onderzoek een
verzwakkingscorrectie (attenuatiecorrectie) voor de myocard SPECT techniek
uitgevoerd worden (13). Het doel van de verzwakkingscorrectie is te corrigeren
voor afstand tussen de organen en de detector om zo een reële uptake van
radioactieve middel weer te geven. Hierdoor wordt de sensitiviteit en
specificiteit hoger en kunnen perfusiestoornissen beter gevisualiseerd worden
(13,14).Het myocardperfusieonderzoek heeft een diagnostische waarde, met een
sensitiviteit tussen de 77% en 95%, en specificiteit tussen de 78% en 83% is
haalbaar (6,7,10,15*17).
De MPS bestaat uit een inspanning en rust onderzoek. Om een infarct of ischemie
te diagnosticeren worden de beelden van het inspanning en rust onderzoek met
elkaar vergeleken (11). Een infarct kenmerkt zich indien de afwijking bij het
inspanningsonderzoek en rustonderzoek zichtbaar is (11). Een ischemie kenmerkt
zich indien de afwijking bij inspanningsonderzoek zichtbaar is maar bij rust
niet (11). Voor een MPS wordt een radionuclide Technetium 99metastabiel (99mTc)
aan een orgaan specifieke tracer Sestamibi gekoppeld. Een radionuclide dat
gekoppeld is aan een tracer wordt radiofarmacon genoemd (11). Voor het
inspanningsonderzoek is maximale inspanning nodig voor een maximale uptake van
het radiofarmacon. Bij maximale inspanning worden afwijkingen zo optimaal
mogelijk in beeld gebracht. Met behulp van een fietsproef of medicamenteuze
toediening met de middelen adenosine of regadenoson, wordt de maximale
inspanning van het myocard bereikt Tot op heden is geen verschil in
diagnostische waarde aangetoond, indien van adenosine of regadenoson gebruikt
wordt gemaakt. (18*20). Ongeveer 1,2-1,5% van de toegediende dosis
99mTc-Sestamibi wordt opgenomen door het myocard (11).
Niet al het radiofarmacon 99mTc Sestamibi wordt in het myocard opgenomen,
daarnaast is ook opname (uptake) van radiofarmacon in andere delen van het
lichaam aanwezig. Dit heet extracardiale uptake en is vaak zichtbaar in organen
onder het diafragma als de lever, duodenum, galblaas, darmen en maag (21*27).
Extracardiale uptake kan strooistraling (scatter) en overlap veroorzaken, en
de uptake in het myocard veranderen. (21,24,25,27*32). Extracardiale uptake kan
bijdragen aan een vertekening van de verdeling van het radiofarmacon,
voornamelijk in de inferiorwand van het myocard (22,23,26,27,33,34). Hierdoor
wordt het beoordelen van de inferiorwand lastiger. Het kan lijken of de
inferiorwand perfusiestoornissen vertoont, terwijl de werkelijke situatie zich
anders voordoet (33,34). Een te hoge extracardiale uptake kan leiden tot een
slechte beoordeling van de inferieure wand, waardoor re-acquisitie noodzakelijk
is (21*23,34).
Bij een vermindering van de extracardiale uptake, kan de inferiorwand beter
beoordeeld worden Het drinken van melk en water zijn van invloed om de storende
extracardiale uptake te verminderen (16*18,20*22,24,26-29). Melk bevordert de
peristaltiek van de darmen en stimuleert de lever tot uitscheiding van
radiofarmaca. Water vermindert activiteit in de maag, doordat het maagzuur
wordt verdund (21,23,25,26,31). De reductie van extracardiale uptake door melk
en water, is onvoldoende om het myocard goed te kunnen beoordelen. Uit eerdere
onderzoeken blijkt, dat het nemen van maagbeschermende medicijnen ook wel
proton pump inhibitors (PPI*s) genoemd, leidt tot een verhoogde uptake van het
radiofarmacon in de maagwand (22,25,29,31). Patiënten die leiden aan onder
andere zuurbranden, maagproblematiek ondervinden, dyspepsie hebben, of
pijnbestrijding-middelen gebruiken komen in aanmerking om proton pump
inhibitors te gebruiken. PPI gebruik verminderd het maagzuur (36,37).Patiënten
kunnen PPI*s chronisch (>90 dagen) of preventief (<90 dagen) gebruiken (38).
Het chronisch gebruik van pijn bestrijdende middelen, de zogenoemde
non-steroidal anti-inflammatory drug (NSAID), heeft het chronisch gebruik van
PPI*s veelal tot gevolg (36*38). Chronische PPI gebruikers worden uitgesloten
omdat risico*s op refluxklachten, ontstekingen, zuurbranden en bijwerkingen
groter zijn als deze groep patiënten stopt met het gebruiken van PPI*s (37,38).
Patiënten die preventief PPI*s gebruikenlopen minder risico*s op complicaties,
omdat de PPI ter preventie wordt gebruikt. (37,38). Wanneer PPI gebruikers
direct stoppen, treden vaak refluxklachten, ontstekingen en zuurbranden op
(36,38). Dit zou deelname aan het onderzoek beperken. Wanneer PPI*s met een
afbouwschema worden gestopt, treden reflux en zuurbranden klachten minder snel
op (36). Of het tijdelijk stoppen van PPI*s ook leidt tot een betere MPS
beoordeling, is op dit moment nog onbekend.
Uit eerder onderzoek is gebleken dat, het gebruik van PPI van invloed is op de
maagwanduptake (29,31)Beide onderzoeken tonen aan, indien patiënten PPI
gebruiken, dit een verhoogde maagwanduptake tot gevolg heeft. Het Rijnstate
ziekenhuis te Arnhem wil graag onderzoek verrichten naar het effect op de
maagwanduptake bij een MPS, als PPI gebruik wordt gestopt bij patiënten die
preventief PPI*s gebruiken. Een valide beoordeling leidt tot minder
re-acquisities en waarschijnlijk een verbetering van patiëntzorg. In dit
onderzoek wordt de vraag beantwoord: Wat is het effect van tijdelijk stoppen
van PPI gebruik op de maagwand uptake van 99m Tc Sestamibi bij een
myocardperfusiescintigrafie?
Doel van het onderzoek
Doelstelling
Zie achtergrond van het onderzoek.
4.1 De hoofdvraag
Wat is het effect van tijdelijk stoppen van PPI gebruik op de maagwand uptake
van Tc99m Sestamibi bij een myocardperfusiescan?
4.2 Deelvragen:
- Wat is de relatieve maagwanduptake bij een myocardperfusiescintigrafie Tc99m
Sestamibi bij inspanning danwel rustonderzoeken, bij patiënten die gestopt zijn
met het nemen van PPI*s, in vergelijking met patiënten die continueren met
PPI*s?
- Op welke wijze kan het stoppen van PPI*s van invloed zijn op de
beeldkwaliteit en de beoordeelbaarheid van een myocardperfusiescan
4.3 Hypothese
Verwacht wordt dat het tijdelijk stoppen van PPI*s voor een
myocardperfusiescintigrafie een equivalent beeld vertoont bij patiënten die
geen PPI*s gebruiken.
*
Onderzoeksopzet
Het onderzoek is een prospectief kwantitatief onderzoek. Deelnemers moeten
toestemming geven door een informed consent te tekenen, terug te vinden in
bijlage 4, om deel te mogen nemen aan het onderzoek. Deelnemers zullen
tijdelijk stoppen met het gebruik van PPI door middel het afbouwschema van de
apotheek. Voorbeelden van veel voorkomende PPI*s zijn: Omeprazol, Pantoprazol
en Esomeprazol. Bijlage één is een gedetailleerd overzicht van verschillende
eigenschappen en toedieningsvormen per PPI. Het afbouwen van de PPI*s duurt
ongeveer twee tot drie dagen (39). De cardioloog selecteert patiënten die PPI*s
gebruiken en een MPS krijgen.
Op de nucleaire geneeskunde wordt door de projectuitvoerder onderzocht, of
patiënten chronisch of preventief PPI*s gebruiken. Met behulp van onderstaande
in en exclusiecriteria, worden patiënten gescreend en geselecteerd.
Geselecteerde patiënten worden telefonisch benaderd. Om overzicht te behouden
worden potentiele deelnemers, enkel door de hoofdonderzoeker Dr. Schelfhout,
een collega of projectuitvoerder benaderd. Bij eventuele deelname wordt
aanvullende informatie, het afbouwschema, en het informed bij de
afspraakbevestiging meegestuurd. Het secretariaat stuurt twee tot drie weken
voorafgaand het onderzoek per post de afspraakbevestiging. Een week voorafgaand
het onderzoek, vindt een tweede telefonisch consult plaats. In dit consult
worden onduidelijkheden verhelderd. Een bedenktijd van minstens één week wordt
op deze wijze gewaarborgd.
Omdat een MPS uit een inspanning en rust onderzoek bestaat, worden deelnemers
in interventiegroepen geplaatst, schematische weergave in figuur 1 In totaal
ontstaan drie interventiegroepen:
I.G. 1: Inspanningsonderzoek staken - Rustonderzoek continueren
I.G. 2: Inspanningsonderzoek continueren - Rustonderzoek staken
I.G. 3: Inspanningsonderzoek continueren - Rustonderzoek continueren
Interventiegroep 3 continueert met PPI gebruik bij beide onderzoeken en vormt
de controlegroep. Interventiegroep 3 wordt vanaf nu, controlegroep genoemd
afgekort C.G.
Door twee inspanning of rustonderzoeken met elkaar te vergelijken, kan
aangetoond worden, of een verschil in maagwand uptake bestaat wanneer PPI*s
gestaakt of gecontinueerd zijn. Tevens kan afwijkende data makkelijker
achterhaald en gecorrigeerd worden. De volgende groepen worden voor zowel het
inspanning en rust onderzoek met elkaar vergeleken:
I.G. 1 - I.G. 2
I.G. 1 - C.G. 3
I.G. 2 - C.G. 3
Met behulp van de controlegroep kan aangetoond worden dat uitkomsten niet op
toeval berusten. Door elke interventiegroep te vergelijken met de controlegroep
waarbij PPI gebruik onveranderd is, wordt aangetoond dat het opgetreden effect
niet op toeval berust. In het Rijnstate ziekenhuis te Arnhem, vindt eerst het
inspanning plaats en één tot vier dagen later het rustonderzoek (11). In deze
studie zal voor I.G. 1 het rustonderzoek als eerst worden uitgevoerd en één tot
vier dagen later het inspanning onderzoek. Op deze wijze kan het informed
consent worden ingeleverd/ondertekend bij het eerste onderzoek. Op dat moment
heeft nog geen afbouw van PPI*s plaatsgevonden.
*
Onderzoeksproduct en/of interventie
-
Inschatting van belasting en risico
-
Publiek
Wagnerlaan 55
Arnhem 6815AD
NL
Wetenschappelijk
Wagnerlaan 55
Arnhem 6815AD
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
- Patiënten van de cardiologie met een verwijzing indicatie voor een myocardperfusiescintigrafie.
- Patiënten ouder dan 18 jaar.
- Patiënten waarbij voor de myocardperfusie bij inspanning gebruik wordt gemaakt van toediening van adenosine of regadenoson
- Patiënten die preventief korter dan 90 dagen gebruik maken van PPI*s
- Patiënten die een informed consent hebben ondertekend.
- Patiënten waarbij de scan uitgevoerd is op de scanner Brightview 1 op de Nucleare afdeling in het Rijnstate te Arnhem.
- Patiënten die geen afwijkingen aan de inferiorwand hebben.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
- Patiënten met dyspepsie
- Patiënten met alleen uptake in de maagholte, hierdoor kan geen betrouwbare meting worden verricht en kan niet betroubaar visueel beoordeeld worden op maagwanduptake.
- Patiënten die niet voorbereid en onderzocht worden volgens de protocollen
- Patiënten met de volgende bekende ziektebeelden, het zollinger-ellisonsyndroom, een barrettoesofagus of een oesofagitis met endoscopisch graad C of D
- Patiënten waarbij (gedeeltelijk) paravasaal toegediend is, waardoor geen maximale uptake van radiofarmacon wordt bereikt.
- Patiënten die co-medicatie gebruiken die interacteren met PPI*s.
- Patiënten met een maagresectie of operatief behandeld zijn aan maagproblematiek.
- Patiënten met een maag-ulcus profylaxie.
Opzet
Deelname
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2016-001383-10-NL |
CCMO | NL57340.091.16 |