De primaire doelstelling is de vergelijking van beide ixekizumab-schema*s (elke 2 weken 80 mg of elke 4 weken 80 mg) met een placebo bij patiënten met actieve nonrad-axSpA in week 16De belangrijkste secundaire doelstelling is de vergelijking van…
ID
Bron
Verkorte titel
Aandoening
- Gewrichtsaandoeningen
Synoniemen aandoening
Betreft onderzoek met
Ondersteuning
Onderzoeksproduct en/of interventie
Uitkomstmaten
Primaire uitkomstmaten
Percentage patiënten dat een ASAS40- (Assessment of Spondyloarthritis
International Society 40) respons bereikt
Secundaire uitkomstmaten
Secundaire onderzoeksparameters:
• Percentage patiënten dat een ASAS40-respons bereikt in week 52
• Verandering in ASDAS in week 52 ten opzichte van baseline
• Verandering in (BASFI) in week 16 ten opzichte van baseline
• Verandering in BASFI in week 52 ten opzichte van baseline
• Percentage patiënten dat een ASDAS-score voor inactieve ziekte bereikt in
week 16
• Percentage patiënten dat een ASDAS-score voor inactieve ziekte bereikt in
week 52
• Verandering in MRI van de (SI-gewrichten) [SPARCC] score) in week 16 ten
opzichte van baseline
• Percentage patiënten zonder klinisch betekenisvolle veranderingen in de
achtergrondtherapie in week 52
• Percentage patiënten dat volgens de ASAS-criteria ASAS20, ASAS40, ASAS5/6 en
partiële remissie bereikt
• Verandering in de afzonderlijke componenten van de ASAS-criteria ten opzichte
van baseline
• Verandering in (BASDAI) ten opzichte van baseline
• Percentage patiënten dat BASDAI50 bereikt
• Verandering in (ASDAS) ten opzichte van baseline
• Percentage patiënten dat een klinisch belangrijke verbetering vertoont
(verandering in ASDAS ten opzichte van baseline >= 1,1), aanzienlijke
verbetering vertoont (verandering in ASDAS ten opzichte van baseline >=
2,0) of inactieve ziekte heeft (ASDAS < 1,3)
• Verandering in CRP ten opzichte van baseline
• Verandering in BASFI ten opzichte van baseline
• Verandering in mobiliteit ten opzichte van baseline
• Bath Ankylosing Spondylitis Metrology Index (BASMI) (lineair) en
afzonderlijke componenten
• Uitzetting van de borstkas
• Verandering in de afstand tussen het achterhoofd en de muur ten opzichte van
baseline
• Verandering in MRI van de SI-gewrichten (SPARCC-score) in week 52 ten
opzichte van baseline
• Verandering in de Maastricht Ankylosing Spondylitis Enthesitis Score (MASES)
ten opzichte van baseline
• Verandering in de SPARCC enthesitis-score ten opzichte van baseline
• De incidentie en ernst van perifere artritis aan de hand van de score voor
het aantal gevoelige en gezwollen gewrichten van 46/44 gewrichten
• Incidentie van anterieure uveïtis of opflakkeringen van uveïtis
• Verandering in de volgende uitkomstmaten voor de gezondheid ten opzichte van
baseline: vermoeidheids- (NRS) score, (ASAS-HI) score,
Jenkins Sleep Evaluation Questionnaire (JSEQ), scores op de Work
Productivity Activity Impairment*Spondyloarthritis (WPAI-SpA), SF-36
• NSAID-inname (ASAS-NSAID-score en % patiënten dat NSAID*s gebruikt)
• Begin van werking en respons op de behandeling (ASAS, ASDAS, CRP, BASFI)
• Percentage on onderstaande werkzaamheidsresponsen in week 16 en 52 per
antigeneesmiddel-antistoffen- (TE-ADA) status tijdens de
behandeling en per neutraliserende antigeneesmiddel-antistoffen- (NAb)
status.
• Percentage patiënten dat ASAS40 bereikt
• Percentage patiënten dat ASAS20 bereikt
• Percentage patiënten dat een ASDAS-score voor inactieve ziekte bereikt
• Dalconcentraties in serum van ixekizumab
• Modelparameters voor de relatie tussen de blootstelling en de respons tussen
dalconcentraties ixekizumab in serum en
werkzaamheidseindpunten (bijvoorbeeld ASAS20, ASAS40) in week 16 en/of
week 52
• Dalconcentraties ixekizumab in serum die verband houden met
antigeneesmiddel-antistoffen- (ADA) titer
• Biomarkers in bloed- (inclusief mRNA en DNA), serum-, plasma- en
urinemonsters
Achtergrond van het onderzoek
Axiale spondyloartritis (axSpA) is een chronische ontstekingsziekte die
voornamelijk het axiale skelet treft (sacro-iliacale gewrichten en de
wervelkolom) waarbij de symptomen zich gewoonlijk tussen de leeftijd van 10 tot
30 jaar openbaren. Wereldwijd lijdt maximaal 1,4% van de Kaukasische volwassen
bevolking aan axSpA. De huidige zorgstandaard voor nonrad axSpA omvat
regelmatige lichaamsbeweging, fysiotherapie en non-steroïdale
ontstekingsremmende geneesmiddelen (NSAID*s). Van TNF-remmers is ook aangetoond
dat ze werkzaam zijn bij nonrad-axSpA; deze zijn echter nog niet wereldwijd
goedgekeurd voor deze indicatie en ongeveer 40% van de patiënten vertoont
slechts een gedeeltelijke respons op TNF-remmers. Injecties met
corticosteroïden kunnen ook enige verlichting geven. Hoewel NSAID*s de
eerstelijnsbehandeling vormen voor axSpA, zijn ze niet doeltreffend voor of
worden ze niet goed verdragen door alle patiënten. In tegenstelling tot
patiënten met RA, reageren patiënten met axSpA niet goed op conventionele
ziektemodificerende antireumatica (cDMARD*s) of systemische corticosteroïden.
Ixekizumab (LY2439821) is een gehumaniseerd immunoglobuline G van subklasse 4
(IgG4) monoklonale antistof (MAb) die de cytokine interleukine-17A (IL-17A, ook
IL-17 genoemd) neutraliseert. Er bestaat overtuigend wetenschappelijk bewijs
dat de IL 23/IL-17-route een belangrijk rol speelt bij de pathogenese van
axSpA. Onlangs gepubliceerde gegevens van fase 3 onderzoeken naar secukinumab
(Cosentyx®), een geneesmiddel met een vergelijkbaar werkingsmechanisme (MoA)
als ixekizumab, hebben de werkzaamheid aangetoond van het remmen van IL-17A bij
patiënten met radiografische axiale spondyloartritis (rad-axSpA, ook
ankyloserende spondylitis genoemd) die naïef waren voor biologische
ziektemodificerende antireumatica (bDMARD*s) of eerder tumornecrosefactor-
(TNF) remmers hebben gekregen. In het huidige onderzoek worden de werkzaamheid
en veiligheid van ixekizumab geëvalueerd bij patiënten met
niet-radiografische-axSpA (nonrad-axSpA) die naïef zijn voor bDMARD.
Doel van het onderzoek
De primaire doelstelling is de vergelijking van beide ixekizumab-schema*s (elke
2 weken 80 mg of elke 4 weken 80 mg) met een placebo bij patiënten met actieve
nonrad-axSpA in week 16
De belangrijkste secundaire doelstelling is de vergelijking van beide
ixekizumab-schema*s (elke 2 weken 80 mg of elke 4 weken 80 mg) met een placebo
bij patiënten met actieve nonrad-axSpA in week 16 en week 52.
Andere secundaire doelstellingen zijn:
• Vergelijking van beide ixekizumab-schema*s (elke 2 weken 80 mg of elke 4
weken 80 mg) met een placebo gedurende de periode van 52 weken
• Verkenning van het effect van de aanvangsdosis (160 mg in vergelijking met 80
mg)
• Evaluatie van de incidentie van antistoffen tegen ixekizumab en het verband
hiervan met de werkzaamheid van ixekizumab
• Meting van de blootstelling aan ixekizumab en evaluatie van het verband
tussen de blootstelling en de werkzaamheid en het verband tussen de
blootstelling en de immunogeniciteit
Het belangrijkste verkennende doel betreft verkenning van de biomarkers die
verband houden met de ziekte of met de IL23/IL 17-route.
Onderzoeksopzet
Onderzoek I1F-MC-RHBX (RHBX) is een fase 3-, multicenter, gerandomiseerd,
dubbelblind, placebogecontroleerd poliklinisch onderzoek met parallelle groepen
waarin de werkzaamheid en veiligheid worden onderzocht van 2
behandelingsschema*s van ixekizumab (elke 2 weken 80 mg en elke weken 4 weken
80 mg s.c.) in vergelijking met een placebo s.c. bij patiënten met actieve
nonrad-axSpA die bDMARD-naïef zijn, tijdens een dubbelblinde
behandelingsperiode van 52 weken (periode 2). Het onderzoek heeft 3
behandelingsgroepen tijdens de geblindeerde doseringsperiode van 52 weken: elke
4 weken 80 mg ixekizumab, elke 2 weken 80 mg ixekizumab en een placebo in een
verhouding van 1:1:1. In elke groep die met ixekizumab wordt behandeld, krijgt
de helft van de patiënten een aanvangsdosis van 80 mg en de andere helft een
aanvangsdosis van 160 mg (1:1 gerandomiseerd). Randomisatie wordt
gestratificeerd per land en MRI/CRP-status bij baseline (positieve MRI en
verhoogde C-reactieve proteïne [CRP]; positieve MRI en niet-verhoogde CRP;
negatieve MRI en verhoogde CRP). Alle doses worden via een subcutane injectie
toegediend. Bij dit onderzoek worden ongeveer 300 gerandomiseerde patiënten
opgenomen.
Onderzoeksproduct en/of interventie
De geblindeerde doseringsperiode betreft een vergelijking tussen ixekizumab in 2 behandelingsschema>s (elke 2 weken 80 mg en elke 4 weken 80 mg) en de placebobehandeling. Elk behandelingsschema met ixekizumab heeft patiënten die een aanvangsdosis van 80 mg of 160 mg krijgen; patiënten worden in een verhouding van 1:1 random aan een aanvangsdosis toegewezen. Alle doses worden via een subcutane injectie toegediend. Bij baseline (week 0) worden alle patiënten gerandomiseerd naar een behandelingsgroep en krijgen ze 2 injecties. Patiënten die zijn toegewezen aan het ixekizumab-behandelingsschema met een aanvangsdosis van 160 mg, krijgen 160 mg ixekizumab als 2 subcutane injecties (80 mg per subcutane injectie). Patiënten die zijn toegewezen aan het ixekizumab-behandelingsschema met een aanvangsdosis van 80 mg, krijgen 80 mg ixekizumab als 1 subcutane injectie en 1 subcutane injectie met een placebo). Patiënten die zijn toegewezen aan de placebobehandeling krijgen 2 subcutane injecties met een placebo. Na week 0 krijgen alle patiënten tot en met week 50 elke 2 weken 1 injectie. Vanaf week 16 tot week 44 kan een patiënt, ongeacht zijn of haar oorspronkelijke behandelingsgroep, door een onderzoeker op basis van diens klinische oordeel worden aangemerkt als een slechte responder. Op dat moment kunnen naar inzicht van de onderzoeker veranderingen worden aangebracht in de achtergrondtherapie en/of kan biologische rescuemedicatie worden toegevoegd (elke 2 weken 80 mg ixekizumab), terwijl deze geblindeerd blijft ten aanzien van de oorspronkelijk bij randomisatie toegewezen behandeling.
Inschatting van belasting en risico
Het experimentele product en andere medicatie die volgens het protocol nodig
zijn en de onderzoeksprocedures brengen bepaalde risico*s en ongemakken met
zich mee, zoals beschreven in patiëntinformatieblad. De combinatie van het
experimentele geneesmiddel en de onderzoeksprocedures kan gepaard gaan met
extra risico*s of ongemakken die op dit moment niet volledig bekend zijn. De
meest voorkomende bijwerkingen van ixekizumab zijn: loopneus en keelpijn,
verkoudheidssymptomen, infectie van de bovenste luchtwegen, reactie op de
plaats van injectie, hoofdpijn, verergering van reumatoïde artritis,
urineweginfectie, irritaties van de sinussen, plaats van injectie, roodheid op
de plaats van injectie, diarree, pijn in de rug, bronchitis, hoge bloeddruk,
duizeligheid, gewrichtspijn, hoest, misselijkheid, vertigo.
De patiënten ondergaan een aantal onderzoeksprocedures, zoals subcutane
injecties, bloedafnames, TB-huidtest, röntgenopnamen, MRI en ecg*s. Deze kunnen
ook gepaard gaan met bepaalde risico*s. De procedures kunnen ook andere,
onbekende risico*s hebben. Deze risico*s worden beschreven in het formulier
voor geïnformeerde toestemming.
Door IL-17A selectief met ixekizumab aan te grijpen wordt verondersteld dat
therapeutisch voordeel wordt geboden zonder de afweermechanismen onnodig te
belasten. Als zodanig kan ixekizumab een therapeutische optie zijn voor
patiënten voor wie NSAID*s geen uitkomst waren en voor patiënten die niet
langer een respons vertonen, geen respons hebben vertoond of die de
geneesmiddelen die momenteel verkrijgbaar zijn niet kunnen verdragen.
Ixekizumab kan vergeleken met huidige op de markt verkrijgbare therapieën een
gunstiger veiligheidsprofiel hebben.
Publiek
Papendorpseweg 83
Utrecht 3528 BJ
NL
Wetenschappelijk
Papendorpseweg 83
Utrecht 3528 BJ
NL
Landen waar het onderzoek wordt uitgevoerd
Leeftijd
Belangrijkste voorwaarden om deel te mogen nemen (Inclusiecriteria)
Aanwezigheid van sacro-iliitis op MRI (volgens de ASAS/OMERACT-criteria en op basis van een centrale interpretatie) (Rudwaleit et al., 2009d) en ten minste 1 SpA-kenmerk
OF;De patiënt is positief voor HLA-B27 en heeft ten minste 2 andere SpA-kenmerken volgens de ASAS-criteria (Sieper et al., 2009; Rudwaleit et al., 2009a) SpA-kenmerken staan in bijlage 5;De patiënt heeft een geschiedenis van pijn in de rug van >= 3 maanden of langer met aanvang op een leeftijd van < 45 jaar.;De patiënt heeft nonrad-axSpA, gedefinieerd als BASDAI >= 4 en hebben bij de screening en baseline een totaalscore voor pijn in de rug >= 4 op een NRS (Sieper et al., 2009);De patiënt heeft objectieve tekenen van een ontsteking in de vorm van de aanwezigheid van sacro-iliitis op een MRI (zoals gedefinieerd door ASAS/OMERACT) of aanwezigheid van een verhoogde CRP-waarde (gedefinieerd als CRP > 5,00 mg/l).;De patiënt moet onvoldoende respons hebben vertoond, zoals vastgesteld door de onderzoeker, op 2 of meer NSAID*s in het therapeutische dosisbereik gedurende in totaal ten minste 4 weken OF een geschiedenis hebben van onverdraagbaarheid voor NSAID*s;De patiënt moet een geschiedenis hebben van een eerdere behandeling voor axSpA van ten minste 12 weken voorafgaande aan de screening. Voorbeelden van eerdere therapie zijn onder andere fysiotherapie en een behandeling met NSAID*s.
Belangrijkste redenen om niet deel te kunnen nemen (Exclusiecriteria)
[Er is voldaan aan de gemodificeerde New York- (mNY) criteria (van der Linden et al., 1984) waarbij sacro-iliitis radiografisch wordt gedefinieerd op basis van een centrale interpretatie: sacro-iliitis van graad >= 2 bilateraal of graad 3 tot 4 unilateraal;De patiënt heeft een geschiedenis van andere systemische ontstekingsziekten die de evaluatie van de voordelen van de behandeling met ixekizumab zouden kunnen verstoren (zoals lupus, vasculitis of RA), of andere chronische pijnaandoeningen (zoals fibromyalgie)
NB Patiënten met psoriasis die niet systemisch behandeld hoeven worden, zoals met orale middelen of biologische therapieën, mogen in het onderzoek worden opgenomen mits deze patiënten aan de deelnamecriteria voor het onderzoek voldoen.;De patiënt heeft actieve ziekte van Crohn (CD) of actieve colitis ulcerosa (UC)
NB Patiënten mogen worden ingeschreven als ze een geschiedenis van inflammatoire darmziekten (IBD), inclusief CD en UC hebben gehad, maar >= 6 maanden vóór baseline geen exacerbatie hebben gehad en moeten, als ze momenteel worden behandeld, gedurende >= 6 maanden vóór baseline een stabiele behandeling hebben gekregen.;Er moet bewijs zijn van actieve anterieure uveïtis (een acute episode) binnen de afgelopen 42 dagen vóór randomisatie bij baseline
NB Deze patiënten mogen één keer >= 4 weken na verdwijnen van de acute symptomen opnieuw worden gescreend.
Opzet
Deelname
In onderzoek gebruikte producten en hulpmiddelen
Opgevolgd door onderstaande (mogelijk meer actuele) registratie
Geen registraties gevonden.
Andere (mogelijk minder actuele) registraties in dit register
Geen registraties gevonden.
In overige registers
Register | ID |
---|---|
EudraCT | EUCTR2015-003938-27-NL |
CCMO | NL57002.018.16 |